Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
[gedaagde 3],
[gedaagde 4],
[gedaagde 5],
[gedaagde 6],
[gedaagde 8],
[gedaagde 9],
[gedaagde 10],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 13 juni 2018
- het proces-verbaal van comparitie van 29 november 2018.
2.De feiten
opmerking rechtbank: gedoeld wordt op de in punt 2.3. aangehaalde regeling)ook de bouw van een burgerwoning toeliet, niet geheel is uitgesloten. Die uitleg naar de letter van de bepaling is echter evident in strijd met de systematiek van het bestemmingsplan, ook in het licht van de bij het bestemmingsplan behorende toelichting. Daarin wordt expliciet een rem gezet op de bouw van burgerwoningen in het buitengebied.
3.Het geschil
4.De beoordeling
De vorderingen tegen [gedaagden sub 1 t/m sub 6]
1.629,00(3,0 punten × tarief € 543,00)