4.4.Voorafgaand aan deze procedure heeft een voorlopig getuigenverhoor plaatsgevonden. Deze verklaringen zijn als producties 20 tot en met 30 bij dagvaarding in het geding gebracht. De getuigen hebben voor zover hier relevant verklaard:
[eiser] heeft onder meer verklaard:
“(…). Ik heb niet gezien dat [naam sfeerbeheerder] mensen doorliet of tegenhield om te springen. Ik heb wel met [naam sfeerbeheerder] gesproken en heb ook nog iemand voor mij zien springen. [naam sfeerbeheerder] heeft tegen mij gezegd dat ze gingen sluiten. Ik heb toen tegen hem gezegd dat ik vond dat hij eerst maar de mensen die in de rij hebben gestaan, waaronder ik, moest laten springen voordat hij zou gaan sluiten.(…). Ik hoorde [naam sfeerbeheerder] zeggen dat als er toch gesprongen zou gaan worden hij er niets aan zou kunnen doen. Toen ik dat hoorde meende ik te kunnen springen. Dat in combinatie met het feit dat ik vlak daarvoor nog iemand heb zien springen en ben vervolgens gesprongen.(…). [naam sfeerbeheerder] heeft mij maar een keer gezegd dat ze zouden gaan sluiten en verder heeft men mij niet gewaarschuwd. (…)”.
[naam getuige 1] heeft onder meer verklaard:
”(….). In dat gesprek met de sfeerbeheerder gaf de sfeerbeheerder aan dat ze zo zouden gaan sluiten. Wij vroegen aan hem wanneer ze dan zouden gaan sluiten. Hij heeft vervolgens contact willen zoeken met andere medewerkers, maar dat is niet gelukt. Op mijn vraag waarom die man voor ons nog mocht springen, grinnikte hij. Hij liep vervolgens naar de groep met meisjes.(…). Hoe die afscheiding er precies uitzag, weet ik niet meer, maar ik weet wel dat ik [eiser] eroverheen heb zien stappen en dat hij vervolgens nog even heeft staan wachten voordat hij heeft gesprongen.(…). De sfeerbeheerder heeft niets tegen [eiser] gezegd toen [eiser] klaar stond om te gaan springen. (….). De tijd tussen de sprong van de man vóór [eiser] en [eiser] zelf, schat ik op enkele minuten.(…). Er is door niemand groen licht gegeven aan [eiser] om de sprong te maken, maar ik vond dat de sfeerbeheerder er wel erg makkelijk mee omging.(…)”.
[naam getuige 2] heeft onder meer verklaard:
“(…). Voordat [eiser] sprong is er nog iemand anders naar beneden gesprongen(…). Ik meen niet dat daar minuten tussen zaten, maar dat [eiser] vrij snel daarna is gesprongen. Ik heb er niet opgelet of hij net voor zijn sprong nog met iemand heeft gesproken.(…). U vraagt mij een inschatting te geven van de tijd die ligt tussen het lopen van [eiser] en mijn vriendin naar de attractie toe en de sprong van [eiser] . Ik meen dat dit een paar minuten zijn geweest”.
[naam getuige 3] heeft onder meer verklaard:
“(…). Die twee delen waren van elkaar gescheiden door een steigerbuis. De steigerbuis hing op heuphoogte. Of daar een waarschuwing hing ter voorkoming dat mensen over de steigerbuis zouden klimmen kan ik mij niet herinneren.(…).De trap werd de gehele dag gebruikt door personen die naar de uitkijktoren gingen. (…)”.
[naam getuige 4] heeft onder meer verklaard:
“(…). De toegang tot vanuit de uitkijktoren tot de springattractie was met een steigerpijp geblokkeerd. Ik weet niet of daar verder nog een waarschuwing aan hing. Op uw vraag of er meerdere toegangen waren tot het hoogste springdeel zeg ik u dat er ook nog een trap was die gelegen was achter de attractie die evenwel niet bestemd was voor het springdeel, maar tot toegang diende voor de uitkijktoren. Zoals gezegd werd de toegang tot het springdeel vervolgens met een steigerpijp geblokkeerd. Ik ben die dag geconfronteerd met vragen van mensen die op de uitkijktoren stonden of zij via de steigerbuis naar het springdeel mochten komen. Dat heeft verder niet tot discussie geleid. (…). Op uw vraag of ik weet dat er mensen zonder toestemming en of zonder stempel naar beneden zijn gesprongen zeg ik u dat dit gebeurd kan zijn op het moment dat het zo druk was. Ik weet nog wel dat ik aan de kant werd geduwd en daardoor erg boos werd.(…).Wel weet ik dat het springgedeelte zelf tijdens de pauze werd afgezet met kruislings geplaatste steigerbuizen bij het springplateau op de rand.(…)”.
[naam getuige 5] heeft onder mee verklaard:
“(…). Het is juist dat het gehele springgedeelte, dus ook het hoogste niveau, door mij is gecheckt op de barricades waar ik over sprak voordat [eiser] is gesprongen. De versperring was toen al aangebracht(…)”.
[naam getuige 6] heeft onder meer verklaard:
“(…). Tussen het moment dat ik te horen kreeg dat de attractie zou sluiten, dat de laatste persoon had gesprongen en het moment dat ik de val hoorde zal naar mijn gevoel zo’n twee minuten hebben gezeten. Ik was nog bezig om de opening af te sluiten. We waren nog niet klaar met het veilig stellen van de attractie toen ik de val hoorde.(…).”
[naam sfeerbeheerder] heeft onder meer verklaard:
“(…). Naar mijn mening kon men makkelijk over de scheiding klimmen. De scheiding bestond uit twee steigerpijpen op ongeveer knie- en heuphoogte.(…). Ik geloof dat hij wel een uur heeft gestaan op het uitkijkdeel. Ik weet dat hij een paar keer heeft geprobeerd om over de scheiding heen te klimmen om te springen. Ik heb hem toen telkens tegen gehouden. (…).Ik ben toen met hem naar de zijkant van de attractie op dat niveau gelopen, hij vanaf de uitkijktoren ik vanaf het springplateau en heb hem er toen op gewezen dat ze bezig waren met het leeg laten lopen van het luchtkussen(…). In een ooghoek zag ik vervolgens [eiser] over de scheiding klimmen. Ik heb hem nog geprobeerd te tackelen heb naar hem geroepen maar ik was te laat(…). Wat ik tegen [eiser] gezegd heb is dat als je toch wil springen, dat hij dat dan maar aan de andere kant zou moeten doen zodat ik het dan niet zou zien. (…).”
Aansprakelijkheid op grond van artikel 6:173 BW