Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- het tussenvonnis van 4 oktober 2017
- het proces-verbaal van comparitie van 27 maart 2018 in deze zaak en in zes andere zaken
- de faxberichten van 14 mei 2018 van mrs. Menu en Teerink en mr. Pieterse (mede namens mr. Jacobse) waarin zij hun opmerkingen naar aanleiding van het (buiten aanwezigheid van partijen opgemaakte) proces-verbaal kenbaar maken.
2.De feiten
2.3. [eiseres ] exploiteert een melkveebedrijf in [woonplaats] . De bij haar daarvoor in gebruik zijnde percelen cultuurgrond gebruikt zij voor gras- en hooiwinning en de teelt van snijmais. Het melkvee wordt gevoerd met voer afkomstig van die percelen. De schadepercelen (kadastrale aanduiding [kadastrale nummers] ), twee veldkavels die gebruikt worden voor de teelt van snijmaïs, liggen aan de [straat] / [straat] te [woonplaats] , tegen de watergang De Dommel aan.
3.Het geschil
4.De beoordeling
1.086,00(2 punt × tarief € 543,00)