Op 4 april 2018 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van poging tot moord en bedreiging met een mes. De rechtbank achtte bewezen dat de verdachte op 22 maart 2017 in de Penitentiaire Inrichting te Vught met voorbedachte rade heeft geprobeerd een medegedetineerde te doden door hem met een mes in de hals te steken. Daarnaast bedreigde hij een medewerker van de penitentiaire inrichting met hetzelfde mes. De rechtbank oordeelde dat de verdachte met voorbedachte rade handelde, gezien zijn eerdere uitlatingen over pedoseksuelen en zijn gewelddadige verleden. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 jaar, waarbij de rechtbank geen meerwaarde zag in het opleggen van terbeschikkingstelling met dwangverpleging, aangezien een eerdere TBS-maatregel nog niet was gestart. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd, en de persoonlijke situatie van de verdachte, die lijdt aan een antisociale persoonlijkheidsstoornis en ADHD. De rechtbank concludeerde dat de verdachte strafbaar was en legde de gevangenisstraf op, met inbeslagname van het gebruikte mes.