ECLI:NL:RBOBR:2017:6622

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
6 december 2017
Publicatiedatum
19 december 2017
Zaaknummer
C-01-315398 - HA ZA 16-769
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming van deskundigen in civiele procedure tussen gemeente en besloten vennootschap

In deze civiele procedure, aangespannen door de Gemeente Boxmeer tegen Kwekerij Vloet B.V., heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 6 december 2017 een tussenvonnis uitgesproken. De Gemeente Boxmeer, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.B.J. Thijssen, is eiseres in conventie en verweerster in reconventie. Kwekerij Vloet B.V., vertegenwoordigd door advocaat mr. Y.J.H. van Griensven, is gedaagde in conventie en eiseres in reconventie. De rechtbank heeft in dit vonnis deskundigen benoemd en de hoogte van het voorschot voor hun werkzaamheden vastgesteld op € 18.038,90. De deskundigen zijn mr. ir. A.C.M.M. van Heesbeen, dhr. J.A.A.M. van Erp en dhr. J. van Vessem RT, die allen verbonden zijn aan verschillende bureaus. De rechtbank heeft ook een termijn vastgesteld waarbinnen het rapport van de deskundigen moet worden ingediend en heeft verdere beslissingen aangehouden. Dit vonnis volgt op een tussenvonnis van 20 september 2017, waarin partijen in de gelegenheid zijn gesteld om te reageren op de kostenbegroting van de deskundigen. Aangezien partijen niet hebben gereageerd, is de rechtbank overgegaan tot het nemen van dit vonnis. De beslissing over het voorschot is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de rechtbank heeft aangegeven dat verdere beslissingen worden aangehouden totdat het deskundigenbericht is ontvangen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OOST-BRABANT

Civiel Recht
Zittingsplaats 's-Hertogenbosch
zaaknummer / rolnummer: C/01/315398 / HA ZA 16-769
Vonnis van 6 december 2017
in de zaak van
de publiekrechtelijke rechtspersoon
GEMEENTE BOXMEER,
zetelend te Boxmeer,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. M.B.J. Thijssen te Nijmegen,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KWEKERIJ VLOET B.V.,
gevestigd te Sint-Anthonis,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. Y.J.H. van Griensven te Breda.
Partijen zullen hierna de Gemeente en Vloet genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 20 september 2017
  • de brieven van de griffier van deze rechtbank aan partijen d.d. 1 november 2017, waarbij partijen in de gelegenheid zijn gesteld om te reageren op de hoogte van de door de deskundigen begrote kosten,
1.2.
Partijen hebben binnen de daarvoor gestelde termijn niet gereageerd op de kostenbegroting. Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling

in conventie en in reconventie

2.1.
De rechtbank zal thans de deskundigen benoemen en de hoogte van het voorschot bepalen. Verder wordt de termijn waarbinnen het rapport dient te worden gedeponeerd bepaald.
2.2.
Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

3.De beslissing

in conventie en in reconventie

De rechtbank
3.1.
benoemt tot deskundigen:
1. mr. ir. A.C.M.M. van Heesbeen,
verbonden aan bureau Gloudemans,
Postbus 455,
5240 AL Rosmalen,
Tel. [telefoonnummer] ,
2. dhr. J.A.A.M. van Erp,
verbonden aan Heideweg Vastgoed B.V.,
Heideweg 4,
5472 LC Loosbroek
Tel. [telefoonnummer] ,
3. dhr. J. van Vessem RT,
verbonden aan De Lorijn raadgevers o.g.,
Geerstraat 8,
6651 CA Druten,
Tel. [telefoonnummer] .
3.2.
stelt de hoogte van het voorschot (voor de drie deskundigen gezamenlijk) vast op een bedrag van € 18.038,90 en wijst partijen in dit verband op het dictum onder 5.4. van het tussenvonnis van 20 september 2017,
3.3.
bepaalt dat de deskundigen
binnen 6 maandenna het bericht dat het voorschot ter griffie is ontvangen een schriftelijk en ondertekend bericht in drievoud ter griffie van de rechtbank in dienen te leveren, onder bijvoeging van een gespecificeerde declaratie,
overige bepalingen
3.4.
bepaalt dat de zaak op de parkeerrol zal komen van
3 oktober 2018,
3.5.
draagt de griffier op de zaak op een eerdere rol te plaatsen:
  • indien het voorschot niet binnen de daarvoor bepaalde (eventueel verlengde) termijn is ontvangen: voor akte uitlating voortprocederen aan beide zijden op een termijn van twee weken of
  • na ontvangst ter griffie van het deskundigenbericht: voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van de Gemeente op een termijn van vier weken,
3.6.
verklaart de beslissing over het voorschot uitvoerbaar bij voorraad,
3.7.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.K.B. van Daalen en in het openbaar uitgesproken op 6 december 2017.