In deze zaak heeft de burgemeester van de gemeente Bergeijk besloten om de huurwoning van een man voor drie maanden te sluiten, omdat er een grote hoeveelheid harddrugs in de woning is aangetroffen. De man, die sociaal kwetsbaar is en lijdt aan verschillende lichamelijke en psychische klachten, heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft op 23 november 2017 geoordeeld dat de sluiting van de woning voorlopig niet kan doorgaan. De rechter oordeelde dat de burgemeester onvoldoende rekening heeft gehouden met de kwetsbare situatie van de man. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de man niet in staat is om vervangende woonruimte te vinden en dat de sluiting van de woning hem in een nog moeilijkere positie zou brengen. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om schorsing van het besluit toegewezen en de sluiting van de woning opgeschort tot twee weken na de beslissing op het bezwaar van de man. De burgemeester is veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten en het griffierecht aan de man.