Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
2.De feiten
3.De beoordeling
Voor de inwerkingtreding van de Gerechtsdeurwaarderswet op 15 juli 2001 was dit ook het arrondissement waarbinnen het kantoor van de vennootschap waaraan het exploot was gedaan, was gelegen (cursief door de rechter).Een deurwaarder kon toen immers uitsluitend in zijn eigen arrondissement beslag leggen.
Met de invoering van de Gerechtsdeurwaarderswet is deze automatische band komen te vervallen (idem).De bepaling van de bevoegde rechtbank is in zoverre van belang dat deze alvorens te beslissen de beslaglegger, de geëxecuteerde, de vennootschap en zo nodig andere belanghebbenden oproept. Bij dit laatste zal het met name gaan om medeaandeelhouders van de aandeelhouder ten laste van wie beslag is gelegd.
Vooral als sprake is van meer dan een beslaglegger en verschillende belanghebbenden is overzichtelijk om slechts een rechtbank bevoegd te maken. De rechtbank van de plaats van vestiging van de vennootschap ligt dan het meest voor de hand. Uit oogpunt van ordelijkheid en continuïteit bevat onderdeel EEb een aanpassing van artikel 474g, eerste lid, Rv in deze zin” (idem).