Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.Het verloop van het geding
2.De feiten
(…)8. Veiligheid
3.Het geschil
4.De beoordeling
Let op!”, gaat nog steeds over het waarborgen van de veiligheid en dan specifiek die van [naam artiest] en zijn crew. Zo dient [eiser] volgens deze passage in te staan voor een veilige situatie en werkplek voor [naam artiest] en zijn crew, en mag [naam artiest] zijn optreden “annuleren” of “staken” als er geen zorg voor wordt gedragen dat niet met voorwerpen, zoals drank, naar hem wordt gegooid. Gelet op de onderlinge samenhang tussen beide passages, moet laatstgenoemde passage naar het oordeel van de kantonrechter zo worden uitgelegd dat het optreden mag worden beëindigd zodra met drank naar [naam artiest] wordt gegooid, zonder dat de verplichting bestaat dit te hervatten. Het komt de kantonrechter voor dat, indien die verplichting wel zou zijn overeengekomen, in de rider zou zijn vastgelegd in welk geval, bijvoorbeeld na welke getroffen maatregelen en binnen welk redelijk tijdsbestek, van [naam artiest] kan worden verlangd dat het optreden wordt hervat. Gelet op de gekozen woorden in laatstgenoemde passage is, anders dan [eiser] heeft gesteld, niet relevant of [naam artiest] in een gevaarlijke situatie heeft verkeerd en of [eiser] er alles aan heeft gedaan om een veilige situatie voor [naam artiest] te waarborgen. Evenmin, anders dan [eiser] eveneens heeft gesteld, is relevant of [naam artiest] door slechts drie druppels bier zou zijn geraakt. Dat vanuit het publiek met drank naar [naam artiest] is gegooid, staat vast. Het optreden mocht dan ook worden beëindigd. Dit betekent dat de voortijdige beëindiging van het optreden door [naam artiest] geen tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst door Your Agency met zich brengt. De voortijdige beëindiging van het optreden was dan ook geen gegronde reden voor [eiser] om de overeenkomst buitengerechtelijk te ontbinden en, in vervolg daarop, om gedeeltelijke terugbetaling van de betaalde factuur te vragen.
Laat het even duidelijk zijn voor alle stoere jongens die bier gaan gooien, voor mij is het dan dat ik 1, 2, 3, 4 duizend euro heb verdiend, en dan ga ik naar huis toe.” Desgevraagd heeft [eiser] ter zitting toegelicht dat het in dat geval niet gerechtvaardigd is het optreden definitief te beëindigen. De kantonrechter begrijpt deze toelichting aldus dat [eiser] een beroep doet op artikel 6:248 van het Burgerlijk Wetboek. Dit houdt in dat Your Agency volgens [eiser] geen geslaagd beroep kan doen op artikel 8 van de rider omdat dit, nu [naam artiest] het gooien met drank door het publiek zou hebben uitgelokt, naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn. Your Agency heeft betwist dat [naam artiest] het publiek zou hebben uitgelokt om drank naar hem te gooien. De kantonrechter overweegt daarover het volgende.
Wij stonden hier alles in de gaten te houden en werden 4, 5 glazen werden er gegooid maar dan meer lege glazen, bekers kwamen niet bij [naam artiest] er gebeurde helemaal niets. Alleen na het eerste nummer [naam artiest] pakte, ja de microfoon en hij maakte een opmerking, van jongens als jullie bier willen gooien, ik vind het goed da ga ik lekker naar huis toe en dan heb ik 1, 2, 3, 4 duizend euro verdiend, want dat kost ie ons bijna ennuh ja op dat moment dat hij dat gaat zeggen van jongens als jullie willen bier gooien ja dan hetzelfde als je een rooie doek het publiek in gooit van jongens kom maar. Dus een glas bier landt op zijn schouder, paar druppels raken hem en jah in hetzelfde zinnetje loopt ie gewoon de tent uit.” Uit dit citaat blijkt dat met lege glazen is gegooid voordat [naam artiest] zich over het gooien van bier tot het publiek richtte. Wat [naam artiest] vervolgens tegen het publiek heeft gezegd, kan dan ook als een waarschuwing worden beschouwd om niet met (glazen) bier te gooien. Met dit citaat kan in ieder geval niet worden gesproken van uitlokking door [naam artiest] tot het gooien van bier naar hem. Reeds daarom gaat het beroep van [eiser] op voormeld artikel niet op.