Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
1.
heeft doen binnenkomen vanuit Kroatië en/of Duitsland en/of België;
2.
te doen binnenkomen vanuit Duitsland en/of België en/of een ander land,
De formele voorvragen.
Het begrip «invoer» betekent, aldus artikel 1, het brengen van goederen in het vrije verkeer. De reglementering van het binnenkomen heeft ten dele een andere ratio dan die van het uitgaan. Voor beide geldt de wens het wapenbestand te beheersen, waarvoor registratie zowel bij binnenkomst als bij uitgaan noodzakelijk is. Voorts zit, wat het binnenkomen betreft, de bedoeling voor het binnenlandse wapenbezit zoveel mogelijk te beperken en te beheersen.“
Bewijsmotivering ten aanzien van feit 1 en feit 2.
Ok” naar verdachte. [betrokkene] heeft verdachte gebeld en hij heeft hem vervolgens rond 21.55 uur in de bar van het hotel ontmoet. Om 21.59 uur sms’t [medeverdachte 1] “
Als ok” naar verdachte. Rond 22.35 uur vertrekt [betrokkene] in zijn eigen auto vanaf het hotel. Verdachte vertrekt vervolgens de volgende dag, op 7 januari 2015 te 07.51 uur, met het voertuig vanaf het hotel, waarna de Kroatische politie hem rond 08.29 uur dus staande houdt.
7 januari 2015 onderschepte transport een illegaal wapentransport betrof – en dus niet slechts een transport van keukenapparatuur zoals verdachte heeft verklaard – vindt steun in de gesprekken die verdachte kort daarvoor met zijn partner voerde. Op 5 januari 2015 om 00.03 uur belt verdachte met zijn [partner] , waarbij hij tegen haar zegt dat ze nu gewoon vrij kunnen bellen en vrij dingen tegen elkaar kunnen zeggen. Zijn partner reageert daarop door te zeggen: “Nou dat denk ik dus niet”. De rechtbank overweegt dat uit dit gesprek valt op te maken dat zowel verdachte als zijn partner rekening houdt met de mogelijkheid dat hun gesprek wordt afgeluisterd en zij daarom niet vrijuit kunnen spreken over de telefoon. Dit bevestigt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte kennelijk op de hoogte was van het illegale karakter van het transport. Op 5 januari 2015 om 10.43 uur belt verdachte opnieuw met zijn [partner] , waarbij hij tegen haar zegt dat ze gewoon het verhaal moet aanhouden dat hij naar Italië is, dat ze het zo dikwijls moet vertellen dat ze het dadelijk gewoon zelf denkt dat hij in Italië zit en dat ze gelooft dat hij daar aan het skiën is. Op het moment dat [partner] tijdens het verhoor bij de rechter-commissaris over dit gesprek bevraagd wordt, antwoordt zij dat het de woorden van verdachte zijn die zij verder niet kan verklaren. De rechtbank overweegt dat uit dit gesprek valt op te maken dat verdachte en zijn partner kennelijk met elkaar hebben afgesproken richting anderen geen openheid van zaken te geven over de rit van verdachte naar Kroatië. Ook hierin ziet de rechtbank bevestiging van het feit dat verdachte kennelijk op de hoogte is van het illegale karakter van het transport. De rechtbank ziet niet in waarom verdachte dergelijke gesprekken met zijn partner zou voeren indien het slechts een (legaal) transport van keukenapparatuur betrof zoals verdachte heeft verklaard. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat verdachte en [partner] uiteenlopende verklaringen hebben afgelegd over de bedragen die waren gemoeid met het transport van de keukenapparatuur.