proces-verbaal
RECHTBANK OOST-BRABANT
Parketnummer: 01.061303.17
Datum uitspraak: 09 juni 2017
Proces-verbaal van de in het openbaar gehouden terechtzitting van de politierechter in bovengenoemde rechtbank, locatie Eindhoven op 09 juni 2017.
Tegenwoordig zijn:
mr. C.P.J. Scheele, politierechter,
mr. W. Bos, officier van justitie, en
mr. M.A.J. van der Heijden, griffier.
De politierechter doet de zaak tegen na te noemen verdachte uitroepen.
[verdachte] ,
geboren te Kozan, Griekenland, op [geboortedatum] 1998,
zonder vaste woon- of verblijfplaats hier ten lande,
De politierechter verleent verstek tegen de niet verschenen verdachte en beveelt dat de behandeling van de zaak buiten zijn aanwezigheid wordt voortgezet.
De officier van justitie draagt de zaak voor.
De politierechter deelt mede de korte inhoud van:
- een dossier van de Nationale Politie, eenheid Oost-Brabant, district Eindhoven, basisteam Eindhoven-Zuid, met dossiernummer PL2100-2017066599, afgesloten d.d. 03 april 2017, aantal doorgenummerde bladzijden: aantal blz. 23. Dit dossier bevat een verzameling wettig opgemaakte processen-verbaal die in de onderhavige zaak in het kader van het opsporingsonderzoek zijn opgemaakt alsmede (eventueel) andere bescheiden;
- een uittreksel uit het documentatieregister d.d. 24 april 2017 betreffende verdachte.
De officier van justitie voert het woord, leest de vordering voor en legt die aan de politierechter over.
De officier van justitie eist een gevangenisstraf voor de duur van 2 maanden.
De politierechter verklaart het onderzoek gesloten en zegt terstond mondeling vonnis te zullen geven.
De politierechter spreekt het vonnis uit ter openbare terechtzitting.AANTEKENING VAN HET MONDELING VONNIS
De tenlastelegging.
De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 31 maart 2017.
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 31 maart 2017 te Eindhoven met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een paar schoenen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [winkel] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond door tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te roepen en/of te zeggen "ik heb een mes, ik steek je neer" en/of "Stop, anders steek ik je neer" en/of "ik heb een mes".
De formele voorvragen.
Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding geldig is. De politierechter is bevoegd van het ten laste gelegde kennis te nemen en de officier van justitie kan in zijn vervolging worden ontvangen. Voorts zijn er geen gronden gebleken voor schorsing van de vervolging.