Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
RK-nummer: [betrokkene 1]
1.Standpunten
2.Feiten en omstandigheden
(rechtbank: onderhavige zaak en de zaken tegen de medeverdachten zijn als zodanig aangemerkt)geen regiebijeenkomsten bij de rechter-commissaris wenst. Ook de vervolgens op 30 oktober 2014 voorziene pre-regiebijeenkomst bij de rechtbank heeft niet plaatsgevonden.
(rechtbank: de medeverdachten). Wij hebben toen vlak voor de zitting in maart 2016 besloten de tegen verzoeker uitgevaardigde dagvaarding in te trekken, omdat de zaak slechts pro-forma stond”.
3.Beoordeling
(rechtbank: die afwijkt van diens eerdere positie):
- een bezwaarschrift tegen de dagvaarding zal niet worden ingediend indien de tenlastelegging gelijkluidend is aan de tenlastelegging, die deel uitmaakt van de dagvaarding van 18 december 2015;
- een regiezitting voorafgaand aan de inhoudelijke behandeling is overbodig, omdat de verdediging geen onderzoekswensen heeft en niet zal verzoeken om aanvulling van het dossier, en
- als een dagvaarding wordt uitgebracht kan de zaak inhoudelijk worden behandeld.