Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding van 19 februari 2015, met producties,
- de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie, met producties,
- het tussenvonnis van 29 juli 2015, waarin ambtshalve een comparitie van partijen is bevolen,
- het proces-verbaal van comparitie van 16 februari 2016, met de daarin genoemde stukken, waaronder de conclusie van antwoord in reconventie,
- de fax van 14 maart 2016 van mr. Seunke naar aanleiding van het proces-verbaal,
- de fax van 24 maart 2016 van mr. Lodestijn in reactie op de brief van mr. Seunke,
- de fax van 25 maart 2016 van mr. Seunke met bezwaar tegen de fax van mr. Lodestijn,
- de fax van 25 maart 2016 van mr. Lodestijn in reactie op het bezwaar.
2.De feiten
curing en / of droog tunnel oveninstallatie” voor een bedrag van € 75.500,00.
Ik ben bereid om de montage voor € 8.800,00 aan [te] bieden, incl. Reis- en verblijfkosten voor een aaneengesloten periode van 5 dagen met een max. van 10 reis- en werkuren. Alles daarbuiten en de keren terugkomen zijn op regie.”
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
het ovenproces in zijn geheel te simuleren/door te rekenen”. Heattec omschrijft de opdracht zelf als: “
Opstellen van warmtetechnische/procestechnische ontwerp van een nieuwe convectiedroogoven, incl. rapportage met CFD’s en inzicht in circulatiedebieten, benodigde brandervermogen en afzuigdebieten”. De email van 13 januari 2014 bevat geen ontwerp, maar slechts opmerkingen over een ontwerp “
als we zorgvuldig ontwerpen (Lees: productdragers) moet dat te halen zijn.” en “
het kanalenwerk bovenin en opzij moet dan ook ruim zijn” en de e-mail eindigt met de opmerking dat “
de tegenstrijdige specificaties moeten wel geklaard worden.” Die email kan daarom niet begrepen worden als de rapportage waarvoor Combiflex opdracht heeft gegeven. Aangezien de pre-engineering aan het ontwerp vooraf dient te gaan, is de nakoming blijvend onmogelijk geworden. De ontbinding van dit deel van de overeenkomst treft derhalve doel. Door Heattec is niet bestreden dat het bedrag van € 5.989,50 onderdeel uitmaakt van de al door Combiflex betaalde facturen, zodat Heattec gehouden is dit bedrag – als ongedaanmakingsverbintenis – terug te betalen. Nu het hier niet gaat om het vergoeden van schade op grond van een aansprakelijkheid, ziet het exoneratiebeding waarop Heattec zich beroept hierop niet (zie verder r.o. 4.7).
Doorvoerhoogte door tunnel aan te passen naar 3700 mm”) en daarna een wijziging terug naar de offerte (zie onder 2.11 en 2.12) is niet gebleken van een wijziging van het ontwerp. De rechtbank komt zodoende tot het oordeel dat te tekortkoming aan Heattec toe te rekenen zijn.
- € 43.681,00 (BTW daarin begrepen) als kosten voor herstel,
- € 8.213,86 aan materiaalkosten,
- € 28.000,00 aan uren eigen medewerkers,
- € 11.827,75 aan kosten juridische bijstand.
1.158,00(2,0 punten × tarief € 579,00)
levering aangepaste deur cilinder, zoals overeengekomen op 11 juni jl.” Combiflex voert aan dat het hier gaat om een pneumatische deurcilinder met onjuiste afmetingen, die nooit is gebruikt of gemonteerd. Heattec weerspreekt niet dat de maten onjuist waren, maar voert aan dat daarover te laat is geklaagd. De rechtbank overweegt als volgt. De opdracht zag op levering van een deurcilinder met juiste afmetingen. Door Heattec is onvoldoende onderbouwd waarom Combiflex deze factuur desondanks verschuldigd is. Dit deel van de vordering zal worden afgewezen.
inbedrijfstelling/inregelen”à € 80,00 per uur en een reisvergoeding voor 1.320 kilometer. Combiflex betwist dat op 1 juli 2014 door Heattec werkzaamheden zijn verricht. Voor eventueel meerwerk is geen opdracht gegeven en de uurprijs en kilometervergoeding zijn niet overeengekomen. Bovendien is deze factuur identiek aan de factuur van 22 juli 2014, maar die factuur zou zien op werkzaamheden op 23 en 30 juni en 2 juli 2014. De rechtbank overweegt als volgt. Naar aanleiding van het door Heattec gevoerde verweer is door Combiflex onvoldoende onderbouwd dat deze werkzaamheden door Heattec zijn verricht en dat daarvoor door Combiflex opdracht is gegeven. Dit deel van de vordering zal worden afgewezen. Gelet op artikel 85 Rv had Heattec de werkbonnen waarop zij zich beroept, in het geding moeten brengen. De rechtbank passeert daarom het bewijsaanbod.
aanpassen van koelsectie i.vm. niet passen van het dwarstransport e.e.a. aan de hand van e-mail van 3 juni jl.” Heattec betwist dat deze factuur ziet op meerwerk waarvoor opdracht is gegeven en dat daadwerkelijk is uitgevoerd. De rechtbank overweegt als volgt. De email van 3 juni 2014 waar de factuur naar verwijst, is niet overgelegd. Onvoldoende onderbouwd is daarom dat de factuur ziet op meerwerk waarvoor door Combiflex opdracht is gegeven. Dit deel van de vordering zal worden afgewezen.
85 reis- en werkuren (montage)” voor werk verricht op 23 en 30 juni en 2 juli 2014 en € 9.700,00 voor “
wijzigen interne hoogte oveninstallatie”. De extra werkuren zijn in rekening gebracht aangezien Combiflex haar werkzaamheden niet tijdig gereed had, zodat de werkzaamheden van Heattec twee weken, in plaats van één week, vergden, aldus Heattec. Combiflex betwist, onder verwijzing naar de e-mails van 3 en 4 maart 2014 (zie onder 2.11 en 2.12) dat zij akkoord is gegaan met het meerwerk. Uiteindelijk is gekozen voor de hoogte conform de offerte. Ook de gedeclareerde uren niet gewerkt. Dit is de vierde factuur die ziet op werkzaamheden op 23 en 30 juni en 1 en 2 juli 2014, met steeds verschillende tarieven en in totaal 152,5 uur, zonder dat die werkzaamheden onderbouwd zijn. De rechtbank overweegt als volgt. Uit de gewisselde e-mails volgt – nu Heattec dat niet weerspreekt – dat Combiflex gekozen heeft voor de binnenhoogte conform de offerte. Het meerwerk is niet geaccepteerd (en niet verricht). Onvoldoende onderbouwd is dat er 85 uur extra is besteed aan montage en dat dat het gevolg is van vertraging die aan Combiflex te wijten is. Ook dit deel van de vordering is daarom niet toewijsbaar.
579,00(2,0 punten × factor 0,5 × tarief € 579,00)