ECLI:NL:RBOBR:2016:4333
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- I.L.A. Boer
- L.G.J.M. van Ekert
- W.T.A.M. Verheggen
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor overval met geweld en diefstal met geweld
Op 8 augustus 2016 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van een overval op de openbare weg. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 240 dagen, waarvan 72 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. De bijzondere voorwaarde van de voorwaardelijke straf is dat de verdachte zich ambulant laat behandelen. De verdachte is vrijgesproken van het medeplegen van de overval, omdat de rechtbank niet voldoende bewijs vond voor een nauwe en bewuste samenwerking met medeverdachten.
De zaak kwam aan het licht na een incident op 25 november 2015 in Schijndel, waar de verdachte samen met anderen het slachtoffer heeft bedreigd en geld heeft afgenomen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte het slachtoffer heeft geslagen en geld en een paspoort heeft weggenomen, maar dat er geen bewijs was voor de betrokkenheid van de medeverdachten bij het geweld. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie, die een hogere straf had geëist, afgewezen en in plaats daarvan een lichtere straf opgelegd, rekening houdend met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.
De rechtbank heeft ook de vordering van de benadeelde partij toegewezen, waarbij de verdachte werd veroordeeld tot betaling van materiële schadevergoeding aan het slachtoffer. De rechtbank heeft de onttrekking aan het verkeer van in beslag genomen goederen gelast en de teruggave van andere goederen aan de verdachte bepaald. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij de voorzitter en twee leden aanwezig waren.