Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
6. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
VESTEL BENELUX B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
7. de rechtspersoon naar Roemeens recht
VESTEL ELECTRONICA S.R.L.,
gevestigd te Boekarest, Roemenië,
8. de rechtspersoon naar Frans recht
VESTEL FRANCE S.A.S.,
9. de rechtspersoon naar Spaans recht
VESTEL IBERIA S.L.,
gevestigd te Madrid, Spanje
10. de rechtspersoon naar Engels recht
VESTEL UK LIMITED,
gevestigd te Berkshire, Verenigd Koninkrijk
VESTEL GERMANY GMBH,
gevestigd te München, Duitsland,
6 6. de rechtspersoon naar Koreaans rechtLG ELECTRONICS INC., gevestigd te Seoul, Zuid-Korea, 7. de rechtspersoon naar Engels rechtLG ELECTRONICS WALES LTD., gevestigd te Cardiff, Groot-Brittannië, hierna te noemen: LG,
8 8. de rechtspersoon naar Frans rechtTECHNICOLOR S.A., gevestigd Issy-Les-Moulineaux, Frankrijk, 9. de rechtspersoon naar Amerikaans rechtTECHNICOLOR USA, INC., gevestigd te Indianapolis, Verenigde Staten, hierna te noemen: Technicolor,
advocaten mr. D.F. Lunsingh Scheurleer, mr. H.M.H. Speyart, mr. P.N. Malanczuk en mr. Y. Steeg-Tijms te Amsterdam,
10 de rechtspersoon naar Frans rechtTTD INTERNATIONAL S.A.S., gevestigd te Boulogne-Billancourt, Frankrijk,11. de rechtspersoon naar Pools recht TDP SP. Z O.O., gevestigd te Piaseczno, Polen, hierna te noemen: TTD/TDP
1.De procedure
2.De beoordeling in de bevoegdheidsincidenten
Het geschil
Freeport).
Roche/Primus); HvJ 11 oktober 2007, NJ 2008, 80, (
Freeport)).
Painer).
Kolassa).
“undertakings subject to proceedings”(zie randnrs. 7 t/m 60 van het Besluit, in het bijzonder randnrs. 15 en 34). Dit geldt ook voor TTD (randnr. 56) maar niet voor TDP, die echter volgens Vestel ter comparitie een contractuele rechtsopvolger is van het wel als
undertaking subject to proceedingsgenoemde Thomson Multimedia Polska Sp. z o.o.
a contrario) redenering dat uit het
Waterstofperoxide- arrest (HvJ 21 mei 2015 in zaak C-352/13) volgt dat slechts sprake kan zijn van de voor de toepasselijkheid van artikel 6, lid 1 EEX-Vo vereiste zelfde situatie rechtens indien (a) de ankergedaagde en de medegedaagde allebei als karteldeelnemer zijn geadresseerd in een beschikking van de Europese Commissie en (b) de aan de vorderingen ten grondslag gelegde inbreuk volgens de bewoordingen van de beschikking één voortdurende inbreuk op de artikelen 101 VWEU en 53 EER-Overeenkomst betreft (dus betrekking hebben op de Europese markt). Dat het HvJ in het dictum van laatstgenoemd arrest aan die omstandigheden doorslaggevende betekenis heeft toegekend betekent immers niet dat de vereiste samenhang in andere omstandigheden per definitie niet aanwezig kan zijn. Voorts is een nadere verduidelijking van de posities van elk van de gedaagden afzonderlijk in deze fase van het geschil niet vereist. Het betoog van incidenteel eisers op dit punt kan hen niet baten. Datzelfde geldt voor de vraag of de vordering van Vestel naar Turks recht beoordeeld dient te worden. Het is niet aan de rechtbank om al in deze incidentele procedure de validiteit van de door Vestel gestelde juridische grondslag inhoudelijk te toetsen. De beoordeling van de hiermee samenhangende stellingen van incidenteel eisers zal in de hoofdzaak moeten plaatsvinden.
Waterstofperoxide). Het voorgaande betekent dat de vrees voor tegenstrijdige beslissingen naar het oordeel van de rechtbank voldoende gerechtvaardigd is om op grond van artikel 6 EEX-Vo/7 Rv in dit geval aan te kunnen nemen dat de rechtbank bevoegd is van de vorderingen van Vestel kennis te nemen.
“undertakings subject to proceedings”.
undertaking subject to proceedings. Vestel heeft niets gesteld waaruit volgt dat Technicolor USA heeft deelgenomen aan het kartel (bijvoorbeeld door prijzen te manipuleren of door een fabriek stil te leggen). Dat is ook niet af te leiden uit het Besluit. Vestel heeft niets gesteld waaruit volgt dat zij afspraken heeft gemaakt met Technicolor USA waarbij het (gestelde) kartel van invloed kan zijn geweest. Ter gelegenheid van de comparitie heeft Vestel opgemerkt dat inmiddels is gebleken dat Technicolor USA geen contractspartij van haar is geweest. Wel heeft Vestel aangevoerd dat zij bij een andere maatschappij van de Technicolor-groep heeft ingekocht en dat de desbetreffende producten door Technicolor USA zijn geproduceerd, maar dit impliceert, anders dan een verkooprelatie (die ten aanzien van Samsung Hongarije, LG Wales en TTD/TDP, zoals hiervoor is overwogen, in dit stadium voldoende is onderbouwd), niet zonder meer een toereikende mate van samenhang en betrokkenheid bij ongeoorloofde handelingen. Al met al heeft Vestel niet voldoende gesteld om te kunnen vaststellen of er voldoende samenhang is; Vestel heeft onvoldoende feiten gepresenteerd, die - als ze zouden komen vast te staan - maken dat Technicolor USA op vergelijkbare grondslag als de anderen aansprakelijk zou kunnen zijn. De enkele omstandigheid dat de straalbuizen (via een aantal tussenstappen) uiteindelijk bij Technicolor USA vandaan kwamen is onvoldoende.
3.De beoordeling van de vorderingen van TTP/TDP aangaande de stelplicht
4.De beoordeling in de vrijwaringsincidenten
5.De verzoeken openstelling tussentijds hoger beroep.
6.De beoordeling in de hoofdzaak
7.De beslissing
28 december 2016;
28 december 2016;
28 december 2016;
28 december 2016;
10 augustus 2016voor akte aan de zijde van Vestel, waarna de zaak zal worden verwezen naar de rol van 12 weken daarna voor conclusie inzake verjaring aan de zijde van alle gedaagden;