ECLI:NL:RBOBR:2016:2688
Rechtbank Oost-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke zaak betreffende horecabedrijf na geweldsincident
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant op 26 mei 2016 uitspraak gedaan op een verzoek om voorlopige voorziening van verzoeker, eigenaar van café 't Vlashuuske in Oss. Verweerder, de burgemeester van Oss, had op 10 maart 2016 een last onder bestuursdwang opgelegd, waarbij het horecabedrijf voor twee weken gesloten zou worden na een geweldsincident op 14 september 2015. Verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit en verzocht om een voorlopige voorziening, omdat hij vreesde voor reputatieschade en financiële gevolgen van de sluiting.
De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen spoedeisend belang was, aangezien verzoeker geen financiële noodsituatie had aangetoond. De vrees voor reputatieschade werd als een financieel belang beschouwd, wat niet voldoende was om de voorlopige voorziening toe te wijzen. De voorzieningenrechter heeft wel twijfels geuit over de rechtmatigheid van het bestreden besluit, maar deze twijfels waren niet zodanig dat het besluit in de bodemprocedure niet in stand zou kunnen blijven. Daarom werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen.
De uitspraak benadrukt dat de hoofdregel is dat bezwaar de werking van een besluit niet opschort, en dat er een bijzondere reden moet zijn voor het treffen van een voorlopige voorziening. In dit geval was de enige reden die verzoeker aanvoerde financieel van aard, wat niet voldeed aan de eisen voor spoedeisendheid. De voorzieningenrechter heeft ook opgemerkt dat de rechtmatigheid van het besluit in de bodemprocedure zal worden getoetst, en dat de normale procedure niet door een spoedprocedure hoeft te worden doorkruist.