De gezondheidszorgpsycholoog C. Moerland heeft in het rapport d.d. 29 januari 2016 onder meer geconcludeerd en geadviseerd, zakelijk weergegeven:
Er is bij betrokkene sprake van zwakbegaafdheid en van misbruik van alcohol. Verder is sprake van antisociale persoonlijkheidskenmerken. Hiervan was sprake op het moment dat het tenlastegelegde zich voordeed.
Aannemelijk is dat betrokkene voorafgaand aan de delictsituatie veel stress ervoer en dientengevolge veel heeft gedronken. Het problematische alcoholgebruik kan echter niet
los worden gezien van de evidente beperkingen van betrokkene. Zijn zwakbegaafdheid en
de daarmee samenhangende beperkte psychische draagkracht, gebrekkige frustratietolerantie
en impuls- en affectregulatie, de impulsiviteit, het gebrek aan adequate
copingmogelijkheden en ook de lacunaire gewetensfunctie, dragen er alle aan bij
dat hij in geval van spanningen zijn toevlucht zoekt tot de alcohol, waardoor de controle
over zijn agressieve impulsen (nog verder) afneemt. Dat gebeurde in belangrijke mate.
Op grond van het voorgaande zou betrokkene als verminderd toerekeningsvatbaar
kunnen worden beschouwd voor de hem ten laste gelegde feiten.
De volgende factoren voortkomend uit de stoornis van betrokkene kunnen van belang zijn
voor de kans op recidive:
de alcoholproblematiek, de forse impulsregulatieproblemen, de gebrekkige psychische
draagkracht en het beperkte vermogen zaken te overzien en te relativeren; het beperkte probleemoplossende vermogen/gebrek aan adequate coping, de gebrekkige
frustratietolerantie en impulscontrole. Ongunstig gegeven is uiteraard dat betrokkene
een uitgebreide justitiële voorgeschiedenis heeft en dat al meermalen soortgelijke
delicten zijn voorgevallen.
Verder moeten daarbij de volgende factoren en condities in ogenschouw worden genomen:
de beperkte sociale steunstructuur, de ongunstige sociale contacten waarvan betrokkene
zich bedient, de forse problemen in de familie, die veel stress bij hem oproepen.
De genoemde factoren leiden er gezamenlijk toe dat het recidivegevaar als aanzienlijk
wordt ingeschat.
Teneinde de kans op herhaling zo veel mogelijk te kunnen beperken, is behandeling van
de problematiek van betrokkene aangewezen. De ernst van de feiten en de aanzienlijke kans op herhaling onder invloed van de problematiek van betrokkene maakt een juridische inkadering in de vorm van tbs met voorwaarden noodzakelijk.