ECLI:NL:RBOBR:2016:1698
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.H.L.M. Snijders
- L.G.J.M. van Ekert
- B. Poelert
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak voor geweldsdelict in Eindhoven in mei 2013
Op 8 april 2016 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in Turkije in 1966, die beschuldigd werd van een geweldsdelict dat plaatsvond op 19 mei 2013 in Eindhoven. De zaak was aanhangig gemaakt via een dagvaarding op 10 maart 2015. De tenlastelegging omvatte onder andere de poging tot moord en zware mishandeling van een persoon, aangeduid als [slachtoffer 1]. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 70 dagen, waarvan 32 dagen voorwaardelijk, en een taakstraf van 150 uren.
Tijdens de zitting op 25 maart 2016 heeft de rechtbank de verklaringen van getuigen en de verdediging gehoord. De officier van justitie baseerde zijn bewijsvoering voornamelijk op de verklaringen van twee getuigen, [getuige 1] en [getuige 2], die stelden dat het slachtoffer door twee mannen met stokken werd aangevallen. De verdachte ontkende de beschuldigingen en zijn verklaring werd ondersteund door een derde getuige, [getuige 3], die verklaarde dat hij verdachte niet had zien slaan en dat verdachte niet in het bezit was van een stok.
De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren aan de tenlastelegging. De verklaringen van de getuigen waren inconsistent en de rechtbank vond het signalement van de daders niet overeenkomen met dat van de verdachte. Bovendien werd er geen doorslaggevende betekenis toegekend aan het feit dat er een stok met bloed van het slachtoffer in de bus van de verdachte was aangetroffen. De rechtbank sprak de verdachte vrij van alle tenlasteleggingen.