2.3.In haar akte na tussenvonnis voor de zitting van 1 juli 2015 stelt Woonzorg ten aanzien van de reiskosten onder randnummer 5. het volgende:
Er zijn drie categorieën reiskosten:
“Woon-werk verkeer”: de reizen van huis naar de eerste werklocatie en van de laatste werklocatie naar huis. Daarvoor geldt een tarief van € 0,19. Deze reizen worden geboekt op grootboekrekeningnummer 4045 (reiskosten w/w netto).
“Werk-werk verkeer”: de reizen tussen de verschillende werklocaties. Daarvoor geldt een tarief van € 0,40. Een deel daarvan ( € 0,19) is onbelast en is geboekt op grootboekrekeningnummer 416201 (zakelijke reiskostenvergoeding netto). Het resterende deel van € 0,21 is belast en is geboekt op grootboekrekeningnummer 4006 (reiskosten w/w bruto).
“Werk-werk verkeer”: de reizen van huis naar het hoofdkantoor van Woonzorg (onregelmatige ritten). Daarvoor geldt een tarief van € 0,40. Een deel daarvan ( € 0,19) is onbelast en is geboekt op grootboekrekeningnummer 416201 (zakelijke reiskostenvergoeding netto). Het resterende deel van € 0,21 is belast en is geboekt op grootboekrekeningnummer 4006 (reiskosten w/w bruto).
En vervolgens onder randnummer 7.:
“In tegenstelling tot wat Woonzorg eerder heeft aangegeven, zijn al deze drie categorieën reiskosten meegenomen in de totale salariskosten van de bewonersconsulenten en dus in de berekening van het uurtarief. Dus ook het onder categorie A. genoemde “woon-werk verkeer” ...
In haar akte van 15 januari 2015 heeft Woonzorg met betrekking tot de bij het uurtarief van de beheerder te betrekken kostenposten onder meer het volgende gesteld:
onder randnummer 9. geeft zij een toelichting op de reiskosten. Woonzorg verwijst naar de verklaring van [L] , accountant administratie consulent die een toelichting van de directeur van Woonzorg van 14 januari 2015 heeft geparafeerd. In dat stuk “Toelichting op de vergoeding aan de Bewonersconsulenten in 2012" staat onder meer
:
“Bewonersconsulenten in dienst van Woonzorg Nederland hebben geen vaste werklocatie. De standplaats is thuis. Bewonersconsulenten ontvangen dan ook geen vaste reiskostenvergoeding in het kader van woon-werkverkeer, zij dienen hun reiskosten te declareren.”
en “
Voor de bepaling van de vergoeding van de reiskosten worden er vanuit fiscale overwegingen twee tarieven gehanteerd:
Een tarief voor de reis van huis naar de 1e werklocatie en de reis van de laatste werklocatie naar huis.
Een tarief voor het reizen tussen de verschillende werklocaties.
In het totaal van € 362.603,27 aan gedeclareerde reiskosten is een bedrag van € 116.310,89 toewijsbaar aan de reizen die betrekking hebben op huis naar 1e werklocatie en van laatste werklocatie naar huis. Het resterende deel, € 246.292,38 heeft betrekking op de reizen tussen de verschillende werklocaties.”
Woonzorg heeft in haar “Aantekeningen” die zij bij de zitting op 26 maart 2014 heeft gehanteerd en overgelegd een toelichting gegeven op de reiskosten die zij heeft meegenomen in het uurtarief. Onder randnummer 19 stelt zij:
“Het spreekt voor zich dat doorberekend mogen worden alle kosten die direct samenhangen met de dienstverlening van de bewonersconsulenten en de medewerkers DKO ten behoeve van de huurders.”
en onder randnummer 21:
De reiskosten die zijn mee berekend ziennietop woon-werk verkeer. Het gaat zoals gezegd om reiskosten van de bewonersconsulententussen(onderstrepingen door kantonrechter)
de verschillende wooncomplexen, de parkeerkosten en de leasekosten van de busjes van de medewerkers DKO.