In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Oost-Brabant op 9 december 2015 uitspraak gedaan op het verzoek van mr. A.D. Roos, vereffenaar in de nalatenschap van Christianus Voesenek, die op 25 december 2011 te Vught is overleden. Het verzoek, gedateerd op 29 september 2015, betreft de opheffing van de vereffening van de nalatenschap, die voornamelijk uit schulden bestaat. De verzoeker stelt dat er onvoldoende activa aanwezig zijn om de schulden te voldoen en dat de kosten voor verdere afwikkeling niet kunnen worden betaald. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de nalatenschap een negatief saldo vertoont van € 535,49, na aftrek van de vereffeningskosten en griffierechten.
De kantonrechter heeft op basis van artikel 4:209 BW besloten de opheffing van de vereffening te bevelen, omdat de geringe waarde der baten van de nalatenschap dit rechtvaardigt. Tevens is bepaald dat de vereffeningskosten, inclusief het loon van de vereffenaar, worden vastgesteld op € 8.299,69 inclusief BTW. De griffier is opgedragen om de opheffing van de vereffening in het boedelregister in te schrijven en verzoeker is vrijgesteld van griffierecht. De beschikking zal worden bekendgemaakt via rechtspraak.nl, waarbij de vereffenaar van de wettelijke publicatieplicht wordt ontheven.
Deze beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, waarmee de procedure is afgerond.