ECLI:NL:RBOBR:2015:6603

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
20 november 2015
Publicatiedatum
19 november 2015
Zaaknummer
01/880628-14
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor meervoudige diefstallen in de regio Eindhoven

In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 20 november 2015 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van zestien gekwalificeerde diefstallen uit woningen, auto's en bedrijven in de regio Eindhoven. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van twee jaar. De zaak kwam aanhangig na een dagvaarding op 18 mei 2015, en de rechtbank heeft de verdachte op tegenspraak veroordeeld na een onderzoek ter terechtzitting op 15 juni, 4 september en 6 november 2015. De tenlastelegging omvatte onder andere diefstallen waarbij de verdachte samen met anderen handelde, en de rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte actief betrokken was bij de gepleegde feiten.

De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van enkele feiten, maar achtte de betrokkenheid bij de overige feiten wettig en overtuigend bewezen. De rechtbank overwoog dat de verdachte en zijn medeverdachten een patroon volgden in hun werkwijze, waarbij zij steeds samen op pad gingen om goederen te stelen. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers in aanmerking genomen bij het bepalen van de straf. De verdachte had eerder soortgelijke veroordelingen en de rechtbank vond een gevangenisstraf van twee jaar passend, gezien de aard van de gepleegde feiten en de overlast die deze veroorzaakten.

Daarnaast heeft de rechtbank verschillende vorderingen van benadeelde partijen toegewezen, waarbij de verdachte werd veroordeeld tot schadevergoeding aan de slachtoffers. De rechtbank heeft ook een verbeurdverklaring uitgesproken van de in beslag genomen auto van de verdachte, die gebruikt was bij de gepleegde feiten. De uitspraak benadrukt de ernst van diefstallen en de gevolgen voor de slachtoffers, evenals de noodzaak van een passende straf voor de verdachte.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OOST-BRABANT

Parketnummer: 01/880628- 14 [verdachte]
Strafrecht
Parketnummer: 01/880628-14
Datum uitspraak: 20 november 2015
Verkort vonnis van de rechtbank Oost-Brabant, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1971,
wonende te [woonplaats] , [adres] ,
thans gedetineerd te: P.I. Zuid Oost, HvB Roermond.
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 15 juni 2015, 4 september 2015 en 6 november 2015.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen van de zijde van verdachte naar voren is gebracht.

De tenlastelegging.

De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 18 mei 2015.
Nadat de tenlastelegging op de terechtzitting van 4 september 2015 is gewijzigd, is aan verdachte ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 21 september 2014 te Lieshout, gemeente Laarbeek, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit de woning Stiphoutseweg 2 aldaar weg te nemen geld en/of goederen van zijn/hun gading, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die woning te verschaffen en/of die/dat weg te nemen geld en/of goederen van zijn/hun gading onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen een of meer rolluiken van die woning open te breken en/of met een breekvoorwerp te vernielen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;[proces-verbaal pagina 895]
2.
hij op of omstreeks 14 januari 2015 te Moergestel, gemeente Oisterwijk, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vanaf perceel Donkhorst 8 aldaar een kabelspoel, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s);[proces-verbaal pagina 1028]
3.
hij op of omstreeks 27 januari 2015 te Mierlo, gemeente Geldrop-Mierlo, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vanaf/nabij perceel Heezerweg 7 aldaar een bladblazer en/of een heggeschaar, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s);[proces-verbaal pagina 1074]
4.
hij op of omstreeks 27 januari 2015 te Oost West en Middelbeers, gemeente Oirschot, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vanaf perceel Heikant 4 aldaar een sleutel van een loader, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 5] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s);[proces-verbaal pagina 1114]
5.
hij op of omstreeks 29 januari 2015 te Oirschot tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in / uit een bij een bosgbied aan de Eindhovensedijk staande bestelauto heeft weggenomen twee jerrycans met diesel, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 6] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s);[proces-verbaal pagina 1142]
6.
hij op of omstreeks 29 januari 2015 te Helmond tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in / uit een op parkeerplaats Het Witven aan de 5e Boslaan aldaar staande personenauto (Ford Focus) heeft weggenomen een of meer tassen en/of schoenen en/of een weegschaal en/of een standaard van een navigatiesysteem TomTom, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 7] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij verdachte en / of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van braak, verbreking (het inslaan van een ruit van die personenauto) en / of inklimming;[proces-verbaal pagina 1182]
7.
hij op of omstreeks 29 januari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vanaf een aan de Locatellistraat staande bestelauto (Dodge Ram 1500) twee koffers met een boormachine en/of een slagschroefmachine en/of ander gereedschap, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 8] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s);[proces-verbaal pagina 1225]
8.
hij op of omstreeks 03 februari 2015 te Mierlo, gemeente Geldrop-Mierlo, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in / uit de woning en/of perceel Heezerweg 26 heeft weggenomen sieraden en/of computerapparatuur en/of een televisie en/of een beveiligingscamera en/of foto- en filmapparatuur en/of een telefoon en/of een wasmand en/of een zaagmachine en/of een kluissleutel en/of (vanuit een schuur bij die woning) een of meer rijzadels en/of een paardendeken en/of andere paardrij-attributen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 9] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij verdachte en / of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van braak, verbreking en / of inklimming;[proces-verbaal pagina 1260]
9.
hij op of omstreeks 03 februari 2015 te Oirschot tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in / uit een aan de Eindhovensedijk geparkeerde personenauto (Opel Astra) heeft weggenomen een of meer tassen en/of kledingstukken en/of schoenen en/of een portemonnee en/of geld en/of een rijbewijs en/of een identiteitskaart, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 10] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij verdachte en / of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van braak, verbreking (inslaan van een ruit van die personenauto) en / of inklimming;[proces-verbaal pagina 1469]
10.
hij op of omstreeks 11 februari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een op een parkeerterrein aan de Landsardseweg staande bestelauto (Ford Transit) een rugzak en/of een IPAD en/of een notebook (merk HP) en/of een GoPro camera en/of een SD-kaart en/of een GSM (Samsung), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 11] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s);[proces-verbaal pagina 1631]
11.
hij op of omstreeks 20 februari 2015 te Nuenen, gemeente Nuenen Ca, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vanaf een nieuwbouwproject aan de Europalaan aldaar een boormachine en/of twee schroefmachines en/of een decoupeerzaag, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan aannemersbedrijf [slachtoffer 12] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s);[proces-verbaal pagina 1695]
12.
hij op of omstreeks 20 februari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in / uit een aan de Anconalaan geparkeerde bestelauto (Citroën Jumper) heeft weggenomen een kettingzaag, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 13] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij verdachte en / of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van braak, verbreking (inslaan van een ruit van die bestelauto) en / of inklimming;[proces-verbaal pagina 1722]
13.
hij in of omstreeks de periode van 22 februari 2015 tot en met 23 februari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in / uit een in een weiland aan de Esp staande zeecontainer en/of een schaftkeet heeft weggenomen rijzadels en/of paardrijzweepjes en/of andere paardrij-attributen en/of een bosmaaier en/of een kachel en/of een aggregaat, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij verdachte en / of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van braak, verbreking en / of inklimming;[proces-verbaal pagina 1744]
14.
hij op of omstreeks 24 februari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit/vanaf een aan de Rooijakkersstraat staande bestelauto (Citroën) twee bladblazers, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 13] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s);[proces-verbaal pagina 1981]
15.
hij op of omstreeks 24 februari 2015 te Wintelre, gemeente Eersel, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in / uit een aan de Merenweg staande schaftkeet heeft weggenomen een voorwerp met oranje handvatten, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 14] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij verdachte en / of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van braak, verbreking (openbreken van een deur van die schaftkeet) en / of inklimming;[proces-verbaal pag. 2005]
Subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 24 februari 2015 te Wintelre, gemeente Eersel, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een aan de Merenweg staande schaftkeet weg te nemen geld en/of goederen van zijn/hun gading, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 14] en/of een of meer anderen, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die schafkeet te verschaffen en/of die/dat weg te nemen geld en/of goederen van zijn/hun gading onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen een deur van die schaftkeet heeft opengebroken en/of die schaftkeet heeft doorzocht, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;[proces-verbaal pagina 2005]
16.
hij op of omstreeks 25 februari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit/vanaf een aan de Grote Beekstraat staande bestelauto (Citroën Jumper) twee bladblazers, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 13] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s);[proces-verbaal pagina 2035]
17.
hij op of omstreeks 25 februari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in / uit een aan de Koenraadlaan staande bestelauto (Ford Transit) heeft weggenomen een of meer koffers met boormachines en/of een schroefmachine en/of een decoupeerzaag, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan bouwbedrijf [slachtoffer 15] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij verdachte en / of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van braak, verbreking (inslaan van een ruit van die bestelauto) en / of inklimming ;[proces-verbaal pagina 2060]
18.
hij op of omstreeks 25 februari 2015 te Son en Breugel tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit/vanaf een op de Eindhovenseweg staande bestelauto (Volkswagen LT) een of meer sleutels, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 16] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s).[proces-verbaal pagina 2091]
Ten gevolge van een kennelijke schrijffout in de tenlastelegging begaan staat in de derde regel van het onder 5 ten laste gelegde feit “bosgbied” vermeld in plaats van “bosgebied” en in de derde regel van het onder 6 ten laste gelegde feit “Boslaan” vermeld in plaats van “Bosweg”. De rechtbank herstelt deze schrijffouten en leest telkens het laatste in plaats van het eerste. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.
Voor zover in de tenlastelegging meer taal- en/of schrijffouten voorkomen zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.

De formele voorvragen.

Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding geldig is. De rechtbank is bevoegd van het ten laste gelegde kennis te nemen en de officier van justitie kan in de vervolging worden ontvangen. Voorts zijn er geen gronden gebleken voor schorsing van de vervolging.

Vrijspraak.

De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan verdachte onder 1 , 2 en 15 primair is ten laste gelegd, zodat de verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.

Overwegingen omtrent de betrokkenheid van verdachte.

Standpunt van de verdediging.

Door de raadsvrouwe is conform de door haar overgelegde pleitnota als verweer gevoerd in alle ten laste gelegde feiten met uitzondering van de feiten 11, 12 en 16, dat voor medeplegen een bewuste en nauwe samenwerking vereist is. Zij verwijst hierbij naar het overzichtsarrest van de Hoge Raad d.d. 2 december 2014 ECLI:NL:HR:20l4:3474. De Hoge Raad benadrukt in dit arrest dat het bij medeplegen moet gaan om een bijdrage van voldoende gewicht. De Hoge Raad heeft in dit arrest duidelijk het verschil tussen medeplegen en medeplichtigheid uiteengezet. De Hoge Raad benadrukt dat het kernverwijt bij medeplichtigheid is het bevorderen en/of vergemakkelijken van een door een ander begaan misdrijf. De Hoge Raad noemt als voorbeelden van gedragingen die met medeplichtigheid in verband staan bijvoorbeeld het op de uitkijk staan, het verstrekken van middelen, etc.
Verdachte is bij de onderhavige feiten slechts aanwezig geweest, hij heeft op de uitkijk gestaan of heeft helemaal geen rol gespeeld. Verdachte dient dus voor deze feiten te worden vrijgesproken.

Het oordeel van de rechtbank:

Naar het oordeel van de rechtbank was, gelet op alle feiten en omstandigheden, zoals deze blijken uit de bewijsmiddelen en die in onderling verband en samenhang worden bezien, verdachte bij alle bewezen verklaarde feiten actief betrokken in de rol van medepleger. Daartoe wordt het volgende overwogen.
Bij een eerder gepleegd feit (dat afzonderlijk en buiten deze strafzaak om is afgedaan) werden zowel verdachte als de medeverdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] aangehouden. Naar aanleiding daarvan alsmede gelet op de omstandigheid dat tegen verdachte en deze medeverdachte(n) steeds meer verdenkingen be- en ontstonden, waarbij steeds dezelfde auto in beeld kwam, werd er op de auto van verdachte [verdachte] een peilbaken geplaatst en werden bevelen tot observatie afgegeven. Niet alleen werden de verdachten geobserveerd, maar ook stond bijvoorbeeld de berging van medeverdachte [medeverdachte 1] onder observatie. Verder hebben er telefoontaps plaatsgevonden in de betreffende periode.
Uit de observaties en de gegevens van het peilbaken al dan niet in combinatie met tapgesprekken en zendmastgegevens leidt de rechtbank af dat steeds verdachte [verdachte] en medeverdachte [medeverdachte 1] bij de bewezen verklaarde feiten waren betrokken. Bij een tweetal feiten kwam ook medeverdachte [medeverdachte 2] als medepleger in beeld.
Gedurende een periode van een maand zijn -in elk geval- 16 diefstallen/inbraken gepleegd, waaronder een poging daartoe en in de meeste gevallen werd twee of drie keer op een dag toegeslagen.
De wijze van opereren vond veelal plaats volgens een vast stramien, waarbij in 15 gevallen gebruik werd gemaakt van de auto van verdachte Pruymboom. Door het observatieteam werd ook waargenomen dat verdachte [verdachte] samen met [medeverdachte 1] voor en/of na de diefstallen/inbraken, althans poging daartoe, in de Volkswagen Golf van verdachte [verdachte] zat.
Hoewel niet in alle gevallen is waargenomen dat verdachte zelf een of meer goederen wegnam, maakt dit voor zijn rol als medepleger in deze geen enkel verschil. Ieders rol en ieders bijdrage in de uitvoering was naar het oordeel van de rechtbank onderling inwisselbaar. De verdachte wist van de hoed en de rand: men ging steeds samen op pad om goederen buit te maken.
Hun werkwijze ter zake van deze diefstallen/inbraken althans poging daartoe, het wegbrengen en opbergen van de gestolen goederen op vaste plaatsen bij de medeverdachten en het verdelen van de opbrengst getuigt van een intensieve samenwerking, waarbij volgens een vast patroon werd gehandeld. Ieder van hen, zo ook verdachte, leverde daaraan op zijn manier een wezenlijke bijdrage. De rechtbank beoordeelt aldus niet ieder feit op zichzelf, want in dat geval zou het standpunt van de verdediging mogelijk verdedigbaar zijn geweest dat verdachte [verdachte] slechts medeplichtig was, nu zijn bijdrage alsdan niet verder was gegaan dan het louter aanwezig zijn, het op de uitkijk staan of het enkel faciliteren van het vervoer naar en van de plaatsen delict. Maar zo is het niet, het gaat niet om elk afzonderlijk feit op zichzelf beschouwd, maar om het patroon dat ten aanzien van de bewezen verklaarde feiten kan worden vastgesteld waarbij verdachte met steeds dezelfde medeverdachte(n) in een relatief korte periode op zoek is gegaan naar een geschikte buit en samen werd toegeslagen. Tussen verdachte en zijn medeverdachte(n) [medeverdachte 1] was daarbij telkens sprake van een bewuste -immers op diefstallen gerichte- en nauwe -immers in een vaste rolverdeling vervatte- samenwerking.
Geen van de verdachten heeft overigens een andere aannemelijke verklaring gegeven voor hun samenzijn op de plaatsen delict of in de directe omgeving van die plaatsen en daarvan is ook anderszins niet gebleken.
Gelet op deze feiten en omstandigheden in onderling verband en samenhang bezien acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen hetgeen hierna onder de bewezenverklaring is vermeld.

De bewezenverklaring.

De rechtbank acht, op grond van de feiten en omstandigheden die zijn vervat in de bewijsmiddelen, wettig en overtuigend bewezen, dat
3. hij op 27 januari 2015 te Mierlo, gemeente Geldrop-Mierlo, tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vanaf perceel Heezerweg 7 aldaar een bladblazer en een heggenschaar, toebehorende aan [slachtoffer 4] ;
4. hij op 27 januari 2015 te Oost West en Middelbeers, gemeente Oirschot, tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vanaf perceel Heikant 4 aldaar een sleutel van een loader, toebehorende aan [slachtoffer 5]
5. hij op 29 januari 2015 te Oirschot tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een bij een bosgebied aan de Eindhovensedijk staande bestelauto heeft weggenomen twee jerrycans met diesel, toebehorende aan [slachtoffer 6] ;
6. hij op 29 januari 2015 te Helmond tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een op parkeerplaats Het Witven aan de 5e Bosweg aldaar staande personenauto (Ford Focus) heeft weggenomen tassen en schoenen en een weegschaal en een standaard van een navigatiesysteem TomTom, toebehorende aan [slachtoffer 7] , waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en/of de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak (het inslaan van een ruit van die personenauto);
7. hij op 29 januari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vanaf een aan de Locatellistraat staande bestelauto (Dodge Ram 1500) twee koffers met een boormachine en een slagschroefmachine en ander gereedschap, toebehorende aan [slachtoffer 8] ;
8. hij op 03 februari 2015 te Mierlo, gemeente Geldrop-Mierlo, tezamen en in vereniging met anderen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit de woning en/of vanuit een schuur bij die woning aan de Heezerweg 26 heeft weggenomen sieraden en computerapparatuur en een televisie en een beveiligingscamera en foto- en filmapparatuur en een telefoon en een wasmand en een zaagmachine en een kluissleutel en rijzadels en een paardendeken en andere paardrij-attributen, toebehorende aan [slachtoffer 9] , waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak;
9. hij op 03 februari 2015 te Oirschot tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Eindhovensedijk geparkeerde personenauto (Opel Astra) heeft weggenomen tassen en kledingstukken en schoenen en een portemonnee en geld en een rijbewijs en een identiteitskaart, toebehorende aan [slachtoffer 10] , waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en/of de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak (inslaan van een ruit van die personenauto);
10. hij op 11 februari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een op een parkeerterrein aan de Landsardseweg staande bestelauto (Ford Transit) een rugzak en een IPAD en een notebook (merk HP) en een GoPro camera en een SD-kaart en een GSM (Samsung), toebehorende aan [slachtoffer 11] ;
11. hij op 20 februari 2015 te Nuenen, gemeente Nuenen Ca, tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vanaf een nieuwbouwproject aan de Europalaan aldaar een boormachine en twee schroefmachines en een decoupeerzaag, toebehorende aan aannemersbedrijf [slachtoffer 12] ;
12. hij op 20 februari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Anconalaan geparkeerde bestelauto (Citroën Jumper) heeft weggenomen een kettingzaag toebehorende aan [slachtoffer 13] , waarbij verdachte en zijn mededader het weg te nemen goed onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak (inslaan van een ruit van die bestelauto);
13. hij in de periode van 22 februari 2015 tot en met 23 februari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met anderen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een in een weiland aan de Esp staande zeecontainer en/of een schaftkeet heeft weggenomen rijzadels en paardrijzweepjes en andere paardrij-attributen en een bosmaaier en een kachel en een aggregaat, toebehorende aan anderen dan aan verdachte en zijn mededaders, waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak;
14. hij op 24 februari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vanaf een aan de Rooijakkersstraat staande bestelauto (Citroën) twee bladblazers, toebehorende aan [slachtoffer 13] ;
15. subsidiair hij op 24 februari 2015 te Wintelre, gemeente Eersel, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Merenweg staande schaftkeet weg te nemen geld en/of goederen van hun gading, toebehorende aan [slachtoffer 14] en/of een of meer anderen en zich daarbij de toegang tot die schafkeet te verschaffen door middel van braak, met zijn mededader, een deur van die schaftkeet heeft opengebroken en die schaftkeet heeft doorzocht, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
16. hij op 25 februari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vanaf een aan de Grote Beekstraat staande bestelauto (Citroën Jumper) twee bladblazers toebehorende aan [slachtoffer 13] ;
17. hij op 25 februari 2015 te Eindhoven tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Koenraadlaan staande bestelauto (Ford Transit) heeft weggenomen koffers met boormachines en een schroefmachine en een decoupeerzaag, toebehorende aan bouwbedrijf [slachtoffer 15] , waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak (inslaan van een ruit van die bestelauto);
18. hij op 25 februari 2015 te Son en Breugel tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen vanaf een op de Eindhovenseweg staande bestelauto (Volkswagen LT) sleutels toebehorende aan [slachtoffer 16] .
De bewijsmiddelen worden slechts gebezigd met betrekking tot het feit waarop zij in het bijzonder betrekking hebben.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. Verdachte zal hiervan worden vrijgesproken.

De strafbaarheid van het feit.

Het bewezen verklaarde levert op de in de uitspraak vermelde strafbare feiten.
Er zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

De strafbaarheid van verdachte.

Er zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. Verdachte is daarom strafbaar voor hetgeen bewezen is verklaard.

Oplegging van straf en/of maatregel.

De eis van de officier van justitie.

Ten aanzien van de feiten 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15 primair, 16, 17 en 18:
Een gevangenisstraf voor de duur van 40 maanden, met aftrek voorarrest.
Verbeurdverklaring van de onder verdachte in beslag genomen personenauto, merk Volkswagen Golf.
Ten aanzien van de vorderingen van de benadeelde partijen:
- [slachtoffer 10] (feit 9): gehele toewijzing tot een bedrag van € 127,=;
- [slachtoffer 17] (feit 13): toewijzing tot een bedrag van € 15.290,=, met afwijzing van het restant van de vordering, nu de kachel en het aggregaat weer zijn teruggegeven aan de benadeelde partij;
- [slachtoffer 18] (feit 13): gehele toewijzing tot een bedrag van € 469, 35;
- [slachtoffer 19] (feit 13): gehele toewijzing tot een bedrag van € 373,35;
- [slachtoffer 20] (feit 13): gehele toewijzing tot een bedrag van € 502,90;
- [slachtoffer 14] (feit 15 primair): niet ontvankelijk verklaring omdat niet blijkt dat de gemachtigde ook daadwerkelijk gemachtigd was door de [slachtoffer 14] ;
- [slachtoffer 16] (feit 18): toewijzing tot een bedrag van € 852,52 en niet-ontvankelijk verklaring voor het restant van de vordering.
Voor zover een gehele of gedeeltelijke toewijzing is gevorderd, vordert de officier van justitie tevens hoofdelijke veroordeling van verdachte samen met zijn mededader(s).
Een kopie van de vordering van de officier van justitie is aan dit vonnis gehecht.

Het oordeel van de rechtbank.

Bij de beslissing over de straf die aan verdachte dient te worden opgelegd heeft de rechtbank gelet op de aard en de ernst van het bewezen verklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan. Bij de beoordeling van de ernst van de door verdachte gepleegde strafbare feiten betrekt de rechtbank het wettelijke strafmaximum en de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd. Daarnaast houdt de rechtbank bij de strafbepaling rekening met de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende ten nadele van verdachte in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich met zijn medeverdachte(n) schuldig gemaakt aan diefstallen, veelal vanaf of vanuit bestelauto’s, auto-inbraken, een inbraak in een zeecontainer en een schaftkeet, een woninginbraak en een poging tot inbraak in een schaftkeet. Verdachte heeft bij het plegen van de feiten gehandeld uit puur winstbejag en heeft zich niets aangetrokken van de belangen van de slachtoffers.
Diefstallen als de onderhavige veroorzaken overlast en schade. Door toedoen van verdachte en zijn medeverdachten zijn niet alleen mensen hun dierbare bezittingen ontnomen, maar zijn ook bedrijven gedupeerd. Verdachte en zijn medeverdachte(n) gingen zonder schroom te werk en braakhandelingen werden daarbij geenszins geschuwd. Niet alleen in de nachtelijke uren, maar vooral op klaarlichte dag, namen zij weg wat op hun pad kwam. En konden ze de buit vervolgens niet gebruiken of te gelde maken, werd deze gewoon ergens gedumpt. Hun werkwijze getuigt van een brutale mentaliteit, waaruit minachting spreekt voor andermans eigendom. Zelfs het privé-domein van een woning heeft hen niet weerhouden. De woning is bij uitstek de plaats waar men zich veilig moet kunnen voelen. Een inbraak in de woning veroorzaakt gevoelens van angst en onveiligheid bij de bewoners in het bijzonder en in de samenleving in het algemeen. Daarnaast brengt een woninginbraak voor de benadeelden materiële schade en overlast met zich mee. Verdachte heeft zich van dit alles niets aangetrokken, getuige zijn bijdrage. Hij heeft zich enkel laten leiden door financiële motieven.
Kijkend naar de persoon van verdachte, houdt de rechtbank voorts in het nadeel van verdachte rekening met de omstandigheid dat verdachte eerder voor soortgelijke feiten werd veroordeeld tot onvoorwaardelijke gevangenisstraffen.
Bij haar beslissing over de strafsoort en de hoogte van de straf heeft de rechtbank aansluiting gezocht bij de binnen de zittende magistratuur ontwikkelde oriëntatiepunten. De oriëntatiepunten dienen als vertrekpunt bij het bepalen van de straf.
De rechtbank acht uit een oogpunt van vergelding en ter beveiliging van de maatschappij een vrijheidsbeneming van lange duur op zijn plaats.
De rechtbank zal een lichtere straf opleggen dan de door de officier van justitie gevorderde straf, nu de rechtbank van oordeel is dat de straf die de rechtbank zal opleggen de ernst van het bewezen verklaarde voldoende tot uitdrukking brengt en de rechtbank de straf op minder feiten baseert dan de officier van justitie.
De rechtbank is van oordeel dat in verband met een juiste normhandhaving niet kan worden volstaan met het opleggen van een andersoortige of geringere straf dan een gevangenisstraf voor de duur van twee jaar.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 10] .De rechtbank acht de vordering in haar geheel toewijsbaar als onvoldoende gemotiveerd betwist en rechtstreeks door het bewezen verklaarde feit onder 9 toegebrachte. schade door de auto-inbraak.. Naar het oordeel van de rechtbank komen de kosten voor aanschaf van een nieuwe identiteitskaart en rijbewijs als gevolg van deze inbraak niet voor rekening en risico van de benadeelde. De omstandigheid dat deze zijn teruggevonden, doen immers aan die kosten voor de benadeelde niets af.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Verder wordt verdachte veroordeeld in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.

Motivering van de hoofdelijkheid.

De rechtbank stelt vast dat verdachte dit strafbare feit samen met een ander heeft gepleegd. Nu verdachte en zijn mededader samen een onrechtmatige daad hebben gepleegd, zijn zij jegens de benadeelde hoofdelijk aansprakelijk voor de totale schade.
Schadevergoedingsmaatregel.
De rechtbank zal voor het toegewezen bedrag tevens de schadevergoedingsmaatregel opleggen, nu de rechtbank het wenselijk acht dat de Staat schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert.
Aangezien aan verdachte meer verplichtingen tot vergoeding van dezelfde schade worden opgelegd, zal de rechtbank bepalen dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij komt te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt te vervallen.

De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 17] .De benadeelde partij heeft ter terechtzitting haar vordering verminderd met een bedrag van € 890,= omdat zowel de kachel als het aggregaat die uit de zeecontainer/schaftkeet waren gestolen, zijn teruggegeven aan de benadeelde partij.

De rechtbank acht toewijsbaar, als onvoldoende gemotiveerd betwist en rechtstreeks door het bewezen verklaarde feit onder 13 toegebrachte schade, de volgende onderdelen van de vordering te weten materiële schadevergoeding (de posten: geen lessen kunnen geven en sloten/laswerk reparatie). De hoogte van deze schadeposten komt de rechtbank aannemelijk voor.
De rechtbank zal de benadeelde partij niet ontvankelijk verklaren in de posten zadels, hoofdstellen en bosmaaier, omdat de rechtbank van oordeel is dat behandeling van de vordering op deze punten een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert, onder meer nu de bewijstukken hieromtrent ontbreken. Nader onderzoek naar de juistheid en omvang van de vordering (in zoverre) zou een uitgebreide nadere behandeling vereisen. De benadeelde partij kan deze onderdelen van de vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Verder wordt verdachte veroordeeld in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.

Motivering van de hoofdelijkheid.

De rechtbank stelt vast dat verdachte dit strafbare feit samen met anderen heeft gepleegd. Nu verdachte en zijn mededaders samen een onrechtmatige daad hebben gepleegd, zijn zij jegens de benadeelde hoofdelijk aansprakelijk voor de totale schade.
Schadevergoedingsmaatregel.
De rechtbank zal voor het toegewezen bedrag tevens de schadevergoedingsmaatregel opleggen, nu de rechtbank het wenselijk acht dat de Staat schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert.
Aangezien aan verdachte meer verplichtingen tot vergoeding van dezelfde schade worden opgelegd, zal de rechtbank bepalen dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij komt te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt te vervallen.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 18] .De rechtbank acht de vordering in haar geheel toewijsbaar als rechtstreeks door het bewezen verklaarde feit onder 13 toegebrachte schade door de inbraak in de zeecontainer en/of schaftkeet. Het schadebedrag komt de rechtbank aannemelijk voor.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Verder wordt verdachte veroordeeld in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.

Motivering van de hoofdelijkheid.

De rechtbank stelt vast dat verdachte dit strafbare feit samen met anderen heeft gepleegd. Nu verdachte en zijn mededaders samen een onrechtmatige daad hebben gepleegd, zijn zij jegens de benadeelde hoofdelijk aansprakelijk voor de totale schade.
Schadevergoedingsmaatregel.
De rechtbank zal voor het toegewezen bedrag tevens de schadevergoedingsmaatregel opleggen, nu de rechtbank het wenselijk acht dat de Staat schadevergoeding aan het slachtoffer bevorder.
Aangezien aan verdachte meer verplichtingen tot vergoeding van dezelfde schade worden opgelegd, zal de rechtbank bepalen dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij komt te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt te vervallen.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 19] .De rechtbank acht de vordering in haar geheel toewijsbaar als rechtstreeks door het bewezen verklaarde feit onder 13 toegebrachte schade door de inbraak in de zeecontainer en/of schaftkeet. Het schadebedrag komt de rechtbank aannemelijk voor.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Verder wordt verdachte veroordeeld in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.

Motivering van de hoofdelijkheid.

De rechtbank stelt vast dat verdachte dit strafbare feit samen met anderen heeft gepleegd. Nu verdachte en zijn mededaders samen een onrechtmatige daad hebben gepleegd, zijn zij jegens de benadeelde hoofdelijk aansprakelijk voor de totale schade.
Schadevergoedingsmaatregel.
De rechtbank zal voor het toegewezen bedrag tevens de schadevergoedingsmaatregel opleggen, nu de rechtbank het wenselijk acht dat de Staat schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert.
Aangezien aan verdachte meer verplichtingen tot vergoeding van dezelfde schade worden opgelegd, zal de rechtbank bepalen dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij komt te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt te vervallen.

De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 20] . De rechtbank acht de vordering in haar geheel toewijsbaar als rechtstreeks door het bewezen verklaarde feit onder 13 toegebrachte schade door de inbraak in de zeecontainer en/of schaftkeet. Het schadebedrag komt de rechtbank aannemelijk voor.

De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Verder wordt verdachte veroordeeld in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.

Motivering van de hoofdelijkheid.

De rechtbank stelt vast dat verdachte dit strafbare feit samen met anderen heeft gepleegd. Nu verdachte en zijn mededaders samen een onrechtmatige daad hebben gepleegd, zijn zij jegens de benadeelde hoofdelijk aansprakelijk voor de totale schade.
Schadevergoedingsmaatregel.
De rechtbank zal voor het toegewezen bedrag tevens de schadevergoedingsmaatregel opleggen, nu de rechtbank het wenselijk acht dat de Staat schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert.
Aangezien aan verdachte meer verplichtingen tot vergoeding van dezelfde schade worden opgelegd, zal de rechtbank bepalen dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij komt te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt te vervallen.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 14] .De rechtbank zal de benadeelde partij niet ontvankelijk verklaren in de vordering. De vordering ter zake van het bewezen verklaarde onder feit 15 subsidiair is ingediend door de gemachtigde van de benadeelde partij, [betrokkene 1] .
Uit het voegingsformulier blijkt echter niet dat [betrokkene 1] is gemachtigd om namens de benadeelde partij op te treden. De benadeelde partij is voorts in kennis gesteld van de zitting, maar niet verschenen, zodat ook ter zitting niet kon worden vastgesteld of [betrokkene 1] gemachtigd was.
Hoewel de Hoge Raad in zijn arrest d.d. 5 februari 2002, NJ 2003, 593 heeft bepaald dat de beginselen van een goede procesorde met zich brengen dat de benadeelde partij eerst niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in haar vordering, nadat zij door de officier van justitie dan wel door de rechter in de gelegenheid is gesteld dat verzuim te herstellen, is de rechtbank evenwel van oordeel dat het aanhouden van de zaak alleen om de benadeelde partij alsnog in de gelegenheid te stellen het verzuim te herstellen een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert.
De benadeelde partij kan de vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
De rechtbank zal de kosten compenseren.

De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 16] . De rechtbank acht toewijsbaar, als rechtstreeks door het bewezen verklaarde feit onder 18 toegebrachte schade, het volgende onderdeel van de vordering te weten materiële schadevergoeding, de post sloten bus vervangen, tot een bedrag van € 704,56.

De benadeelde partij heeft zowel voornoemde kosten als de daarop betrekking hebbende BTW gevorderd. De rechtbank is echter van oordeel dat, nu verdachte een bedrijf heeft, de BTW kan worden teruggevorderd, zodat deze post voor de benadeelde geen schade oplevert.
De rechtbank zal de benadeelde partij niet ontvankelijk verklaren in (het hierna te noemen onderdeel van) de vordering, omdat de rechtbank van oordeel is dat een nadere behandeling van de vordering op dit punt een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. Benadeelde heeft nog opgegeven 2 dagen van 9 uur niet te hebben kunnen werken, zonder verder te motiveren waarom hij niet heeft kunnen werken. Door de verdediging is deze post gemotiveerd betwist.
De benadeelde partij kan deze onderdelen van de vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Verder wordt verdachte veroordeeld in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.

Motivering van de hoofdelijkheid.

De rechtbank stelt vast dat verdachte dit strafbare feit samen met een ander heeft gepleegd. Nu verdachte en zijn mededader samen een onrechtmatige daad hebben gepleegd, zijn zij jegens de benadeelde hoofdelijk aansprakelijk voor de totale schade.
Schadevergoedingsmaatregel.
De rechtbank zal voor het toegewezen bedrag tevens de schadevergoedingsmaatregel opleggen, nu de rechtbank het wenselijk acht dat de Staat schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert.
Aangezien aan verdachte meer verplichtingen tot vergoeding van dezelfde schade worden opgelegd, zal de rechtbank bepalen dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij komt te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt te vervallen.

Beslag.De rechtbank is van oordeel dat het in het dictum nader te noemen inbeslaggenomen voorwerp vatbaar is voor verbeurdverklaring, omdat - zoals blijkt uit het onderzoek ter terechtzitting – met dit voorwerp de feiten nagenoeg allemaal zijn begaan en dit voorwerp ten tijde van het begaan van de feiten aan verdachte toebehoorde.

Toepasselijke wetsartikelen.

De beslissing is gegrond op de artikelen:
Wetboek van Strafrecht art. 10, 24, 24c, 27, 33, 33a, 36f, 45, 57, 60a, 310, 311.

DE UITSPRAAK

T.a.v. feit 1, feit 2, feit 15 primair: Vrijspraak
Verklaart niet bewezen, dat verdachte het onder 1, 2 en 15 primair ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor is omschreven.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op de misdrijven:
T.a.v. feit 3: diefstal door twee of meer verenigde personen. T.a.v. feit 4: diefstal door twee of meer verenigde personen. T.a.v. feit 5: diefstal door twee of meer verenigde personen. T.a.v. feit 6: diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak. T.a.v. feit 7: diefstal door twee of meer verenigde personen. T.a.v. feit 8: diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak. T.a.v. feit 9: diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak. T.a.v. feit 10: diefstal door twee of meer verenigde personen. T.a.v. feit 11: diefstal door twee of meer verenigde personen. T.a.v. feit 12: diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak. T.a.v. feit 13: diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak. T.a.v. feit 14: diefstal door twee of meer verenigde personen. T.a.v. feit 15 subsidiair: Poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak. T.a.v. feit 16: diefstal door twee of meer verenigde personen. T.a.v. feit 17: diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak. T.a.v. feit 18: diefstal door twee of meer verenigde personen. Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Legt op de volgende straf(fen).
T.a.v. feit 3, feit 4, feit 5, feit 6, feit 7, feit 8, feit 9, feit 10, feit 11, feit 12, feit 13, feit 14, feit 15 subsidiair, feit 16, feit 17, feit 18:
Gevangenisstraf voor de duur van 2 jaar met aftrek overeenkomstig artikel 27 Wetboek van Strafrecht
T.a.v. feit 9: Maatregel van schadevergoeding van EUR 127,00 subsidiair 2 dagen hechtenis
Legt derhalve aan verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 10] , van een bedrag van EUR 127,= (zegge: eenhonderd zevenentwintig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 2 dagen hechtenis. Het bedrag bestaat uit materiële schadevergoeding. Verdachte is niet gehouden tot betaling voor zover dit bedrag door zijn mededader is betaald.
De toepassing van deze vervangende hechtenis heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij:
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 10] van een bedrag van EUR 127,= (zegge: eenhonderd zevenentwintig euro), betreffende materiële schadevergoeding.
Verdachte is niet gehouden tot betaling voor zover dit bedrag door zijn mededader is betaald.
Indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, komt daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat te vervallen.
Veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Veroordeelt verdachte verder in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.
T.a.v. feit 13: Maatregel van schadevergoeding van EUR 2450,00 subsidiair 34 dagen hechtenis.
Legt derhalve aan verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 17] van een bedrag van EUR 2450,= zegge: tweeduizend vierhonderdenvijftig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 34 dagen hechtenis. Het bedrag bestaat uit materiële schade (post geen lessen kunnen geven en sloten/laswerk reparatie).
Verdachte is niet gehouden tot betaling voor zover dit bedrag door (een van) zijn mededader(s) is betaald.
De toepassing van deze vervangende hechtenis heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij:
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 17] van een bedrag van EUR 2450,= (zegge: tweeduizend vierhonderdenvijftig euro), te weten materiële schade (post geen lessen kunnen geven en sloten/laswerk reparatie).
Verdachte is niet gehouden tot betaling voor zover dit bedrag door (een van) zijn mededader(s) is betaald.
Indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, komt daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat te vervallen.
Veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Veroordeelt verdachte verder in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.
Bepaalt dat de benadeelde partij in het overige deel van de vordering niet ontvankelijk is.
T.a.v. feit 13: Maatregel van schadevergoeding van EUR 469,35 subsidiair 9 dagen hechtenis
Legt derhalve aan verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 18] , van een bedrag van EUR 469,35 (zegge: vierhonderdnegenenzestig euro en vijfendertig eurocent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 9 dagen hechtenis. Het bedrag bestaat uit materiële schadevergoeding. Verdachte is niet gehouden tot betaling voor zover dit bedrag door (een van) zijn mededader(s) is betaald.
De toepassing van deze vervangende hechtenis heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij:
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 18] van een bedrag van EUR 469,35 (zegge: vierhonderdnegenenzestig euro en vijfendertig eurocent), te weten materiële schadevergoeding.
Verdachte is niet gehouden tot betaling voor zover dit bedrag door (een van) zijn mededader(s) is betaald.
Indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, komt daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat te vervallen.
Veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Veroordeelt verdachte verder in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.
T.a.v. feit 13: Maatregel van schadevergoeding van EUR 373,35 subsidiair 7 dagen hechtenis
Legt derhalve aan verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 19] , van een bedrag van EUR 373,35 (zegge: driehonderd drieënzeventig euro en vijfendertig eurocent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 7 dagen hechtenis. Het bedrag bestaat uit materiële schadevergoeding.
Verdachte is niet gehouden tot betaling voor zover dit bedrag door (een van) zijn mededader(s) is betaald.
De toepassing van deze vervangende hechtenis heft de hiervoor opgelegde
betalingsverplichting niet op.
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij:
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 19] van een bedrag van EUR 373,35 (zegge: driehonderd drieënzeventig euro en vijfendertig eurocent), te weten materiële schadevergoeding.
Verdachte is niet gehouden tot betaling voor zover dit bedrag door (een van) zijn mededader(s) is betaald.
Indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, komt daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat te vervallen.
Veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Veroordeelt verdachte verder in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.
T.a.v. feit 13: Maatregel van schadevergoeding van EUR 502,90 subsidiair 10 dagen hechtenis
Legt derhalve aan verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 20] , van een bedrag van EUR 502,90 (zegge: vijfhonderdentwee euro en negentig eurocent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 10 dagen hechtenis. Het bedrag bestaat uit materiële schadevergoeding.
Verdachte is niet gehouden tot betaling voor zover dit bedrag door (een van) zijn mededader(s) is betaald.
De toepassing van deze vervangende hechtenis heft de hiervoor opgelegde
betalingsverplichting niet op.
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij :
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 20] van een bedrag van EUR 502,90 (zegge: vijfhonderdentwee euro en negentig eurocent), te weten materiële schadevergoeding.
Verdachte is niet gehouden tot betaling voor zover dit bedrag door (een van) zijn mededader(s) is betaald.
Indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, komt daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat te vervallen.
Veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Veroordeelt verdachte verder in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.
T.a.v. feit 15 subsidiair: Niet-ontvankelijkverklaring van de benadeelde partij [slachtoffer 14] , in de vordering.
Compenseert de kosten van partijen aldus, dat elke partij de eigen kosten draagt.
T.a.v. feit 18: Maatregel van schadevergoeding van EUR 704,56 subsidiair 14 dagen hechtenis
Legt derhalve aan verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 16] van een bedrag van EUR 704,56 (zegge: zevenhonderdenvier euro en zesenvijftig eurocent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 14 dagen hechtenis. Het bedrag bestaat uit een bedrag materiële schadevergoeding (post sloten bus vervangen).
Verdachte is niet gehouden tot betaling voor zover dit bedrag door zijn mededader is betaald.
De toepassing van deze vervangende hechtenis heft de hiervoor genoemde betalingsverplichting niet op.
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij:
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 16] , van een bedrag van EUR 704,56 (zegge: zevenhonderdenvier euro en zesenvijftig eurocent), te weten materiële schadevergoeding (post sloten bus vervangen).
Veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde partij tot heden begroot op nihil.
Veroordeelt verdachte verder in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.
Bepaalt dat de benadeelde partij in het overige deel van de vordering niet ontvankelijk is.
Verdachte is niet gehouden tot betaling voor zover dit bedrag door zijn mededader is betaald.
Indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, komt daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat te vervallen.
Verbeurdverklaring van het inbeslaggenomen goed, te weten: een personenauto, merk Volkswagen Golf TDI, kenteken [kenteken]
Dit vonnis is gewezen door:
mr. A.M. Kooijmans-de Kort, voorzitter,
mr. N.I.B.M. Buljevic en mr. P.T. Heblij, leden,
in tegenwoordigheid van J.C. de Steur, griffier,
en is uitgesproken op 20 november 2015.
Mr. Heblij is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.