ECLI:NL:RBOBR:2015:5196

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
5 maart 2015
Publicatiedatum
2 september 2015
Zaaknummer
3246085 \ CV EXPL 14-8326
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding huurovereenkomst en huurachterstand met betrekking tot gebreken aan de woning

In deze zaak vorderden de eisers, [eiser 1] en [eiseres 2], de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning van de gedaagden, Arara Belastingadviseurs BV en [gedaagde 2]. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de vordering tot ontbinding en ontruiming werd afgewezen, omdat de huurders de huurovereenkomst inmiddels hadden opgezegd en de woning hadden verlaten. De eisers stelden dat er een huurachterstand was ontstaan, die door de gedaagden niet werd betwist. De gedaagden hadden echter huur ingehouden vanwege gebreken aan de woning. De kantonrechter heeft de gebreken besproken en kwam tot de conclusie dat er recht was op huurprijsvermindering, die in mindering werd gebracht op de huurachterstand. De waarborgsom werd door de verhuurder terecht ingehouden, omdat deze in de huurovereenkomst was opgenomen voor het inlossen van achterstallige huur. De kantonrechter heeft uiteindelijk Arara veroordeeld tot betaling van € 3.993,97 aan de eisers, te vermeerderen met wettelijke rente, en de vordering in reconventie van Arara werd afgewezen. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat ieder van partijen de eigen kosten droeg.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OOST-BRABANT

Kanton Eindhoven
Zaaknummer: 3246085 \ CV EXPL 14-8326
Vonnis van 5 maart 2015
in de zaak van:

1.[eiser 1] ,

wonende te [woonplaats] ,
2. [eiseres 2] ,
wonende te [woonplaats] ,
eisers in conventie, gedaagden in reconventie,
gemachtigde: mr. R.M. Capelle,
tegen:

1.de besloten vennootschap Arara Belastingadviseurs BV,

gevestigd te [woonplaats] ,
gedaagde in conventie, eiseres in reconventie,
2. [gedaagde 2] ,
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde in conventie,
gemachtigde: mr. J.H.M. Klaarenbeek-Heijster.
Partijen worden hierna genoemd “ [eisers] ” en “Arara”.

1.Het verloop van het geding

1.1.
Dit blijkt onder meer uit het volgende:
 de dagvaarding;
 de conclusie van antwoord, tevens eis in reconventie;
 de comparitie na antwoord (zitting) d.d. 22 januari 2015 ten behoeve waarvan [eisers] op voorhand een conclusie van antwoord in reconventie hebben ingezonden en Arara nadere producties hebben ingezonden.
 [eisers] hebben na de zitting een herstelexploot uitgebracht waarbij de juiste BV van [gedaagde 2] , gedaagde sub 2, is gedagvaard, namelijk Arara Belastingadviseurs BV in plaats van Arara BV. Arara heeft vervolgens de tenaamstelling van de eis in reconventie gewijzigd in Arara Belastingadviseurs BV in plaats van Arara BV en [gedaagde 2] .
1.2.
Tot slot is vonnis bepaald.

2.De feiten

Het gaat in deze zaak om het volgende.
Partijen hebben per 1 januari 2012 een huurovereenkomst gesloten ten behoeve van de woning aan de [adres] te [woonplaats] .
Arara hebben bij aanvang een bedrag van € 1.500,00 als waarborgsom voldaan en een bedrag van € 1.785,00 wegens courtagekosten.
Tijdens de huurperiode hebben Arara gebreken aan de woning gemeld bij [eisers] Arara hebben de huurbetalingen opgeschort wegens die gebreken aan de woning.
De huurovereenkomst is door Arara op 28 juli 2014 opgezegd en zij hebben vervolgens de woning per 1 september 2014 ontruimd opgeleverd.

3.Het geschil

3.1.
[eisers] stellen het volgende.
Arara hebben een huurachterstand laten ontstaan die zij verschuldigd zijn aan [eisers] Ondanks aanmaning blijven Arara weigerachtig de huurachterstand in te lopen. Daarmee zijn Arara in verzuim en dienen zij wettelijke rente te betalen. Daarnaast dienen zij de kosten voor de incassohandelingen te vergoeden. Arara hebben aangegeven niet te betalen wegens gebreken aan de woning. Van gebreken is geen sprake. Alle klachten zijn verholpen, dan wel blijven voor rekening van Arara.
Op grond van het voorgaande vorderen [eisers] ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning. Alsmede betaling van achterstallige huurpenningen en betaling van een bedrag van € 1.500,00 wegens schadevergoeding vanaf de ontbinding tot aan de ontruiming van de woning, te vermeerderen met rente, buitengerechtelijke kosten en proceskosten.
3.2.
Arara voeren het volgende verweer.
In de woning was sprake van meerdere gebreken, die niet of niet tijdig door [eisers] zijn verholpen. Arara hebben hun betalingsverplichting daarom deels opgeschort om [eisers] te bewegen de gebreken te herstellen. Omdat herstel van de gebreken uitbleef, hebben Arara zelf voor herstel gezorgd en de kosten ingehouden op de huur. Daarnaast hebben Arara een huurprijsvermindering van € 400,00 per maand per 1 maart 2012 tot het einde van de huurovereenkomst verrekend met de huurpenningen.
Deze huurprijsvermindering vorderen Arara eveneens in reconventie, alsook terugbetaling van de waarborgsom en betaling van gevolgschade.
3.3.
[eisers] voeren verweer tegen de vordering in reconventie. De kantonrechter komt hierna terug op het verweer van [eisers] hiertegen, voor zover van belang voor de beoordeling.

4.De beoordeling

Ontvankelijkheid
4.1.1.
Vooropgesteld overweegt de kantonrechter dat het verweer van Arara, dat [eisers] de verkeerde BV van [gedaagde 2] hebben gedagvaard, geen verdere bespreking meer behoeft. Door [eisers] is de dagvaarding op dit punt hersteld, nadat zij een herstelexploot hebben betekend aan Arara met daarin de juiste tenaamstelling van de BV, te weten Arara Belasting Adviseurs BV. Ook Arara heeft de tenaamstelling van eiseres in reconventie gewijzigd van Arara BV in Arara Belastingadviseurs BV. Daarnaast hebben zij verzocht de voorwaardelijke eis in reconventie te zien als een onvoorwaardelijke eis.
4.1.2.
Arara heeft voorts aangevoerd dat [gedaagde 2] in privé geen partij is bij de huurovereenkomst en dat [eisers] in hun vordering jegens haar niet-ontvankelijk moeten worden verklaard.
De kantonrechter overweegt het volgende.
De huurovereenkomst staat op naam van huurder Arara Belasting Adviseurs.
Daaraan is toegevoegd:
“Hoofdelijk en privé aansprakelijk: [gedaagde 2] ”.
Het feit dat [gedaagde 2] zich hoofdelijk en privé aansprakelijk heeft gesteld voor Arara Belasting Adviseurs, maakt haar nog geen huurder in privé van de woning. Voor zover is de stelling van [gedaagde 2] juist. Niettemin is [gedaagde 2] als bestuurder van Arara Belasting Adviseurs, hoofdelijk en privé aansprakelijk voor, in dit geval, de gevolgen uit hoofde van de huurovereenkomst die is gesloten tussen Arara Belasting Adviseurs en [eisers]
zijn derhalve ontvankelijk in hun vordering jegens [gedaagde 2] , voor zover zij hoofdelijk en privé aansprakelijk is voor Arara Belasting Adviseurs.
Conventie en reconventie
4.2.
Vanwege de nauwe samenhang tussen de vorderingen in conventie en in reconventie worden die vorderingen hierna gezamenlijk behandeld.
Ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning
4.3.
Onweersproken hebben Arara gesteld dat zij de huurovereenkomst hebben opgezegd tegen 1 september 2014. Per die datum hebben zij de woning ontruimd en opgeleverd. [eisers] hebben desgevraagd aan de kantonrechter meegedeeld dat de woning inmiddels opnieuw is verhuurd.
De kantonrechter overweegt dat [eisers] geen belang meer hebben bij een vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning, omdat de huurovereenkomst is opgezegd en de woning is verlaten door Arara. De vorderingen op deze punten worden afgewezen.
De huurachterstand
4.4.
Ter zitting hebben [eisers] toegelicht dat de huurachterstand tot de ontruiming van de woning € 6.090,85 (€ 12.000,00 -/- € 5.909,15) bedraagt. Arara hebben de berekening van dit bedrag als zodanig niet weersproken. Hiermee is komen vast te staan dat Arara dit bedrag, in beginsel, verschuldigd zijn aan [eisers] , te vermeerderen met de wettelijke rente omdat zij de huurpenningen niet tijdig hebben voldaan.
De vraag die vervolgens dient te worden beantwoord is of Arara terecht een beroep op opschorting van de huurpenningen hebben gedaan, dan wel terecht om huurprijsverlaging hebben verzocht, in verband met gebreken aan de woning.
De gebreken zullen hierna ieder afzonderlijk worden besproken.
Douchebak
4.5.
In een e-mail van 21 januari 2012 hebben [eisers] gereageerd op een eerdere klacht van Arara dat de douchebak kapot was. Medio mei 2012 is in opdracht van [eisers] de douchebak vervangen.
De kantonrechter overweegt dat gesteld noch gebleken is dat Arara in het geheel geen gebruik hebben kunnen maken van de douchebak. Het woongenot is dan ook slechts beperkt verstoord geweest over een periode van bijna vier maanden. De kantonrechter is van oordeel dat Arara de huurpenningen voor een bedrag van € 25,00 per maand mocht opschorten over vermelde periode van vier maanden. Over deze periode zal tevens een huurprijsverlaging van € 25,00 per maand worden toegekend.
Voor zover Arara daarnaast van mening zijn dat de kosten voor het vegen van de schoorsteen en het schoonmaken van de dakgoot voor rekening van [eisers] dienen te komen, verwijst de kantonrechter naar de bijlage bij het Besluit kleine herstellingen (ingevolge artikel 7:240 BW). Deze kosten zijn voor de rekening van huurder Arara.
Douchedeur
4.6.
Na het plaatsen van de douchebak medio mei 2012 klagen Arara over een lekkage aan de douchedeur. Op 22 mei 2012 reageren [eisers] dat op 23 mei 2012 een installateur komt kijken. Arara reageren op 23 mei 2012 dat de installateur naar het probleem heeft gekeken en dat zij morgen de douche zullen uittesten. Dat Arara kort daarna heeft geklaagd dat de douchedeur nog steeds lekte, is de kantonrechter niet gebleken.
Pas in de e-mail van 21 september 2012 klagen Arara weer dat de douchedeur aan de onderzijde nog steeds lekt.
Op 19 februari 2014 delen Arara in een e-mail aan [eisers] mee dat het probleem met de douchedeur is opgelost.
De kantonrechter overweegt dat [eisers] in mei 2012 tijdig en adequaat zijn opgetreden naar aanleiding van de klacht van Arara over een lekkage aan de douchedeur. Voor opschorting van de huurpenningen dan wel huurprijsverlaging over de periode mei 2012 tot 21 september 2012 is dan ook geen aanleiding.
Op 21 september 2012 hebben Arara vervolgens een concrete klacht ingediend over de lekkage aan de douchedeur. Die klacht is zeventien maanden later verholpen.
Gesteld noch gebleken is dat Arara in het geheel geen gebruik hebben kunnen maken van de douchedeur. Het woongenot van Arara is beperkt verstoord geweest doordat zij na het douchen de badkamer moesten te dweilen. De kantonrechter is van oordeel dat Arara deels de huurpenningen mocht opschorten over de periode medio september 2012 tot medio februari 2014. Over deze periode zal een huurprijsverlaging van € 10,00 per maand worden toegekend.
Thermostaatknoppen CV
4.7.
Op 1 februari 2012 hebben Arara in een e-mail aan [eisers] geklaagd over het niet voldoende functioneren van de thermostaatkranen.
De thermostaatkranen zijn in opdracht van [eisers] op 14 februari 2012 vervangen door een cv-installateur.
Naar het oordeel van de kantonrechter hebben [eisers] het gebrek adequaat en tijdig verholpen, zodat dit gebrek geen aanleiding geeft tot opschorting van de huurpenningen dan wel huurprijsvermindering.
Papiervisjes
4.8.1.
Arara hebben bij e-mail van 16 februari 2012 geklaagd bij de beheerder Best Intermediair, over de aanwezigheid van papiervisjes in de woning. Mogelijk hebben [eisers] deze e-mail niet ontvangen van Best Intermediair, maar nu zij optreden als beheerder voor [eisers] , ligt dit in de risicosfeer van [eisers]
4.8.2.
Uit de gedingstukken en het besprokene ter zitting stelt de kantonrechter vast dat [eisers] in het geheel geen actie hebben ondernomen op de herhaaldelijke klachten van Arara sinds het voorjaar van 2012.
In mei 2014 hebben Arara Deli hygiënetechniek (hierna Deli) ingeschakeld om de papiervisjes te bestrijden. Deli heeft op 16 juni 2014 een offerte uitgebracht, waarna op 28 juli 2014 Deli is aangevangen met de bestrijding van de papiervisjes. De factuur van Deli voor het bestrijden bedraagt € 426,88.
In het rapport van Deli van 15 oktober 2014 staat geschreven dat bij inspectie in mei 2014 sprake was van een aanzienlijke hoeveelheid papiervisjes die met normale ‘huis, tuin en keuken’ middelen niet te bestrijden waren, daarbij diende eveneens rekening te worden gehouden met gezamenlijke besmetting met buren.
Volgens [eisers] is Deli een bevriende relatie van Arara en is het rapport om die reden niet geheel onafhankelijk. De kantonrechter verwerpt dit verweer, omdat dat vermoeden door [eisers] niet is onderbouwd.
De kantonrechter overweegt voorts het volgende.
4.8.3.
In de bijlage bij het Besluit kleine herstellingen onder sub r is bepaald dat voor rekening van de huurder komt;
“het bestrijden van ongedierte, voor zover daaraan geen noemenswaardige kosten verbonden zijn en voor zover de aanwezigheid van het ongedierte geen gevolg is van de bouwkundige staat van de woonruimte”.
Hieruit vloeit voort dat Arara in beginsel zelf het ongedierte dient te bestrijden.
Naar het oordeel van de kantonrechter behoort het bestrijden van het ongedierte niet tot de verplichting van Arara voor zover het bestrijden ervan niet (meer) in het vermogen van Arara ligt. Ongedierte kan niet worden bestreden door Arara, indien de plaag zich niet beperkt tot de woning van Arara. Tevens moet worden voldaan aan de voorwaarde dat door het ongedierte het woongenot ernstig wordt geschaad.
Uit het rapport van Deli blijkt dat vanaf mei 2014 sprake is van een plaag die zich uitstrekt door de gehele woning en Deli verwacht dat de plaag zich niet beperkt tot de woning van Arara maar eveneens in de naastgelegen panden. Nu uit het rapport voldoende blijkt dat sprake is van een plaag, mag van [eisers] niet meer verwachten dat Arara zelf voor het bestrijden van het ongedierte zorgdraagt. Vanaf mei 2014 is dan ook sprake van een gebrek aan de woning dat voor rekening en risico van [eisers] komt.
4.8.4.
Arara hebben onvoldoende onderbouwd dat in de periode 16 februari 2012 tot mei 2014 sprake is geweest van een plaag van papiervisjes dat zij niet ertoe gehouden konden worden zelf het ongedierte te bestrijden. Arara hebben bij een e-mail een vage foto met daarop één papiervisje overgelegd. De kantonrechter leidt daaruit niet af dat op dat moment al sprake was van een plaag. Op grond van het voorgaande blijft de factuur van € 60,95 voor de geurblokjes en van € 229,90 voor ongediertebestrijding zilvervisjes voor rekening van Arara, omdat dit onder de normale bestrijding valt die voor rekening van de huurder komt.
De factuur van Deli van € 426,88 komt voor rekening van [eisers] , omdat dit de kosten van de bestrijding van de plaag papiervisjes betreffen. Arara heeft een beroep op verrekening van dit bedrag met de huurpenningen gedaan. Dit beroep slaagt. Het bedrag van € 426,88 wordt in mindering op de huurpenningen gebracht. Daarnaast hebben Arara de huurpenningen over de periode van mei 2014 tot en met juli 2014 mogen opschorten voor een bedrag van € 400,00 per maand. Over deze periode kent de kantonrechter tevens een huurprijsverlaging van € 400,00 per maand toe.
4.8.5.
Het verweer van [eisers] dat de aanwezigheid van de papiervisjes te wijten is aan het gedrag van Arara, is onvoldoende concreet onderbouwd met stukken, bijvoorbeeld een deskundigenrapportage, waaruit dit zou kunnen blijken. Dit verweer wordt dan ook verworpen.
Lekkage keuken
4.9.1.
In mei 2012 heeft een defecte vaatwasser een lekkage veroorzaakt in de keuken. Arara heeft op 14 mei 2012 waterschade aan het parket gemeld. Op 18 mei 2012 schrijven [eisers] dat zij contact hebben gehad met [A] en dat zij een afspraak zullen maken met Arara voor herstel van het parket in de keuken en tevens in de woonkamer.
Arara schrijven vervolgens dat zij het niet zien zitten de keuken en de woonkamer te ontruimen om de parketvloer te herstellen. Zij stellen voor een tegelvloer in de keuken te leggen. In reactie hierop geven [eisers] aan dat zij de parketvloer in ieder geval zo snel mogelijk eruit gekapt willen hebben om verdere schade te voorkomen. Voor de fase daarna willen [eisers] met Arara overleggen. Arara geeft op 23 mei 2012 aan dat zij geen zin hebben om op een kale betonvloer te wonen en dat zij eerst afspraken wil maken over herstel van de vloer, liefst door de heer [B] die ook de badkamer heeft gemaakt. [eisers] heeft ten slotte op 23 mei 2012 meegedeeld dat de parketvloer zo snel mogelijk verwijderd en hersteld dient te worden en dat de verzekeraar geen tegelvloer vergoedt.
Uiteindelijk is in september 2012 de parketvloer in de keuken verwijderd en is op 30 september 2012 de keukenvloer betegeld.
4.9.2.
De kantonrechter overweegt dat [eisers] naar aanleiding van de klacht van Arara op 14 mei 2012 tijdig en adequaat heeft gereageerd. [eisers] hebben terstond aangegeven de parketvloer te zullen herstellen. Arara hebben daaraan voorwaarden gesteld, te weten dat zij geen parketvloer meer wilden in de keuken en dat zij zich maar beperkt vrij kunnen maken om [eisers] , althans hun werklieden, tot herstelwerkzaamheden toe te laten. Hoewel de verzekeraar van [eisers] enkel herstel van de parketvloer wilde vergoeden, zijn [eisers] toch akkoord gegaan met de wens van Arara een tegelvloer te leggen.
Gelet op de voorwaarden die Arara heeft gesteld aan het herstel van de waterschade in de keuken, kan niet worden gezegd dat de beperking van het huurgenot geheel aan [eisers] is toe te rekenen. [eisers] hebben rekening willen houden met de wens van Arara om een tegelvloer te leggen op een moment dat het Arara schikte. Nu door [eisers] niet is toegelicht waarom niet eerder dan eind september 2012 het parket is verwijderd en een tegelvloer is gelegd, blijft het voor rekening en risico van [eisers] dat de keukenvloer pas na drie maanden is hersteld.
Het verweer van [eisers] dat tegelzetter [B] , waarom door Arara verzocht zou zijn, niet eerder ter beschikking was, kan niet slagen. Het stond [eisers] vrij een andere tegelzetter in te schakelen.
Arara heeft dan ook de huurpenningen over de periode van half mei 2012 tot en met half september 2012 mogen opschorten voor een bedrag van € 50,00 per maand. Over deze periode kent de kantonrechter tevens een huurprijsverlaging van € 50,00 per maand toe.
Staat keuken (koelkast, vaatwasser, gasfornuis, aanrechtblad verzakt)
4.10.
Bij e-mail van 6 februari 2013 heeft Arara aan [eisers] geschreven dat de staat van de keuken te wensen overlaat.
De kantonrechter overweegt dat Arara in de e-mail van 6 februari 2013 geen concrete klachten hebben geuit ten aanzien van de keuken, anders dan dat de staat ervan armoedig is. Arara heeft niet concreet aangegeven welke gebreken zij hersteld wenste te zien, noch binnen welke termijn. Bovendien is de kantonrechter gebleken dat [eisers] op verlangen van Arara de vaatwasser en de koelkast hebben vervangen en dat het gasfornuis dermate vies zou zijn dat daarin de oorzaak van het onregelmatig branden van de gaspitten is gelegen. Arara heeft dit verweer niet meer weersproken.
Kortom de klacht van Arara is te vaag om daaruit af te leiden dat Arara terecht een beroep mocht doen op opschorting van de huurpenningen, dan wel dat een huurprijsvermindering hiervoor op haar plaats is.
Schutting
4.11.1.
Uit de stellingen van partijen leidt de kantonrechter het volgende af.
Tussen de tuin van Arara en de buren stond een heg als erfafscheiding. De buren wensten een schutting in plaats van een heg. Zowel [eisers] als Arara hadden geen probleem met het verwijderen van de heg en het plaatsen van de schutting. De heg is uiteindelijk verwijderd in juli 2013 en de schutting is geplaatst in september 2013.
4.11.2.
Bij het Besluit kleine herstellingen is in de bijlage onder sub l bepaald dat voor rekening van de huurder komt:
“het onderhoud aan tuinen, erven, opritten en erfafscheidingen, zodanig dat deze onroerende aanhorigheden een verzorgde indruk maken, waaronder in elk geval: het regelmatig snoeien van heggen, hagen en opschietende bomen”.
Hieruit vloeit voort dat het onderhoud aan de erfafscheiding, in dit geval een heg, voor rekening van Arara komt. Ter zitting hebben [eisers] onweersproken gesteld dat Arara, ondanks verzoek daartoe, weigerden de heg te snoeien. Voorts hebben Arara niet betwist dat de onverzorgde heg voor de buren aanleiding is geweest Arara te verzoeken de heg te verwijderen. De buren zouden dan een schutting plaatsen. Arara hebben geweigerd de heg te verwijderen, zodat de buren dat zelf hebben gedaan.
Omdat het voor rekening van huurder Arara is de heg te onderhouden en dientengevolge wegens een gebrek aan onderhoud de buren de heg hebben verwijderd, kan Arara zich niet jegens [eisers] beroepen op opschorting van de huurpenningen, dan wel vermindering van de huurprijs, omdat gedurende twee maanden geen erfafscheiding tussen de percelen heeft gestaan.
Opschorting en huurprijsvermindering
4.12.1.
Gelet op datgene wat hiervoor is overwogen komt Arara deels opschorting van de huurpenningen toe over een deel van de huurperiode. Nu de gebreken zoals hiervoor beschreven deels hebben geleid tot een verminderd huurgenot, is een huurprijsvermindering daarvoor terecht. Op grond van datgene wat hiervoor is overwogen komt de kantonrechter tot de volgende huurprijsvermindering:
De douchebak:
Vanaf 21 januari 2012 tot medio mei 2012, gedurende vier maanden een huurprijsvermindering van € 25,00 per maand (totaal € 100,00).
De lekkage aan de keuken:
Vanaf medio mei 2012 tot medio september 2012, gedurende vier maanden, een huurprijsvermindering van € 50,00 per maand (totaal € 200,00).
De lekkage aan de douchedeur:
Vanaf medio september 2012 tot medio februari 2014, gedurende zeventien maanden, een huurprijsvermindering van € 10,00 per maand (totaal € 170,00).
De papiervisjes:
Vanaf mei 2014 tot en met juli 2014, gedurende drie maanden, een huurprijsvermindering van € 400,00 per maand (totaal € 1.200,00).
4.12.2.
Op de huurachterstand van € 6.090,85 dient derhalve een bedrag van € 1.670,00 ter zake huurprijsvermindering in mindering te worden gebracht. Tevens wordt de factuur van Deli van € 426,88 verrekend, zodat Arara een huurachterstand van € 3.993,97 dient te voldoen aan [eisers] , te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van het intreden van het verzuim tot aan de dag van de voldoening.
Buitengerechtelijke incassokosten
4.13.
[eisers] vorderen in het petitum van de dagvaarding een vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten.
De kantonrechter wijst de vordering af, nu hiervoor in de dagvaarding geen grondslag is gesteld.
Gevolgschade
4.14.1.
Hiervoor is overwogen dat de kosten van Deli ten bedrage van € 426,88 ter bestrijding van de papiervisjes voor rekening van [eisers] dienen te komen. De vordering van Arara op dit punt komt in beginsel voor toewijzing in aanmerking. Niettemin wijst de kantonrechter het bedrag in reconventie niet toe, omdat een beroep op verrekening in conventie van dit bedrag met de huurpenningen reeds is toegewezen.
4.14.2.
De overige kostenposten betreffen volgens Arara gevolgschade wegens een noodzakelijke verhuizing, omdat [eisers] weigerden de gebreken te verhelpen.
De kantonrechter verwijst naar hetgeen hiervoor is overwogen. Het merendeel van de gebreken zijn door [eisers] verholpen, zij het niet altijd tijdig en adequaat maar daarvoor is dan ook een huurprijsvermindering toegekend.
Voor wat betreft de noodzakelijke verhuizing wegens papiervisjes, overweegt de kantonrechter dat Arara de papiervisjes op kosten van [eisers] heeft laten bestrijden. Dat het bestrijden van de papiervisjes niet effectief is geweest en niet tot het gewenste resultaat heeft geleid, is gesteld noch gebleken. Bovendien is de kantonrechter gebleken dat Arara de huurovereenkomst reeds had opgezegd, vóórdat de bestrijding van de papiervisjes was voltooid. Dat Arara genoodzaakt was te verhuizen vanwege de papiervisjes is dan ook niet aannemelijk.
Op grond van het voorgaande dienen de kosten voor de verhuizing, inclusief het schoonmaken van het nieuwe huis en de opslagkosten, voor rekening van Arara te blijven.
Waarborgsom
4.15.1.
Arara heeft een waarborgsom van € 1.500,00 voldaan aan [eisers] en zij vordert thans terugbetaling daarvan.
[eisers] hebben de waarborgsom niet uitbetaald aan Arara, wegens openstaande schulden van Arara.
De kantonrechter overweegt dat in artikel 4.6. van de huurovereenkomst is opgenomen dat uit de waarborgsom eventuele achterstallige betalingen, kosten, schade en interesten voldaan worden. Gelet op de huurachterstand van Arara bij het einde van de huurovereenkomst hebben [eisers] terecht de waarborgsom niet uitbetaald.
De vordering van Arara wordt dan ook afgewezen.
4.15.2.
De vraag of de waarborgsom vervolgens in mindering dient te komen op de huurachterstand, dan wel dat aangewend dient te worden voor kosten voor [eisers] die naar hun zeggen voortvloeien uit de oplevering van de woning, is aan de kantonrechter niet voorgelegd. De kantonrechter kan derhalve geen andere uitspraak doen over de waarborgsom dan hiervoor onder 4.15.1. overwogen.
In conventie en in reconventie
4.16.
Nu partijen over en weer in het ongelijk worden gesteld, worden de proceskosten gecompenseerd als hierna te melden.

5.De beslissing

De kantonrechter:
in conventie
veroordeelt Arara om aan [eisers] te betalen een bedrag van € 3.993,97, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf de dag van het intreden van het verzuim tot aan de dag van voldoening;
in reconventie
wijst de vordering af;
in conventie en in reconventie
verklaart dit vonnis in zoverre uitvoerbaar bij voorraad;
compenseert de proceskosten aldus dat ieder van partijen de eigen kosten draagt;
wijst af hetgeen meer of anders is gevorderd.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.J.M.A. van der Put, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 5 maart 2015.