ECLI:NL:RBOBR:2015:5195

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
2 september 2015
Publicatiedatum
2 september 2015
Zaaknummer
15 _ 1004R
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rectificatie van proceskostenveroordeling in bestuursrechtelijke zaak

Op 2 september 2015 heeft de Rechtbank Oost-Brabant een rectificatie-uitspraak gedaan in de bestuursrechtelijke zaak met zaaknummer SHE 15/1004R. Deze rectificatie volgde op een eerdere uitspraak van de rechtbank op 29 juli 2015, waarin een onjuiste proceskostenveroordeling was vastgesteld. In de eerdere uitspraak was geoordeeld dat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente 's-Hertogenbosch € 2.450,- aan proceskosten diende te vergoeden, maar abusievelijk was verweerder veroordeeld tot een bedrag van € 1.960,-. De rechtbank concludeerde dat er sprake was van een kennelijke misslag die rectificatie rechtvaardigde.

De rechtbank heeft in de rectificatie-uitspraak het dictum van de eerdere uitspraak aangepast. In de rubriek “Beslissing” is het bedrag van € 1.960,- vervangen door het correcte bedrag van € 2.450,-. Deze wijziging is gedaan om de proceskostenveroordeling in overeenstemming te brengen met het Besluit proceskosten. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter mr. J.L.M. Dohmen en de leden mr. S. van Lokven en mr. S.J.W. Hermans, met J.H. van Wordragen-van Kampen als griffier. De beslissing is openbaar uitgesproken op 2 september 2015.

Uitspraak

RECHTBANK OOST-BRABANT
Zittingsplaats 's-Hertogenbosch
Bestuursrecht
zaaknummer: SHE 15/1004R
uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de meervoudige kamer van 29 juli 2015 in de zaak tussen

[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres

gemachtigde: mr. Y.E. Verkouter,
en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente 's-Hertogenbosch, verweerder
gemachtigde: mr. B. te Vrede.

Overwegingen

1. De rechtbank heeft op 29 juli 2015 uitspraak gedaan op het beroep met zaaknummer SHE 15/1004, hierna: de uitspraak.
2. De rechtbank heeft vastgesteld dat het dictum van de uitspraak een onjuiste proceskostenveroordeling bevat. In de uitspraak is in rechtsoverweging 37 geoordeeld dat verweerder € 2.450,- aan proceskosten dient te vergoeden (waarde per punt € 490.- en wegingsfactor 1) . Dit is overeenstemming met het Besluit proceskosten. Verweerder is echter abusievelijk veroordeeld in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 1.960,-. Daarom is sprake van een kennelijke misslag die zich leent voor rectificatie.
3. Het voorgaande geeft de rechtbank aanleiding de uitspraak te wijzigen als in het dictum omschreven.

Beslissing

De rechtbank wijzigt de uitspraak als volgt.
In de rubriek “Beslissing” wordt € 1.960,- vervangen door € 2.450,-
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.L.M. Dohmen, voorzitter, en mr. S. van Lokven en mr. S.J.W. Hermans, leden, in aanwezigheid van J.H. van Wordragen-van Kampen, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 2 september 2015.
griffier voorzitter
Afschrift verzonden aan partijen op: