Op 10 augustus 2015 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 14 januari 2015 te Geldrop, gemeente Geldrop-Mierlo, opzettelijk aanwezig heeft gehad van ongeveer 23.761 pillen met MDMA en 1960 gram amfetamine. De rechtbank heeft de verdachte, die eerder voor soortgelijke feiten was veroordeeld, een gevangenisstraf van 30 maanden opgelegd, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. De rechtbank overwoog dat de verdachte handelde uit winstbejag en dat het aanwezig hebben van een grote hoeveelheid harddrugs schadelijk is voor de gezondheid van gebruikers. De officier van justitie had een zwaardere straf geëist, maar de rechtbank besloot tot een lichtere straf, rekening houdend met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn bereidheid om een behandeling voor zijn drugsverslaving te ondergaan. De rechtbank wees ook de vordering tot gevangenneming af, omdat de verdachte eerder in vrijheid was gesteld. De rechtbank gelastte de teruggave van in beslag genomen geldbedragen aan de verdachte, omdat het belang van strafvordering zich daar niet meer tegen verzette. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, na een onderzoek ter terechtzitting op 27 juli 2015.