Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding van 30 maart 2015 met producties 1 tot en met 5,
- de brief van mr. Cornelissen van 23 april 2015 met producties A tot en met C,
- de brief van mr. Langeveld van 24 april 2015 met een incidentele conclusie tot tussenkomst, subsidiair voeging met 1 productie,
- de brief van mr. Horsting van 24 april 2015 met aanvullende productie 6,
- de brief van mr. Horsting van 24 april 2015 met aanvullende producties 7 en 8,
- de mondelinge behandeling op 28 april 2015,
- de pleitnota van TTdelft,
- de pleitnota van Enexis,
- de pleitnota van Instra.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling in de hoofdzaak en in de tussenkomst
Uit de beoordeling volgt dat uw inschrijving als één van de twee ‘economisch meest voordelige inschrijvingen` kan worden gekwalificeerd. Wij delen u dan ook mede dat Enexis het voornemen heeft met u de volgende fase in te gaan, nl. het bouwen van twee prototypes tbv de beoordeling hiervan door de monteurs (…)”.Hoewel dit niet expliciet in de brief is vermeld, mag uit deze passage worden afgeleid dat de optimaliseringsronde wordt overgeslagen en dat Enexis aan de twee tot dusverre best beoordeelde inschrijvers meteen heeft gevraagd om prototypes te gaan bouwen. TTdelft heeft aan dat verzoek voldaan door op 27 februari 2015 twee prototypes bij Enexis aan te leveren.
De prototypes zullen vervolgens gedurende een week worden rondgereden langs Enexis-locaties, zodat zoveel mogelijk monteurs een oordeel (cijfer) over de inrichting kunnen geven, op basis van een formulier dat hiervoor wordt vervaardigd.”
bijvoorbeeldin de vorm van een cijfer kan worden gegeven. Dat hebben de monteurs overigens naar de letter genomen door het toekennen van een o of een 1 aan ieder te beoordelen aspect kennelijk ook gedaan.
816,00