ECLI:NL:RBOBR:2015:1662

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
26 maart 2015
Publicatiedatum
25 maart 2015
Zaaknummer
01/825072-08
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met één jaar na poging tot doodslag en zware mishandeling

In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 26 maart 2015 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een betrokkene, die ter beschikking was gesteld na een arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch op 24 maart 2011. De terbeschikkingstelling was eerder verlengd op 31 januari 2013. De officier van justitie had op 22 december 2014 verzocht om een verlenging van de terbeschikkingstelling voor de duur van twee jaar, maar de rechtbank heeft besloten om deze met slechts één jaar te verlengen. De rechtbank baseerde haar beslissing op de noodzaak om de voortgang van de behandeling van de betrokkene te blijven volgen en de veiligheid van anderen te waarborgen.

Tijdens de zitting op 12 maart 2015 zijn de officier van justitie, deskundigen en de terbeschikkinggestelde zelf gehoord. De deskundigen gaven aan dat er positieve ontwikkelingen waren, maar dat er ook nog steeds een hoog recidiverisico bestond, vooral in verband met middelengebruik. De terbeschikkinggestelde heeft aangegeven dat hij zich inzet voor zijn behandeling en dat hij positieve stappen heeft gezet in zijn werk en persoonlijke leven. De rechtbank heeft in haar overwegingen ook gekeken naar de adviezen van de deskundigen en de inrichting, maar besloot uiteindelijk dat een verlenging van één jaar meer passend was, zodat er over een jaar opnieuw gekeken kan worden naar de voortgang.

De rechtbank heeft in haar beslissing artikel 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht in acht genomen, waarbij de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen voorop staan. De rechtbank heeft de termijn van terbeschikkingstelling met dwangverpleging met één jaar verlengd, waarbij de betrokkene de kans krijgt om verder te werken aan zijn behandeling en de mogelijkheid van begeleid verlof in de toekomst te verkennen.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK OOST-BRABANT

Strafrecht
Parketnummer: 01/825072-08
Uitspraakdatum: 26 maart 2015.

Beslissing verlenging terbeschikkingstelling

Beslissing in de zaak van:

[terbeschikkinggestelde],

geboren te [geboorteplaats] op [1978],
verblijvende [kliniek 1].

Het onderzoek van de zaak.

Bij arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 24 maart 2011 is betrokkene ter beschikking gesteld. Deze terbeschikkingstelling is voor het laatst, bij beslissing van deze rechtbank van 31 januari 2013 met twee jaar verlengd. De vordering van de officier van justitie bij deze rechtbank van 22 december 2014 strekt tot verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling voor de duur van 2 jaar.
Deze vordering is behandeld ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 12 maart 2015.
Hierbij zijn de officier van justitie, deskundige en de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman gehoord.
In het dossier bevinden zich onder andere:
  • het advies van de [kliniek 1] d.d. 27 november 2014, opgemaakt en ondertekend door R. Bax (gz-psycholoog/behandelcoördinator) en H.J. Beintema (psychiater/directeur behandelzaken/plaatsvervangend hoofd van de inrichting);
  • de omtrent de terbeschikkinggestelde gehouden wettelijke aantekeningen;
  • het persoonsdossier van terbeschikkinggestelde.

De beoordeling.

De terbeschikkingstelling is toegepast ter zake van poging tot doodslag (2x) en poging tot zware mishandeling, terwijl de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen het opleggen van die maatregel eiste. De hiervoor genoemde misdrijven betreffen misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.
In voornoemd advies van de [kliniek 1] is onder meer het navolgende gesteld:
(…)
Het recidiverisico in relatie tot aangevraagd verlof is laag-matig bij begeleid verlof
Het recidiverisico in geval van voorwaardelijke beëindiging van het bevel tot verpleging is hoog.
Het recidiverisico in geval van beëindiging toezicht of maatregel is hoog.
(…)
Bij betrokkene is sprake van een antisociale persoonlijkheidsstoornis met narcistische trekken en een hoge mate van psychopathie. Daarnaast is er sprake van misbruik van cannabis, cocaïne en alcohol. Betrokkene vindt zich nog in de delictgerelateerde fase van de behandeling. Begeleid verlof is recent aangevraagd en is een belangrijk onderdeel van de delictgerelateerde behandeling. De huidige risicotaxatie laat zien dat er een hoog risico is op recidive bij onvoorwaardelijke beëindiging van de tbs. Omdat de intramurale fase van de behandeling de termijn van twee jaren naar verwachting zal overschrijden, is een verlenging van de maatregel tbs met dwangverpleging nog steeds vereist. De eerste aanvraag voor begeleid verlof is afgewezen.
Voorafgaande aan een eventuele nieuwe aanvraag voor begeleid verlof moet er door betrokkene eerst gewerkt worden aan het behandelen van enkele doelen voortkomend uit de afwijzing van begeleid verlof. Vervolgens kunnen de vaardigheden van betrokkene getoetst worden middels het praktiseren van begeleid verlof. Na een positief verloop van het begeleid verlof zal de intramurale behandeling zich richten op het toetsen en mogelijke voorbereiden op meer vrijheden. Wanneer er duidelijkheid is hoe betrokkene met vrijheden moet omgaan en in welke mate betrokkene afhankelijk is van ondersteuning en structuur door anderen, zal er onbegeleid verlof aanvraag gedaan worden. De toekenning van een dergelijke machtiging zal betrokkene de mogelijkheid geven om door te stromen naar een uitstroom afdeling.
Gezien de ernst van de problematiek, het hoge recidiverisico, de noodzaak van het hoge beveiligingsniveau en het stadium van de behandeling is een verlenging van de dwangverpleging vereist. Wij adviseren de terbeschikkingstelling met dwangverpleging te verlengen met twee jaar.
De terbeschikkinggestelde heeft verklaard, kort en zakelijk weergegeven:
Ik verzoek de rechtbank om de terbeschikkingstelling maar met een jaar te verlengen. Ik heb werk. De werkmeesters zijn tevreden over mij. Omdat ik onderwijs volg heb ik een eigen computer mogen aanschaffen. Mijn drugsgebruik is minimaal. De verloftoetsingscommissie vond het vorig jaar nog te vroeg om mij met verlof te laten gaan. Ik krijg een baan met meer verantwoordelijkheden. Binnenkort wordt er opnieuw verlof aangevraagd.
Mijn familie steunt mij. Ik heb toestemming gegeven voor een netwerkonderzoek. Zolang ik perspectief heb, blijf ik me inzetten. Ik zie in wat er in het verleden niet goed is gegaan.
De deskundige R. Bax, optredend namens voormelde inrichting, heeft bij de behandeling ter terechtzitting gepersisteerd bij voornoemd advies.
Hij heeft voorts het navolgende verklaard, verkort en zakelijk weergegeven:
Het gaat goed met betrokkene op zijn werk en op de dagbesteding. Hij verleent medewerking aan een netwerkanalyse. Hij heeft de middelenmodule 2 inmiddels afgerond. We gaan in juni 2015 wederom begeleid verlof voor hem aanvragen. Binnenkort gaat hij de leefstijltraining volgen. Hij moet nog leren omgaan met knelpunten. Het middelengebruik blijft een punt van zorg. Zolang hij perspectief ziet, blijft hij gemotiveerd. Het is voor ons lastig om er achter te komen wat telkens de aanleiding is voor zijn middelengebruik. Betrokkene moet een hele tijd clean zijn, anders wordt het verzoek voor begeleid verlof wederom afgewezen.
Mocht de toetsingscommissie in juni 2015 besluiten dat betrokkene begeleid verlof wordt toegekend, dan kan dat verlof eerst in september 2015 ingaan. Hopelijk kunnen we het komend jaar een aantal vervolgstappen zetten. Ik verwacht dat de behandeling van betrokkene nog langer dan 2 jaar gaat duren. Ik denk dat het voor de motivatie van betrokkene, gezien de aard van zijn problematiek, zou helpen als de rechtbank de termijn van terbeschikkingstelling met maar één jaar verlengt. De rechtbank kan in dat geval over één jaar evalueren hoe betrokkene zich ontwikkelt. Het afgelopen jaar hebben we vooruitgang geboekt.
De officier van justitie heeft aangevoerd, verkort en zakelijk weergegeven:
Er zijn positieve ontwikkelingen. Nog steeds is er een hoog recidiverisico. Ook baart het middelengebruik nog grote zorgen. De zucht naar drugs is er nog steeds. Betrokkene zal zelf moeten besluiten om langere tijd van de drugs af te blijven anders krijgt hij van de toetsingscommissie nooit groen licht voor verlof. Ik begrijp van de deskundige dat de behandeling nog langer dan twee jaar zal gaan duren. Ik vorder om de termijn van terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen. Ik hoop dat we over twee jaar stappen kunnen gaan zetten richting een voorwaardelijke beëindiging.
De raadsman van de terbeschikkinggestelde heeft aangevoerd, verkort en zakelijk weergegeven:
Gelet op de positieve ontwikkelingen, zoals het feit dat hij:
  • meer inzicht heeft in zijn gedrag en in zijn problematiek;
  • een rem heeft ontwikkeld op extreme anti-sociale gedragingen;
  • beter op zijn gedrag reflecteert;
  • er positieve ontwikkelingen te zien zijn ten aanzien van zijn narcistische trekken;
  • zich laat aanspreken op zijn gedrag;
  • grotendeels gemotiveerd is voor behandeling,
is het noodzakelijk en gerechtvaardigd dat volgend jaar de situatie ten aanzien van het recidivegevaar van betrokkene opnieuw wordt getoetst. Ik verzoek om de termijn van terbeschikkingstelling met dwangverpleging met 1 jaar te verlengen.
De rechtbank verenigt zich met voornoemde adviezen van de inrichting en de deskundige voor wat betreft de noodzaak van verlenging met het oog op het recidiverisico. Anders dan de inrichting is de rechtbank evenwel van oordeel dat de termijn van terbeschikkingstelling niet met twee jaar, maar met één jaar dient te worden verlengd. In dit verband overweegt de rechtbank het van belang te vinden om een vinger aan de pols te houden. De rechtbank hecht er aan over een jaar wederom de voortgang van de behandeling van betrokkene en het ingezette traject te toetsen.
Gelet op al het vorenstaande, gezien artikel 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht, is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de terbeschikkingstelling eist.

DE BESLISSING

De rechtbank:
- verlengt de termijn gedurende welke [terbeschikkinggestelde] ter beschikking is gesteld met
een jaar.
Deze beslissing is gegeven door
mr. M.L.W.M. Viering, voorzitter,
mr. S.J.W. Hermans en mr. B. Damen, leden,
in tegenwoordigheid van G.G. Dirks, griffier,
en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 26 maart 2015,
zijnde mr. B. Damen buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.