In deze letselschadezaak is een vrijwilliger, [X], die werkzaam was voor de reisorganisatie Set-Reizen, betrokken geraakt bij een voorval met een reiziger, [K], die lijdt aan een verstandelijke beperking en autisme. Het incident vond plaats op 24 juli 2010 in een safaripark in Frankrijk, waar [K] zich agressief gedroeg tegenover [X]. De vrijwilliger heeft als gevolg van dit voorval materiële en immateriële schade geleden en heeft de curator van [K] en diens aansprakelijkheidsverzekeraar aangeklaagd op basis van onrechtmatige daad en artikel 7:658 van het Burgerlijk Wetboek. De curator heeft op zijn beurt de reisorganisatie en haar aansprakelijkheidsverzekeraar in vrijwaring aangesproken.
De rechtbank heeft geoordeeld dat de curator en de aansprakelijkheidsverzekeraar van [K] aansprakelijk zijn voor de schade van [X]. Het handelen van [K] werd als onrechtmatig beschouwd, en er was geen sprake van eigen schuld aan de zijde van [X]. De vordering van [X] tegen de reisorganisatie werd afgewezen, omdat de rechtbank oordeelde dat Set-Reizen aan haar zorgplicht had voldaan. De reisorganisatie had voldoende informatie over [K] ingewonnen en had de vrijwilliger adequaat geïnstrueerd. De rechtbank verwierp ook het beroep van de aansprakelijkheidsverzekeraar van [K] op de opzetclausule, omdat niet was aangetoond dat [K] opzettelijk had gehandeld.
De rechtbank heeft de vorderingen van [X] tegen de curator en de aansprakelijkheidsverzekeraar toegewezen, terwijl de vorderingen tegen Set-Reizen en haar verzekeraar werden afgewezen. De kosten van de procedure werden toegewezen aan de in het ongelijk gestelde partijen. Dit vonnis benadrukt de verantwoordelijkheden van reisorganisaties bij het begeleiden van reizigers met speciale behoeften en de aansprakelijkheid van curatoren voor de daden van hun cliënten.