Uitspraak
[verzoekster]
[verweerder],
- de brief met bijlagen van mr. Van Aken, gedateerd 17 november 2014;
- de brief met bijlagen van de stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant, gedateerd
uitoefeningvan dit recht worden ontzegd. Artikel 1:253a BW biedt die mogelijkheid om, uitsluitend indien het belang van het kind dit vereist, bij gezamenlijke gezagsuitoefening aan de (mede-)gezagsdrager een tijdelijk verbod op te leggen om met het kind contact te hebben. Ingevolge vaste jurisprudentie van de Hoge Raad kan de gezagsdrager aan wie dit verbod is opgelegd zich in geval van wijziging van omstandigheden en in ieder geval na verloop van een jaar (opnieuw) tot de rechter wenden teneinde een zorgregeling te doen vaststellen dan wel het verbod te doen opheffen.
- [minderjarige], te [geboorteplaats] op [geboortedatum];
- [minderjarige], te [geboorteplaats] op [geboortedatum], tijdelijk
a. door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden,
binnen drie maanden na de dag van de uitspraak
b. door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking hun op andere wijze bekend is geworden.