Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding van 27 juni 2014
- het mondeling antwoord d.d. 10 juli 2014
- de comparitie van partijen d.d. 8 september 2014
- de akte uitlating, tevens houdende wijziging van eis van Compaen.
Rechtbank Oost-Brabant
In de civiele procedure tussen de vereniging Woningbouwvereniging Compaen en de gedaagde, die onder bewind is gesteld, heeft de kantonrechter op 20 november 2014 een vonnis gewezen. Tijdens de comparitie van partijen op 8 september 2014 hebben de partijen een schikking bereikt, waarna eiseres, Compaen, haar eis heeft verminderd tot € 750,00. Dit gebeurde in het licht van de onderbewindstelling van de gedaagde, die op 23 mei 2014 was ingesteld en op 24 mei 2014 was gepubliceerd. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de bewindvoerder als formele procespartij had moeten worden gedagvaard in plaats van de gedaagde zelf. Ondanks deze procedurele tekortkoming heeft de kantonrechter besloten om de zaak niet te beëindigen, maar Compaen in de gelegenheid te stellen de bewindvoerder op te roepen om het geding voort te zetten. De kantonrechter heeft de bewindvoerder verzocht om in een akte aan te geven of hij de procedure wenst voort te zetten zolang het bewind voortduurt en zich uit te laten over de verminderde eis. Indien de bewindvoerder geen actie onderneemt of het geding niet voortzet, zal Compaen niet-ontvankelijk worden verklaard. De zaak is verwezen naar de rol van 18 december 2014 voor een akte van de bewindvoerder.