ECLI:NL:RBOBR:2014:6489
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak voor vervaardigen van kinderporno, veroordeling voor bezit en heimelijk fotograferen
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 31 oktober 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van het vervaardigen en in bezit hebben van kinderporno, evenals het heimelijk maken van foto's van personen in hun privédomein. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het vervaardigen van kinderporno, omdat de tenlastelegging niet voldoende bewijs bood voor deze beschuldiging. De rechtbank oordeelde dat er geen specifieke afbeeldingen waren genoemd die als kinderporno konden worden gekwalificeerd, waardoor de vervaardiging niet bewezen kon worden.
Echter, de verdachte werd wel schuldig bevonden aan het bezit van kinderporno en het heimelijk fotograferen van personen. De rechtbank legde een taakstraf op van 240 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 9 maanden op, met een proeftijd van drie jaar en bijzondere voorwaarden, waaronder het ondergaan van ambulante behandeling. De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten, vooral het bezit van grote hoeveelheden kinderporno, en de impact daarvan op de slachtoffers.
De rechtbank hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals het feit dat hij inmiddels geen nieuwe strafbare feiten had gepleegd en dat hij door zijn werkgever was ontslagen. De rechtbank vond het noodzakelijk om een voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen om de verdachte te weerhouden van het plegen van nieuwe strafbare feiten en om toezicht te houden op zijn reclassering.