ECLI:NL:RBOBR:2014:6317

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
24 oktober 2014
Publicatiedatum
23 oktober 2014
Zaaknummer
01/845523-07
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling van een man met schizofrenie en zwakbegaafdheid na poging tot verkrachting

In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 24 oktober 2014 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een man die ter beschikking was gesteld na een poging tot verkrachting. De terbeschikkingstelling was eerder al verlengd en de officier van justitie heeft opnieuw verzocht om verlenging voor de duur van twee jaar. Tijdens de openbare terechtzitting op 10 oktober 2014 zijn de terbeschikkinggestelde, zijn raadsman en deskundigen gehoord. De deskundigen hebben in hun rapporten aangegeven dat de terbeschikkinggestelde lijdt aan schizofrenie van het gedesorganiseerde type en zwakbegaafdheid. Er is een hoog recidiverisico als de terbeschikkingstelling zou eindigen zonder adequate zorg en begeleiding. De rechtbank heeft de rapporten van de deskundigen en het advies van de kliniek in overweging genomen en geconcludeerd dat de veiligheid van anderen de verlenging van de terbeschikkingstelling eist. De rechtbank heeft besloten de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, waarbij de behandeling en begeleiding van de terbeschikkinggestelde cruciaal blijven voor zijn resocialisatie en het voorkomen van recidive.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK OOST-BRABANT

Strafrecht
Parketnummer: 01/845523-07
Uitspraakdatum: 24 oktober 2014

Beslissing verlenging terbeschikkingstelling

Beslissing in de zaak van:

[terbeschikkinggestelde],

geboren te [geboorteplaats] op [1980],
verblijvende: [kliniek 1].

Het onderzoek van de zaak.

Bij arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 14 juli 2008 is betrokkene ter beschikking gesteld. Deze terbeschikkingstelling is voor het laatst, bij beslissing van deze rechtbank van 15 oktober 2012, met twee jaar verlengd.
De vordering van de officier van justitie bij deze rechtbank van 25 augustus 2014 strekt tot verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling voor de duur van twee jaar.
Deze vordering is behandeld ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 10 oktober 2014. Hierbij zijn de officier van justitie, de deskundige drs. M. Franken en de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman mr. Y. Quint gehoord.
In het dossier bevinden zich onder andere:
  • het advies van drs. M.A. Polak, hoofd van de inrichting waar betrokkene verblijft, drs. M. Franken, GZ-psycholoog, hoofd behandeling & bedrijfsvoering, drs. C. Gerritsma, klinisch psycholoog, manager behandeling & bedrijfsvoering en drs. R. van der Pol, psychiater, d.d. 29 juli 2014;
  • het psychologische rapport opgemaakt door de externe deskundige drs. F.C.P. Zuidhof, GZ-psycholoog, d.d. 7 juli 2014;
  • het psychiatrische rapport opgemaakt door de externe deskundige dr. H.A. Gerritsen, forensisch psychiater, d.d. 12 juli 2014;
  • de omtrent de terbeschikkinggestelde gehouden wettelijke aantekeningen;
  • het persoonsdossier van de terbeschikkinggestelde.

De beoordeling.

De terbeschikkingstelling is toegepast ter zake van poging tot verkrachting, terwijl de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen het opleggen van die maatregel eiste. Het hiervoor genoemde misdrijf betreft een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.
In voornoemd
adviesvan het hoofd van de inrichting is onder meer het navolgende gesteld:
Diagnostisch gezien is er sprake van schizofrenie van het paranoïde type, daarnaast is er sprake van zwakbegaafdheid. Wanneer er een acute beëindiging van de tbs zou komen, dan is het risico op recidive hoog. De[terbeschikkinggestelde] is een kwetsbare man met een zeer beperkt probleeminzicht welke de sociale, relationele en ook praktische vaardigheden mist om met de prikkels en verwachtingen vanuit de maatschappij om te gaan. In zeer korte tijd zullen zich al stresserende omstandigheden voordoen die de[terbeschikkinggestelde] niet zelfstandig kan oplossen, noch kan hij zonder professionele hulp zijn spanningen reguleren. Wanneer spanningen oplopen schieten de copingvaardigheden van de[terbeschikkinggestelde] ernstig tekort, dit kan leiden tot een impulsdoorbraak welke, zoals in het verleden is gebleken, kan leiden tot delictgedrag. Een complicerende factor is dat spanningsopbouw bij de[terbeschikkinggestelde] moeilijk zichtbaar is voor zijn omgeving wanneer er niet veelvuldig contact met hem is. Zelf herkent hij oplopende spanningen ook moeilijk. Door de oplopende spanningen en het wegvallen van de structuur en professionele begeleiding is de kans groot dat de[terbeschikkinggestelde] zal stoppen met medicatie wat de kans op actieve psychotische symptomen doet toenemen evenals het risico op delictgedrag. Mogelijk zal hij drugs gaan gebruiken om spanningen te minderen wat een luxerend effect op een psychose zal hebben. Het is dus belangrijk dat een professioneel netwerk dagelijks korte contactmomenten heeft met de[terbeschikkinggestelde]. De[terbeschikkinggestelde] heeft een geleidelijk resocialisatietraject nodig waarbij ook na de beëindiging van de tbs een professioneel netwerk belangrijk blijft.
De[terbeschikkinggestelde] maakt al enkele maanden gebruik van begeleide verloven, deze verlopen alle goed en zijn opgebouwd conform het verlofplan. Inmiddels is onbegeleid verlof aangevraagd. In 2015 zal hij, bij goed verloop van dit onbegeleide verlof, aangemeld worden voor een FPA, bij voorkeur[kliniek 2]. Om deze plaatsing te realiseren zal transmuraal verlof aangevraagd worden. De inschatting is dat de plaatsing in 2015 zal plaatsvinden. Als hij enige tijd goed functioneert in deze FPA, zal hij overgeplaatst worden naar een beschermde woonvorm met 24-uurs begeleiding, op hetzelfde terrein. Dit traject maakt dat hij goed ingebed kan raken in de GGZ WNB te [plaats] en dat hij een dagstructuur, met controle daar op kan behouden. Tevens is er een professioneel netwerk aanwezig dat hem hulp kan bieden, daar hij het moeilijk blijft vinden om zelf om hulp te vragen. Verstandig lijkt het ook de overplaatsing naar de beschermde woonvorm nog onder de paraplu van de FPC te doen, dit omdat de[terbeschikkinggestelde] het indexdelict drie maanden na het beëindigen van de eerste maatregel heeft gepleegd. Een dergelijke overplaatsing van de FPA naar een woonvorm neemt normaliter meer dan een jaar in beslag. Uiteindelijk zal onderzocht worden of hij middels een BOPZ maatregel in een beschermde woonvorm kan verblijven. Dit zal nog zeker twee jaren in beslag nemen. Hij moet in de woonvorm langere tijd goed ingebed zijn, alvorens de tbs te kunnen afwikkelen.
Op grond van bovenstaande adviseren wij de tbs-maatregel van de[terbeschikkinggestelde] met twee jaar te verlengen.
In voornoemd
psychologisch rapportvan drs. F.C.P. Zuidhof is onder meer het navolgende gesteld:
Betrokkene is een cognitief beperkte man, functionerend op zwakbegaafd niveau. Er is sprake van schizofrenie van het gedesorganiseerde type, waarbij het bijbehorende symptoomcomplex door middel van langdurige psychiatrische zorg en medicatie onder controle is. In het geval dat de huidige TBS-context zou vervallen en er geen intensieve aansluitende psychiatrische zorg, begeleiding en controle wordt geboden, er geen zicht meer is op risicosignalen, dan is het recidiverisico aangaande (seksueel) gewelddadig gedrag als hooggemiddeld te beschouwen. Immers, als er geen stringent zorgkader geboden wordt, is het te verwachten dat betrokkene snel in psychotische zin destabiliseert waarbij een verhoogd risico voor (seksueel) gewelddadig gedrag bereikt wordt.
Het proces van TBS-behandeling verloopt inzichtelijk en naar wens. De kernproblematiek is middels een psychiatrische behandeling en begeleiding onder controle gebracht. Het behandelproces verloopt naar tevredenheid. Het risicomanagement is succesvol gebleken. Uit het rapport van de kliniek kan worden opgemaakt dat betrokkene het behandelplafond heeft bereikt. Het is tijd voor verruiming van de verlofvrijheden en een verdergaand proces van voorbereiding richting uiteindelijk de eerste stap, te weten transmuraal verlof richting een GGZ-instelling. Gelet op de complexiteit van de problematiek, de zorgvuldigheid en verdere noodzakelijke geleidelijke afwikkeling van de maatregel, adviseert ondergetekende de termijn van de terbeschikkingstelling met de duur van twee jaar te verlengen. Er wordt geadviseerd de verpleging te continueren. In deze periode wordt de realisering van transmuraal verlof verwacht en aan het einde van deze periode kunnen dan de mogelijkheden van de optie proefverlof dan wel de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging beoordeeld worden. Het valt echter niet te verwachten dat de maatregel als zodanig na deze twee jaren al beëindigd kan worden. Wel dat er bij gebleken positieve voortgang er gerede stappen gezet kunnen worden voor de verdere afwikkeling van de maatregel richting de voorwaardelijke beëindiging, waarbij op de langere termijn de mogelijkheden van de BOPZ bezien kunnen worden.
In voornoemd
psychiatrisch rapportvan dr. H.A. Gerritsen is onder meer het navolgende gesteld:
Onderzochte is lijdende aan een ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens in de zin van schizofrenie van het gedesorganiseerde type en verslavingsproblematiek (misbruik van cannabis en qat in remissie onder gestructureerde omstandigheden) en een gebrekkige ontwikkeling van zijn geestvermogens in de zin van zwakbegaafdheid. Indien de terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege nu zou worden opgeheven, wordt de recidivekans op een nieuw agressief delict en op een nieuw zedendelict als hoog ingeschat. Het is dan te verwachten dat betrokkene zonder een externe structuur zijn antipsychoticum zal staken, opnieuw softdrugs zal gaan gebruiken, zich niet zelfstandig in het dagelijkse leven kan handhaven, wederom psychotisch wordt, vanuit zijn psychose een agressief delict pleegt en – ook als hij niet psychotisch wordt – een nieuw zedendelict zal plegen. Het is namelijk niet te verwachten dat betrokkene onder niet gestructureerde omstandigheden voldoende in staat zal zijn om zowel zijn agressieve als seksuele impulsen voldoende te kunnen beheersen.
Betrokkene behoeft vermoedelijk levenslang een 24-uurs voorziening binnen de GGZ. Na jarenlange behandeling blijkt hij zijn behandelplafond te hebben bereikt. Hoewel betrokkene vooruitgang geboekt heeft in de zin van meer openheid en vaardigheden, blijft hij een moeilijk te lezen en onvoorspelbare patiënt. Het is daarom belangrijk dat hij lang (vermoedelijk levenslang) een of meerdere antipsychotica blijft slikken, zich blijft onthouden van het gebruik van middelen en binnen een gestructureerde 24-uurs voorziening blijft. Toezicht op plotselinge doorbraken van seksuele en agressieve impulsen moet blijvend worden gemonitord.
Rapporteur beoordeelt de behandeling/begeleiding en risicomanagement van de kliniek als adequaat.
Rapporteur adviseert uw College om de maatregel terbeschikkingstelling te verlengen voor de duur van twee jaar. Het is niet te verwachten dat betrokkene binnen die periode van de maatregel terbeschikkingstelling kan worden ontheven. Mocht de rechtbank het resocialisatietraject willen toetsen dan kan worden overwogen om de TBS voor een jaar te verlengen. Ondergetekende adviseert uw College om de verpleging te continueren. Voorwaardelijke beëindiging van de TBS is pas aan de orde als betrokkene langere tijd in een volgende voorziening stabiel functioneert en blijft functioneren.

De terbeschikkinggestelde heeft verklaard, kort en zakelijk weergegeven:

Met mij gaat het prima. Ik draai verloven. Ik ga op onbegeleid verlof naar mijn werk, op sociaal verlof naar mijn ouders en ik volg therapie. Soms neem ik zelf het initiatief om de staf aan te spreken dat ik hulp nodig heb. Dat gaat wel beter dan in het begin.
De
deskundigedrs. M. Franken, optredend namens voormelde inrichting, heeft bij de behandeling ter terechtzitting gepersisteerd bij voornoemd advies. Zij heeft voorts het navolgende verklaard, verkort en zakelijk weergegeven:
De machtiging voor onbegeleid verlof is ontvangen. Betrokkene werkt nu twee dagdelen per week op het terrein van de kliniek. Daar gaat hij onbegeleid naar toe. Hij mag ook naar activiteiten die plaatsvinden op het terrein. We willen het verlof uitbreiden naar winkelcentra. De volgende stap is transmuraal verlof. Betrokkene wil liever niet naar de [kliniek 2]. Betrokkene houdt van drukte om zich heen en wil liever naar een grotere stad. Daarom denken wij nu aan de [kliniek 3].
Het plafond van zijn behandeling is bereikt. Betrokkene is nog steeds niet echt in staat om hulp te vragen. Dat heeft ook te maken met zijn beperkingen. Het is daarom belangrijk om hem actief te benaderen. Betrokkene seksualiseert spanning. Hij kan spanning niet zodanig signaleren dat hij hulp zoekt. Dan gaat hij blowen of vrouwen betasten. Er zijn geen incidenten meer geweest en het laatste jaar is ook geen sprake meer geweest van middelengebruik. Het is niet uit te sluiten dat hij toch terugvalt in middelengebruik bij stress en spanningen. Het rapport van de kliniek is positief, zeker ten aanzien van de laatste anderhalf jaar, maar de mogelijkheden van betrokkene blijven beperkt.
Betrokkene heeft een goed vroegsignaleringsplan; we hebben hem in de smiezen. We moeten bezien of betrokkene in staat is om te gaan met een uitbreiding van zijn vrijheden. Dat moet in de toekomst blijken. Het is essentieel dat er een netwerk van professionele hulpverlening om hem heen blijft bestaan, ook in de toekomst. Als de onbegeleide verloven goed verlopen, dan is een minder beveiligde setting wel mogelijk. Een ingebedde woonvorm is van belang. Op de lange termijn denken wij aan de BOPZ-maatregel.
Ten aanzien van het cognitief verval merk ik het volgende op. Ik denk dat het IQ van betrokkene is gedaald door psychoses. Zijn IQ is nu beduidend lager dan in het verleden als ik kijk hoe hij toen Nederlands heeft geleerd. Ik verwacht niet dat het IQ nog verder zal dalen, omdat wij verwachten dat hij geen psychoses meer zal hebben door zijn medicatiegebruik.
De
officier van justitieheeft, gelet op het advies van de kliniek en de rapporten van de externe deskundigen, gevorderd de maatregel van terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging te verlengen met twee jaar. De officier van justitie acht een verlenging met één jaar niet aan de orde en heeft daarbij gelet op het advies van de psychiater dat pas gedacht kan worden aan een voorwaardelijke beëindiging als de[terbeschikkinggestelde] langere tijd stabiel functioneert in een volgende voorziening.
De
raadsmanvan de terbeschikkinggestelde heeft aangevoerd, verkort en zakelijk weergegeven:
De rapporten zijn duidelijk en ik begrijp dat er nog veel moet gebeuren. Mijn cliënt begrijpt dat ook. Het gaat steeds beter met mijn cliënt. Onbegeleid verlof is ingezet. Naar ik begrijp zal in 2015 een plaatsing op een FPA mogelijk zijn. Dat wil mijn cliënt graag. Structuur is belangrijk, dat hij heeft hij altijd nodig. Ik verzoek de terbeschikkingstelling te verlengen met één jaar. Soms kan het snel gaan. Door de cognitieve beperkingen van mijn cliënt is het plafond van behandeling bereikt. Er hebben zich geen incidenten meer voorgedaan. Een plaatsing op een FPA kan ook in het kader van een voorwaardelijke beëindiging. Daar moet thans naar toe gewerkt worden. Ik verzoek de terbeschikkingstelling met één jaar te verlengen en dan te bezien of deze voorwaardelijk kan worden beëindigd.
De
rechtbankverenigt zich met het advies van voornoemde inrichting, met de daarop ter terechtzitting gegeven toelichting door de deskundige. De rechtbank zal de termijn van de terbeschikkingstelling verlengen met twee jaar. Het advies van de kliniek en de rapporten van de externe deskundigen zijn eenduidig en op grond daarvan bestaat de verwachting dat de behandeling van de terbeschikkinggestelde nog tenminste twee jaar in beslag zal nemen.
Gelet op het vorenstaande, gezien artikel 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht, is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de terbeschikkingstelling eist.
De rechtbank beslist aldus als na te melden.

DE BESLISSING

De rechtbank:
verlengt de termijn gedurende welke [terbeschikkinggestelde] ter beschikking is gesteld met
tweejaar.
Deze beslissing is gegeven door
mr. T. van de Woestijne, voorzitter,
mr. M.L.W.M. Viering en mr. C.P.J. Scheele, leden,
in tegenwoordigheid van mr. H. Pol-Wildeman, griffier,
en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 24 oktober 2014.