ECLI:NL:RBOBR:2014:5481

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
23 september 2014
Publicatiedatum
23 september 2014
Zaaknummer
01/879289-13
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplichtigheid bij diefstal met braak en valse sleutels, vrijspraak voor andere inbraak

Op 23 september 2014 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van medeplichtigheid bij meerdere woninginbraken. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op of omstreeks 17 september 2013 in Overloon, samen met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening goederen heeft weggenomen uit verschillende woningen. De tenlastelegging omvatte onder andere het stelen van laptops, telefoons, geld en andere waardevolle spullen. De verdachte heeft bekend betrokken te zijn geweest bij diverse woninginbraken, maar er was onvoldoende bewijs om hem specifiek te relateren aan de tenlastegelegde feiten. De rechtbank heeft daarom geoordeeld dat het wettig en overtuigend bewijs ontbrak om de verdachte te veroordelen voor de eerste feitelijke beschuldiging, en heeft hem vrijgesproken van feit 1.

Ten aanzien van feit 2, dat betrekking had op een andere inbraak, heeft de rechtbank vastgesteld dat de verdachte niet als medepleger kan worden beschouwd, maar als medeplichtige. De rechtbank oordeelde dat de verdachte een ondersteunende rol heeft vervuld voor de medeverdachte en dat er geen sprake was van gelijkwaardige participatie. De rechtbank heeft de verdachte wel schuldig bevonden aan medeplichtigheid bij diefstal, waarbij de medeverdachte zich toegang tot de plaats delict heeft verschaft door middel van braak en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel.

De rechtbank heeft de verdachte een gevangenisstraf van drie maanden opgelegd, met aftrek van voorarrest. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit drie rechters, en is openbaar gemaakt op 23 september 2014.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OOST-BRABANT

Strafrecht
Parketnummer: 01/879289-13
Datum uitspraak: 23 september 2014
Verkort vonnis van de rechtbank Oost-Brabant, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op[1994],
wonende te [woonplaats], [adres 1],
thans gedetineerd te: P.I. HvB Grave (Unit A + B).
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van de onderzoeken ter terechtzitting van 18 april 2014, 15 juli 2014 en 9 september 2014.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen van de zijde van verdachte naar voren is gebracht.

De tenlastelegging.

De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 12 augustus 2014.
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 17 september 2013 te Overloon, gemeente Boxmeer, tezamen
en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het
oogmerk van wederrechtelijke toeëigening
- in/uit de woning [adres 2] heeft weggenomen een televisie en/of twee
laptops en/of een zonnebril en/of autosleutels en/of een fotocamera
spelcomputer en/of geld en/of een navigatiesysteem, in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een
ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), en/of
- in/uit de woning [adres 3] heeft weggenomen een laptop en/of een telefoon
(Apple Iphone) en/of een telefoonlader en/of geld, in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2], in elk geval aan een
ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), en/of
- in/uit de woning [adres 4] heeft weggenomen geld, in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3], in elk geval
aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), en/of
- in/uit de woning [adres 5] heeft weggenomen geld en/of sleutels, in
elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn
mededader(s), en/of
- in/uit de woning [adres 6] heeft weggenomen een acculader, in
elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 5], in elk geval
aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), en/of
- in/uit de woning[adres 7] heeft weggenomen een telefoon (Apple Iphone)
en/of een tennistas en/of geld en/of twee fotocamera's met toebehoren en/of
een Ipad en/of een e-reader en/of een laptop, in elk geval enig goed, geheel
of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 6], in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), en/of
waarbij verdachte en / of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de
plaats des misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of (telkens) de / het weg
te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door
middel van braak, verbreking en / of inklimming;
[delict 2]
(artikel 311 Wetboek van Strafrecht)
Subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden:
[medeverdachte]op of omstreeks 17 september 2013 te Overloon, gemeente Boxmeer,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens)
met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening
- in/uit de woning [adres 2] heeft weggenomen een televisie en/of twee
laptops en/of een zonnebril en/of autosleutels en/of een fotocamera
spelcomputer en/of geld en/of een navigatiesysteem, in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een
ander of anderen dan aan die [medeverdachte] en / of zijn mededader(s) en/of aan
verdachte, en/of
- in/uit de woning [adres 3] heeft weggenomen een laptop en/of een telefoon
(Apple Iphone) en/of een telefoonlader en/of geld, in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2], in elk geval aan een
ander of anderen dan aan die [medeverdachte] en / of zijn mededader(s) en/of aan
verdachte, en/of
- in/uit de woning [adres 4] heeft weggenomen geld, in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3], in elk geval
aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte] en / of zijn mededader(s) en/of
aan verdachte, en/of
- in/uit de woning [adres 5] heeft weggenomen geld en/of sleutels, in
elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte] en / of zijn
mededader(s) en/of aan verdachte, en/of
- in/uit de woning [adres 6] heeft weggenomen een acculader, in
elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 5], in elk geval
aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte] en / of zijn mededader(s) en/of
aan verdachte, en/of
- in/uit de woning[adres 7] heeft weggenomen een telefoon (Apple Iphone)
en/of een tennistas en/of geld en/of twee fotocamera's met toebehoren en/of
een Ipad en/of een e-reader en/of een laptop, in elk geval enig goed, geheel
of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 6], in elk geval aan een ander of
anderen dan aan die [medeverdachte] en / of zijn mededader(s) en/of aan verdachte,
waarbij die [medeverdachte] en / of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de
plaats des misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of (telkens) de / het weg
te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door
middel van braak, verbreking en / of inklimming,
bij het plegen van welk misdrijf verdachte toen en daar opzettelijk behulpzaam
is geweest door met die [medeverdachte] in een auto naar de plaatsen delict te rijden
en/of in die auto te wachten en/of (daarbij) op de uitkijk te staan en/of
gestolen goederen van die [medeverdachte] aan te pakken en/of naar die auto te brengen
en/of in die auto te leggen en/of voor die [medeverdachte] inbrekersgereedschap te
bewaren;[delict 2]
(artikel 311 juncto 48 Wetboek van Strafrecht)
2.
hij op of omstreeks 18 september 2013 te Velddriel, gemeente Maasdriel,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het
oogmerk van wederrechtelijke toeëigening
- in/uit de woning [adres 8] heeft weggenomen een Ipad en/of drie
telefoons (Apple Iphone) en/of een zaklantaarn en/of geld en/of een
autosleutel en/of een boormachine, in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [slachtoffer 7], in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en / of zijn mededader(s), en/of
- in/uit de woning [adres 9] heeft weggenomen een laptop en/of sieraden
en/of drie horloges en/of een Nintendo spelcomputer en/of een navigatiesysteem
en/of een fotocamera en/of een telefoon (Apple Iphone) en/of twee Ipads en/of
een Ipod en/of geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende
aan [slachtoffer 8], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en
/ of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en / of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de
plaats des misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of (telkens) de / het weg
te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door
middel van braak, verbreking en / of inklimming, en/of
- bij de woning [adres 8] heeft weggenomen een personenauto (merk Porsche,
type Cayenne), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 7], in elk geval
aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren)
onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van een valse
sleutel (te weten de originele autosleutel, welke door verdachte en/of zijn
mededader(s) is weggenomen, en/of tot welk gebruik hij, verdachte, en/of zijn
mededader(s) niet gerechtigd was/waren);
[delict 3]
(artikel 311 Wetboek van Strafrecht)
Subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden:
[medeverdachte] op of omstreeks 18 september 2013 te Velddriel, gemeente
Maasdriel, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening
- in/uit de woning [adres 8] heeft weggenomen een Ipad en/of drie
telefoons (Apple Iphone) en/of een zaklantaarn en/of geld en/of een
autosleutel en/of een boormachine, in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [slachtoffer 7], in elk geval aan een ander of anderen dan aan
die [medeverdachte] en / of zijn mededader(s) en/of aan verdachte, en/of
- in/uit de woning [adres 9] heeft weggenomen een laptop en/of sieraden
en/of drie horloges en/of een Nintendo spelcomputer en/of een navigatiesysteem
en/of een fotocamera en/of een telefoon (Apple Iphone) en/of twee Ipads en/of
een Ipod en/of geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende
aan [slachtoffer 8], in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte]
en / of zijn mededader(s), en/of aan verdachte,
waarbij die [medeverdachte] en / of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de
plaats des misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of (telkens) de / het weg
te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door
middel van braak, verbreking en / of inklimming, en/of
- bij de woning [adres 8] heeft weggenomen een personenauto (merk Porsche,
type Cayenne), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 7], in elk geval
aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte] en/of zijn mededader(s), en/of
aan verdachte,
waarbij die [medeverdachte] en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren)
onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van een valse
sleutel (te weten de originele autosleutel, welke die [medeverdachte] en/of zijn
mededader(s) is weggenomen, en/of tot welk gebruik die [medeverdachte] en/of zijn
mededader(s) niet gerechtigd was/waren),
bij het plegen van welk misdrijf verdachte toen en daar opzettelijk behulpzaam
is geweest door met die [medeverdachte] in een auto naar de plaatsen delict te rijden
en/of in die auto te wachten en/of (daarbij) op de uitkijk te staan en/of
gestolen goederen van die [medeverdachte] aan te pakken en/of naar die auto te brengen
en//of in die auto te leggen en/of voor die [medeverdachte] inbrekersgereedschap te
bewaren en/of met die auto van [medeverdachte] weg te rijden bij de plaatsen
delict;[delict 3]
(artikel 311 Wetboek van Strafrecht)
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.

De formele voorvragen.

Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding geldig is. De rechtbank is bevoegd van het ten laste gelegde kennis te nemen en de officier van justitie kan in de vervolging worden ontvangen. Voorts zijn er geen gronden gebleken voor schorsing van de vervolging.

Vrijspraak.

De rechtbank overweegt ten aanzien van feit 1 het navolgende. De telefoon van medeverdachte [medeverdachte] straalt ten tijde van de tenlastegelegde woninginbraken aan op een zendmast in Overloon. Medeverdachte [medeverdachte] bekent ook een woninginbraak in Overloon te hebben gepleegd, maar onduidelijk is welke inbraak dat nu precies is geweest. Dit laatste geldt eveneens voor verdachte, die bekent betrokken te zijn geweest bij diverse woninginbraken in Overloon. Ander bewijs voor de betrokkenheid van verdachte en/of medeverdachte [medeverdachte] bij één of meerdere van de ten laste gelegde woninginbraken ontbreekt. De rechtbank overweegt - dat mede gelet op het vorenstaande – het op basis van het dossier niet mogelijk is om de wel door verdachte en medeverdachte [medeverdachte] gepleegde woninginbra(a)(ken) in Overloon specifiek te relateren aan het tenlastegelegde, zodat daarvoor het wettig en overtuigend bewijs ontbreekt. Verdachte dient daarvan dan ook te worden vrijgesproken.
Voorts zal de rechtbank verdachte vrijspreken van hetgeen aan hem onder feit 2 primair ten laste is gelegd. De rechtbank overweegt dat op basis van de stukken in het dossier verdachte niet te beschouwen is als een medepleger, maar als een medeplichtige. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verdachte meer een ondersteunende rol vervuld voor medeverdachte [medeverdachte] en is er geen sprake geweest van min of meer gelijkwaardige participanten die bewust en nauw hebben samengewerkt.

De bewezenverklaring.

De rechtbank acht, op grond van de feiten en omstandigheden die zijn vervat in de bewijsmiddelen, wettig en overtuigend bewezen dat ten aanzien van feit 2 subsidiair:
[medeverdachte] op of omstreeks 18 september 2013 te Velddriel, gemeente Maasdriel, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening
- uit de woning [adres 8] heeft weggenomen een Ipad en drie telefoons (Apple Iphone) en een zaklantaarn en geld en een autosleutel en een boormachine, toebehorende aan [slachtoffer 7], en
- uit de woning [adres 9] heeft weggenomen een laptop en sieraden en drie horloges en een Nintendo spelcomputer en een navigatiesysteem en een fotocamera en een telefoon (Apple Iphone) en twee Ipads en een Ipod en geld, toebehorende aan [slachtoffer 8], waarbij die [medeverdachte] zich telkens de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft door middel van braak, en
- bij de woning [adres 8] heeft weggenomen een personenauto (merk Porsche, type Cayenne), toebehorende aan [slachtoffer 7], waarbij die [medeverdachte] het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel (te weten de originele autosleutel, welke door die [medeverdachte] is weggenomen, en tot welk gebruik die [medeverdachte] niet gerechtigd was),

bij het plegen van welk misdrijf verdachte toen en daar opzettelijk behulpzaam is geweest door met die [medeverdachte] in een auto naar de plaatsen delict te rijden en in die auto te wachten en met die auto van [medeverdachte] weg te rijden bij de plaatsen delict.

Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. Verdachte zal hiervan worden vrijgesproken.

De strafbaarheid van het feit.

Het bewezen verklaarde levert op het in de uitspraak vermelde strafbare feit.
Er zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.

De strafbaarheid van verdachte.

Er zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. Verdachte is daarom strafbaar voor hetgeen bewezen is verklaard.

Oplegging van straf en/of maatregel.

De eis van de officier van justitie.

De officier van justitie eist ten aanzien van de feiten 1 primair en 2 primair een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren, met aftrek van het voorarrest.
Een kopie van de vordering van de officier van justitie is aan dit vonnis gehecht.

Het oordeel van de rechtbank.

Bij de beslissing over de straf die aan verdachte dient te worden opgelegd heeft de rechtbank gelet op de aard en de ernst van het bewezen verklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan. Bij de beoordeling van de ernst van de door verdachte gepleegde strafbare feiten betrekt de rechtbank het wettelijke strafmaximum en de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd. Daarnaast houdt de rechtbank bij de strafbepaling rekening met de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte is medeplichtig geweest bij het plegen van woninginbraken. De rechtbank acht dit uiterst kwalijk. Een woning is bij uitstek de plaats waar men zich veilig moet kunnen voelen. Een inbraak in een woning veroorzaakt gevoelens van angst en onveiligheid bij de bewoners in het bijzonder en in de samenleving in het algemeen. Daarnaast brengt een woninginbraak voor de benadeelden materiële schade en overlast met zich mee. Verdachte heeft zich van dit alles niets aangetrokken. Hij heeft zich enkel laten leiden door financiële motieven.
Bij haar beslissing heeft de rechtbank over de strafsoort en de hoogte van de straf aansluiting gezocht bij de binnen de zittende magistratuur ontwikkelde oriëntatiepunten. De oriëntatiepunten dienen als vertrekpunt bij het bepalen van de straf.
De rechtbank is van oordeel dat in verband met een juiste normhandhaving niet kan worden volstaan met het opleggen van een andersoortige of geringere straf dan een gevangenisstraf van na te melden duur.
De rechtbank zal een lichtere straf opleggen dan de door de officier van justitie gevorderde straf, nu de rechtbank van oordeel is dat de straf die de rechtbank zal opleggen de ernst van het bewezen verklaarde voldoende tot uitdrukking brengt, te meer daar verdachte wordt vrijgesproken van hetgeen hem onder de feiten 1 en 2 primair is tenlastegelegd.

Toepasselijke wetsartikelen.

De beslissing is gegrond op de artikelen:
Wetboek van Strafrecht art. 27, 48, 57, 310, 311.

DE UITSPRAAK

T.a.v. feit 1 primair, feit 1 subsidiair, feit 2 primair:
- Vrijspraak.
Verklaart niet bewezen, dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor is omschreven.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op het misdrijf:
T.a.v. feit 2 subsidiair:
medeplichtigheid bij diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, meermalen gepleegd

en

medeplichtigheid bij diefstal waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Legt op de volgende straf.
T.a.v. feit 2 subsidiair:
- Gevangenisstraf voor de duur van 3 maanden met aftrek overeenkomstig artikel 27
Wetboek van Strafrecht.
Opheffing van het tegen verdachte verleende bevel tot voorlopige hechtenis met
ingang van heden. Deze voorlopige hechtenis is op 22 april 2014 reeds
geschorst.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. M.L.W.M. Viering, voorzitter,
mr. S.J.W. Hermans en mr. C.A. Mandemakers, leden,
in tegenwoordigheid van mr. B.J. van Vugt-Jansen, griffier,
en is uitgesproken op 23 september 2014.