ECLI:NL:RBOBR:2014:546

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
31 januari 2014
Publicatiedatum
6 februari 2014
Zaaknummer
01/038423-94
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling en voorwaardelijke beëindiging van dwangverpleging

In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 31 januari 2014 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling (TBS) van een man die in 1995 ter beschikking was gesteld na het plegen van ontucht met minderjarigen. De rechtbank heeft de TBS met één jaar verlengd en de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging toegestaan. De terbeschikkinggestelde, die inmiddels 58 jaar oud is, heeft in de afgelopen jaren verschillende rapporten ondergaan van deskundigen, waaronder forensisch psychologen en psychiaters, die de risico's van recidive hebben beoordeeld. De deskundigen hebben geconcludeerd dat het recidiverisico op korte termijn laag is, mits de terbeschikkinggestelde zijn libidoremmende medicatie blijft gebruiken. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de TBS te verlengen en de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging te ondersteunen, in overweging genomen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de terbeschikkinggestelde zich aan de voorwaarden heeft gehouden en dat er voldoende basis is voor de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging, onder strikte voorwaarden. De rechtbank heeft de beslissing genomen in het belang van de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen of goederen. De terbeschikkinggestelde heeft verklaard dat hij zich zal houden aan de voorwaarden die door de reclassering zijn gesteld, waaronder het gebruik van libidoremmende medicatie en het vermijden van risicovolle situaties. De rechtbank heeft de beslissing op 31 januari 2014 uitgesproken.

Uitspraak

uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
Strafrecht
Parketnummer: 01/038423-94
Uitspraakdatum: 31 januari 2014
Beslissing verlenging terbeschikkingstelling en voorwaardelijk einde verpleging van overheidswege
Beslissing in de zaak van:

[terbeschikkinggestelde],

geboren te[geboorteplaats] op [1955],
kliniek: [de kliniek],
verblijvende: [verblijfplaats].
Het onderzoek van de zaak.
Bij vonnis van de rechtbank van 19 januari 1995 is betrokkene ter beschikking gesteld. Deze terbeschikkingstelling is voor het laatst, bij beslissing van deze rechtbank van 7 februari 2013 met één jaar verlengd. De rechtbank heeft hierbij voorts overwogen dat (letterlijk):
‘Bij de volgende behandeling dient echter een maatregelenrapport te worden overgelegd omtrent de wijze waarop en de voorwaarden waaronder de dwangverpleging voorwaardelijk zou kunnen worden beëindigd.’
De vordering van de officier van justitie bij deze rechtbank d.d. 23 december 2013, strekt tot verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling voor de duur van één jaar.
Deze vordering is behandeld ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 31 januari 2014. Hierbij zijn de officier van justitie, de deskundigen mevr. F.L.N. Hogenelst [de kliniek]) en mevr. A.J. Prins (reclassering), terbeschikkinggestelde en zijn raadsman gehoord.
In het dossier bevinden zich onder andere:
  • het advies van[de kliniek] d.d. 30 oktober 2013, ondertekend door M.F.G. Menneh (psychiater/1e geneeskundige) en J.H.M. Nijhuis (directeur/hoofd inrichting);
  • een rapport van forensisch psycholoog prof. dr. J.J. Baneke d.d. 9 november 2013;
  • een rapport van forensisch psychiater drs. H.A. Gerritsen d.d. 10 november 2013;
  • een voortgangsverslag TBS (proefverlof) van de Reclassering Nederland d.d. 30 oktober 2013;
  • een advies van de Reclassering Nederland ‘voorbereiding voorwaardelijke beëindiging
TBS’ d.d. 10 januari 2014;
  • de omtrent de terbeschikkinggestelde gehouden wettelijke aantekeningen;
  • het persoonsdossier van terbeschikkinggestelde.
De beoordeling.
De terbeschikkingstelling is toegepast terzake van (3x) ontucht plegen met een aan zijn zorg en opleiding toevertrouwde minderjarige, meermalen gepleegd, terwijl de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen het opleggen van die maatregel eiste. De hiervoor genoemde misdrijven betreffen misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.

In voornoemd advies van FPC Oldenkotte is onder meer het navolgende gesteld:

(..)’Op basis van de informatie uit de risicotaxatie instrumenten wordt het recidiverisico op een zedendelict/ indexdelict bij onmiddellijke beëindiging van de huidige maatregel op de korte termijn als laag en op de lange termijn als matig ingeschat. Indien betrokkene stopt met de libidoremmende medicatie loopt het risico snel op. Hij heeft in het verleden diverse malen aangegeven hiermee te stoppen na ommekomst van de TBS. Het recidiverisico op een ernstig geweldsdelict wordt bij onmiddellijke beëindiging van de huidige maatregel zowel op de korte termijn, als op de lange termijn, als laag ingeschat. Het onttrekkingsrisico bij voorwaardelijke beëindiging wordt als laag ingeschat. Het recidiverisico bij voorwaar-delijke beëindiging wordt als laag tot matig ingeschat.(..)
(..) Patiënt is een thans 58-jarige Nederlandse man, gediagnosticeerd met pedofilie van het niet exclusieve homofile type welke wordt gecoupeerd door het gebruik van libidoremmende medicatie. Eveneens is er sprake van een persoonlijkheidsstoornis NAO met narcistische, obsessief compulsieve en antisociale kenmerken. Patiënt is in januari 2006 opgenomen binnen[de kliniek]. Sinds maart 2013 is patiënt woonachtig in [woonplaats] en vanaf eind april heeft patiënt proefverlof en wordt hij begeleid door het FPT-team en de reclassering. Daarnaast wordt hij gezien door een seksuoloog en psychiater van[poli- en dagkliniek]. Hij heeft een adequate dagbesteding. Nu patiënt zelfstandig woont in[woonplaats] met proefverlof, blijkt ook dat patiënt voldoende zelfredzaam is op het gebied van praktische zaken. Echter op het gebied van sociale- en relationele vaardigheden en empathie, blijft de persoonlijkheidsproblematiek van patiënt zichtbaar. Hij heeft bijvoorbeeld uitvoerig gesproken over het COSA-project met de reclassering en behandelaren, maar geeft uiteindelijk aan het niet te doen uit angst voor afwijzing en verlating. Dit is echter niet conform de afspraken die zijn gemaakt omtrent het risicomanagement van patiënt. Er worden, gezien de langdurige behandeling die patiënt inmiddels gehad heeft, geen grote vorderingen meer verwacht wat betreft probleem inzicht en copingvaardigheden. Patiënt
zal moeten accepteren dat langdurige begeleiding en toezicht in het kader van het risicomanagement noodzakelijk is. Patiënt zijn proefverlof is officieel eind april pas ingegaan en is dus van korte duur. Daarom denken wij dat nog een jaar proefverlof op
zijn plaats is, waarna wij opnieuw een advies voor voorwaardelijke beëindiging zullen overwegen. De begeleiding en het toezicht zullen vanuit de Reclassering en het Forensisch Psychiatrisch Toezichtteam[de instelling] voortgezet worden.
Uit de Pro Justitia-rapportages van november 2013, blijkt dat zowel Prof dr. J.J. Baneke, als drs.H.A. Gerritsen van mening zijn dat een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging op zijn plaats is. Wel wordt door drs. H.A. Gerritsen gewezen op het belang van libidoremmende medicatie om het recidiverisico laag te houden. (..)
(..) Voor ons zijn de argumenten en de gevolgen die drs. H.A. Gerritsen noemt en de twijfel die wij hebben over het blijven gebruiken van libidoremmende medicatie, voldoende reden om de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege met één jaar te verlengen.
(..) Concluderend kan gesteld worden dat de begeleiding zich meer zal richten op controle dan op behandeling. Gezien het risico op recidive, wordt langdurige begeleiding om patiënt te kunnen blijven monitoren rondom het daadwerkelijk gebruik van de libidoremmende medicatie geïndiceerd geacht. De controle en steun die hem thans worden geboden zullen - meer dan gedragsverandering, c.q. het bijstellen van cognitieve vertekeningen - ervoor moeten zorgen, dat patiënt met een aanvaardbaar risico in de maatschappij kan functio-neren. Wij zijn van mening dat onder de vigerende TBS-maatregel, met alle controle van dien, het risico op recidive, middels libidoremmende medicatie, gesprekken met het behandelteam, de reclassering en individuele therapie rondom seksuele deviatie, voldoende gemanaged wordt.
Op grond van hetgeen beschreven is in het verlengingsadvies achten wij voortzetting van de terbeschikkingstelling aangewezen. Wij adviseren u, zo u besluit te verlengen, de termijn van de terbeschikkingstelling te verlengen met een jaar.’(..)
In voornoemd rapport van
forensisch psycholoog prof. dr. J.J. Baneked.d. 9 november 2013 is onder meer het navolgende gesteld:
(..)’BEANTWOORDING VAN DE VRAGEN.
1a. Is onderzochte lijdende aan een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van
zijn geestvermogens en zo ja, hoe is dit in diagnostische zin te omschrijven?
1b. Hoe beoordeelt u de diagnostische conclusies van de kliniek?
Betrokkene is lijdend aan een ziekelijke stoornis en een gebrekkige ontwikkeling van zijn geestvermogens, i.c. een macht-onmacht problematiek die geleid heeft tot de ontwikkeling van perfectionistische, dwangmatige, achterdochtige en narcistische trekken, i.c. een persoonlijkheidsstoornis NAO met genoemde trekken; alsmede een seksuele problematiek die beschreven kan worden als pedofilie (van het homoseksuele, maar niet exclusieve type), maar wel binnen een specifieke situatie (vooral handbalclubverband).
2a. Hoe is het risico op (seksueel) gewelddadig gedrag gestructureerd in te schatten?
2b. Wat is, uitgaande van deze gegevens, gemotiveerd te zeggen over de kans op herhaling van strafbare feiten waarvoor betrokkene de TBS-maatregel opgelegd kreeg?
2c. Hoe beoordeelt u de risicoprognose van de kliniek?
Zoals is beschreven in de risicotaxatie(s) wordt de kans op seksueel (gewelddadig) gedrag beperkt geacht, mede gezien de specifieke situatie waarin de indexdelicten hebben plaatsgevonden. Onderzoeker verschilt hierin van de kliniek, die negatiever lijkt in de risicoprognose. Vooral de huidige positieve ontwikkeling in de resocialisatie is voor onderzoeker een indicatie dat de risico’s vooralsnog beperkt zijn. Op langere termijn blijft het moeilijk voorspellingen te doen. Zoals betrokkene zelf beseft, moet hij vergelijkbare situaties als die van de indexdelicten (zoals ontmoeten van jongeren in (sport) clubverband en gezinsverband) vermijden.
3a. Wat zijn, met het oog op benodigde zorg en beveiliging, uw overwegingen ten aanzien van de verdere behandeling of begeleiding en het risicomanagement van onderzochte?
3b. Hoe beoordeelt u de behandeling of begeleiding en het risicomanagement van de kliniek?
Betrokkene wordt momenteel begeleid door reclassering, FPT-medewerkers, een seksuoloog en een psychiater, terwijl op afstand ook nog meegekeken wordt door behandelaars en begeleiders van[de kliniek]. Betrokkene beschrijft op gedifferentieerde wijze door wie hij op een zinvolle en door wie hij op een minder zinvolle of mogelijk zelfs niet zinvolle manier begeleid wordt. Juist zijn positieve uitspraken over de psychiater met wie hij de eerste 4 maanden contact had, en over diens vrouwelijke collega die hem voor korte tijd opvolgde, laten zien dat betrokkene niet schuwt om gesprekken aan te gaan over zaken die op een wat dieper niveau liggen. Het is van belang dat die gelegenheid hem gegeven wordt en dat hij die gesprekken kan voeren met mensen die hij vertrouwt. Ondanks het wantrouwen van [de kliniek] om hem in[de werkplaats] te laten werken, is gebleken dat hij daar goed kon en kan werken, zonder dominant gedrag te tonen. Naar de mening van ondergetekende dient het risicomanagement vooral gericht te zijn op stimulering en benutten van betrokkenes capaciteiten, zodat hij daarin ook een positievere zelfwaardering kan ontwikkelen, mede als compensatie voor wat hij zal moeten ontberen op - vooral seksueel gebied - in zijn verdere leven.
4.
Adviseert u de maatregel terbeschikkingstelling te verlengen en zo ja, met een jaar of met twee jaar?
Geadviseerd wordt de maatregel terbeschikkingstelling met1 jaar te verlengen.
5.
Adviseert u de verpleging te continueren of adviseert u deze voorwaardelijk te beëindigen en heeft u in gevat van voorwaardelijke beëindiging suggesties voor de te stellen voorwaarden?
Geadviseerd wordt de verpleging voorwaardelijk te beëindigen. Verpleging en behandeling binnen een klinisch TBS-kader heeft, naar de mening van onderzoeker, geen zin meer. Sterker nog: het lijkt juist schadelijk, omdat het betrokkene zou frustreren in diens actuele resocialisatie en ontwikkeling van autonomie, zelfwaardering en identiteit.’ (..)
In voornoemd rapport van
forensisch psychiater drs. H.A. Gerritsend.d. 10 november 2013 is onder meer het navolgende gesteld:
(..) ‘
BEANTWOORDING VAN DE VRAAGSTELLING.
1a. Is onderzochte lijdende aan een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens en zo ja, hoe is dit in diagnostische zin te omschrijven?
Onderzochte is lijdende aan een ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens in de zin van pedofilie van het niet-exclusieve type en een gebrekkige ontwikkeling van zijn geestver-mogens in de zin van narcistische persoonlijkheidsproblematiek. Naar het oordeel van rapporteur kan er niet meer gesproken worden van een persoonlijkheidsstoornis.
Ib. Hoe beoordeelt u de diagnostische conclusies van de kliniek?
Rapporteur kan zich vinden in de diagnostische conclusies van de kliniek uit 2012, al schat hij nu de ernst van de persoonlijkheidsstoornis als minder ernstig in dan de kliniek een jaar geleden deed.
2a. Hoe is het risico op (seksueel) gewelddadig gedrag gestructureerd in te schatten?
2b.Wat is, uitgaande van deze gegevens, gemotiveerd te zeggen over de kans op herhaling van strafbare feiten waarvoor betrokkene de TBS-maatregel opgelegd kreeg?
Indien de terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege, nu zou worden opgeheven en onderzochte geen libidoremmende medicatie meer zou gebruiken, dan wordt de kans op een zedendelict op de korte termijn als matig en op de middellange en lange termijn als hoog ingeschat. De verwachting is dan dat bij beëindiging van de TBS betrokkene zal vereenzamen, hij nog onvoldoende in staat zal zijn om echt wederkerige
relaties met volwassenen aan te gaan en te onderhouden, hij wel een sterke behoefte aan contact en genegenheid zal hebben en hij wederom contact met tienerjongens zal zoeken. Onder de huidige omstandigheden en met een terbeschikkingstelling met bevel tot ver-pleging van overheidswege wordt het recidiverisico op een nieuw zedendelict zowel op de korte als lange termijn als laag ingeschat, zolang onderzochte libidoremmende medicatie blijft slikken. Dit geldt ook als de terbeschikkingstelling voorwaardelijk zou worden beëindigd.
2c. Hoe beoordeelt u de risicoprognose van de kliniek?
Rapporteur acht de risicoprognose van de kliniek uit 2012 als adequaat.
3a. Wat zijn, met het oog op benodigde zorg en beveiliging, uw overwegingen ten aanzien van de verdere behandeling of begeleiding en het risicomanagement van onderzochte?
Betrokkene behoeft voortzetting van reclasseringstoezicht en behandeling/begeleiding door een psychiater en een psycholoog/seksuoloog.
3b. Hoe beoordeelt u de behandeling of begeleiding en het risicomanagement van de kliniek?
Rapporteur beoordeelt de behandeling, begeleiding en het risicomanagement vanuit de kliniek en de reclassering als adequaat.
4.
Adviseert u de maatregel terbeschikkingstelling te verlengen en zo ja, met een jaar of met twee jaar?
Rapporteur adviseert uw College om de maatregel terbeschikkingstelling te verlengen voor de duur van een jaar en over een jaar opnieuw de toestand te beoordelen.
5.
Adviseert u de verpleging te continueren of adviseert u deze voorwaardelijk te beëindigen en heeft u in geval van voorwaardelijke beëindiging suggesties voor de te stellen voorwaarden?
Ondergetekende adviseert uw College om de terbeschikkingstelling voorwaardelijk te beëindigen. Belangrijkste voorwaarden zijn het langdurig blijven slikken van libido-remmende medicatie, het nakomen van afspraken met zijn huidige hulpverleners en het
geen contact hebben met kinderen.’ (..)
In voornoemd
advies van de Reclassering Nederlandd.d. 10 januari 2014 is onder meer het navolgende gesteld:
(..)[terbeschikkinggestelde]heeft zich het afgelopen jaar ingezet om zich aan de afspraken te houden en na te komen. De afspraak om mee te werken aan het COSA traject is door hem afgeblazen. Ondanks dat zowel[de kliniek] en de Reclassering van mening zijn dat er geen sprake van een toename op de kans op recidive is, zou de COSA een beschermende en signalerende rol kunnen hebben. Echter de COSA kan alleen op vrijwillige basis worden ingezet. Betrokkene beseft dat, als hij recidiveert, dit consequenties voor hem heeft en begrijpt dat het dan “einde verhaal” is. Betrokkene toont inzicht in zijn delictgedrag en kan risicosignalen benoemen. Hij vermijdt risicovolle situaties. Hij is bereid om libidoremmende middelen te blijven gebruiken en zal hierin worden gecontroleerd door de psychiater van de Tender. Wel zou hij minder hinder willen hebben van de bijwerkingen en vraagt hij zich af of vermindering een verbetering van de klachten met zich mee zou brengen. “Dit moet echter wel binnen de verantwoorde marges gebeuren”. Hij heeft het voornemen dit bespreekbaar te maken met zijn behandelend psychiater.
(..)
De reclassering erkent het belang van libidoremmende medicatie. Belangrijk is daarbij de wens van[terbeschikkinggestelde] om de mogelijkheden betreffende een mogelijke verandering van deze medicatie te onderzoeken vanwege de bijwerkingen die hij ervaart. Dit zou naar ons inziens het beste binnen een juridische kader onderzocht kunnen worden. De begelei-ding van de reclassering zal zich daarbij moeten richten op risicosignalen en de verdere opbouw van een sociaal netwerk van [terbeschikkinggestelde]. De COSA zou, naast het op- bouwen van een sociaal netwerk, daarbij een belangrijke rol kunnen hebben. Echter er
dient sprake te zijn van vrijwilligheid en kan om die reden dan ook niet als voorwaarde worden opgenomen. Wij geven dit [terbeschikkinggestelde] toch telkens ter overweging mee.
(..)
Het recidiverisico wordt door de reclassering volgens de RISc ingeschat als laag. Belangrijk is dat hij libidoremmende middelen blijft gebruiken en er sprake is openheid en transparantie. Uit contact gaan met een ander en vereenzaming zijn risicosignalen. De Static 99 geeft laag gemiddeld aan.
(..)
Op basis van de huidige gegevens wordt momenteel de kans op het onttrekken van de voorwaarden als laag ingeschat. Ten tijde van het proefverlof heeft betrokkene zich gehouden aan de voorwaarden. Betrokkene heeft zich tijdens zijn klinische periode drie maal niet aan de voorwaarden van het transmuraal verlof gehouden. In het kader van risicomanagement hebben wij een voorwaarde van een contactverbod opgesteld.
(..)
Geadviseerd wordt om betrokkene in aanmerking te laten komen voor een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging. Wij adviseren dit onder de hieronder genoemde voorwaarden te doen:
Algemene voorwaarden.
*Betrokkene houdt zich aan de voorwaarden en aanwijzingen die hem gesteld zijn door of namens de toezichthoudende instantie Reclassering Nederland.
*Betrokkene zal zich niet schuldig maken aan strafbare feiten of zich in situaties begeven die voor hem risicovol zijn.
•Betrokkene zal zich niet buiten de Nederlandse grenzen begeven.
Specifieke voorwaarden.
*[terbeschikkinggestelde] zal zijn libidoremmende medicatie blijven gebruiken. Wijzigingen betreffende deze medicatie meldt hij bij de reclassering en spreekt hij voor met zijn behandelend psychiater. [terbeschikkinggestelde] zal zich laten monitoren door de behandelend psychiater en seksuoloog. [terbeschikkinggestelde] geeft de psychiater toestemming de reclassering op de hoogte te stellen van verandering in de voorgeschreven medicatie.
*[terbeschikkinggestelde] volgt een behandeling bij de psychiater en seksuoloog omtrent zijn seksuele fantasieën en gedachten.
*[terbeschikkinggestelde] woont op een door de reclassering goedgekeurd woonadres en zal niet verhuizen zonder toestemming van de reclassering.
*De reclassering bezoekt [terbeschikkinggestelde] eens per week. Deze contacten kunnen in de loop van het toezicht worden afgebouwd.
*Betrokkene heeft een dagbesteding van minimaal 24 uur per week. Hij geeft aan de werkgever openheid over zijn delicten en maakt risicosignalen bespreekbaar. In samen-spraak met de werkgever zullen er evaluatie gesprekken plaatsvinden tussen hem en de reclassering.
*Betrokkene is telefonisch bereikbaar.
*Betrokkene maakt, indien hij een relatie krijgt, dit bespreekbaar bij de reclassering, de psychiater en seksuoloog. Hij accepteert begeleiding.
*Betrokkene geeft indien de reclassering hier om vraagt openheid in zijn financiën en is bereid om inzage te geven in zijn bankafschriften.
*Betrokkene geeft openheid over de opbouw van zijn sociale netwerk en invulling van zijn vrije tijd. Hij vermijdt risicovolle situaties.
*Betrokkene wordt verboden om drugs te gebruiken.
*Het is betrokkene toegestaan alcohol te gebruiken mits dit zijn resocialisatie niet in gevaar brengt. Hij is open en eerlijk over eventueel alcohol gebruik. Hij is bereid om mee te werken aan controles mocht de reclassering dit nodig achten.
•Betrokkene mag geen werkzaamheden uitvoeren waarbij minderjarigen aan zijn zorg worden toevertrouwd.
•Indien noodzakelijk wordt [terbeschikkinggestelde] voor een time-out terug geplaatst naar [de kliniek] of een soortgelijke instelling. Deze time-out plaatsing duurt in ieder geval zolang als nodig is om betrokkene op een verantwoorde en veilige wijze terug te laten keren naar de omstandigheden voorafgaand aan de time-out, maar maximaal 7 weken. Deze periode kan eenmaal met 7 weken verlengd worden. Tijdens de time-out zullen partijen
in overleg beslissen of en op welke wijze voortzetting van het traject al of niet mogelijk en haalbaar is.
*Contactverbod. Betrokkene wordt verboden om contact te zoeken of te hebben met zijn slachtoffers.
*Betrokkene geeft toestemming aan de reclassering om contact te hebben met alle personen en instellingen uit zijn (sociale) netwerk.’(..)
De
terbeschikkinggesteldeheeft verklaard, verkort en zakelijk weergegeven:
Het gaat heel goed met mij. Ik heb het heel erg naar mijn zin in mijn woning in[woonplaats].
Het voelt erg prettig om zelfstandig te wonen. Ik heb wekelijks contact met de reclassering en het FPT-team.
Ik zit hier vandaag met minder spanning dan voorgaande jaren. Dat komt door de inhoud van de diverse rapporten. Er wordt immers een voorwaardelijke beëindiging van de dwang-verpleging voorgesteld.
Ik zal de libidoremmende medicatie blijven gebruiken. Ik ben er in 2000 ook zelf naar gaan zoeken, waarna het door de kliniek is overgenomen. Ik heb er erg veel baat bij. Wel heb ik last van bijwerkingen. Ik zou dit graag onderzocht willen hebben. Mogelijk dat er iets aan de huidige dosering gedaan kan worden. Ik heb sinds twee maanden een nieuwe psychiater en heb hiermee over twee weken een gesprek. Ik heb in dat kader reeds aangegeven dat ik het over de (bijwerkingen van) de libidoremmende medicatie wil hebben. Als deze medi-catie geheel intact moet blijven, dan zal ik mij daaraan conformeren. Ik krijg thans een depot.
Ik werk vier ochtenden per week als vrijwilliger op de grafische afdeling van[de werkplaats]. Daarnaast werk ik elke vrijdag bij de muziekbank te [plaats]. Ik werk gemiddeld 30 uren per week.
Ik zie geen toegevoegde waarde in deelname aan het COSA-traject. Ik zit inmiddels al negen maanden in [woonplaats] en ben zelf gelijk begonnen met het opbouwen van een sociaal netwerk. Ik heb contact met mijn familie en collega’s, zit op een badmintonvereniging, ga mij aanmelden bij een carnavalsvereniging en heb een fiets- en wandelmaatje. Ik ben ook bang dat ik als COSA-deelnemer het stempel van zedendelinquent opgedrukt krijg met alle nadelige gevolgen van dien.
Zoals gezegd woon ik geheel zelfstandig. Daar komt bij een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging geen verandering in.
Ik stem in met alle door de reclassering geformuleerde voorwaarden en zal deze naleven.
De
deskundige mevr. F.L.N. Hogenelst, optredend namens voormelde inrichting, heeft bij de behandeling ter terechtzitting gepersisteerd bij het advies om de terbeschikkingstelling
te verlengen met een termijn van een jaar. Zij heeft voorts het navolgende verklaard, verkort en zakelijk weergegeven:
Het ministerie van Veiligheid en Justitie ziet in het wegvallen van het COSA-traject een contra-indicatie voor voortzetting van het proefverlof. Het ministerie beschouwt de deel-name van betrokkene aan het COSA-traject als een voorwaarde voor voortzetting van het proefverlof. Het ministerie heeft hier een belangrijk punt van gemaakt. Ook wij zien de meerwaarde in de deelname aan het COSA-traject. De COSA kan bijdragen aan het op- bouwen van het sociaal netwerk. Wij willen niet dat betrokkene vereenzaamt. Echter, wij zien in het wegvallen van het COSA-traject geen potentieel verhoogde kans op recidive
en hebben dit ook uitdrukkelijk in een reactie aan het ministerie benadrukt. Wij hebben
hierop nog geen antwoord van het ministerie ontvangen. Het klopt dat betrokkene in [woonplaats] zelf is begonnen met het opbouwen van zijn sociaal netwerk.
De inname van libidoremmende medicatie is erg belangrijk. Hoewel betrokkene hier aan- geeft dat hij deze medicatie altijd zal blijven gebruiken, heeft de kliniek andere signalen opgevangen. Mogelijk dat betrokkene een sociaal wenselijk antwoord heeft gegeven.
Het is van groot belang dat hij deze medicatie in blijft nemen. De op dit punt door de reclassering geformuleerde bijzondere voorwaarde in kader van een voorwaardelijke beëindiging is minder strak geredigeerd dan diezelfde voorwaarde voor het proefverlof.
Het is wel zo dat ook bij een voorwaardelijke beëindiging de medicatie gecontroleerd kan worden door een (forensisch) psychiater van onze kliniek.
Het proefverlof is begin mei 2013 van start gegaan. Dat is dus nog maar kort geleden. Wij willen hem in dat kader nog graag een jaar langer volgen, voordat tot een voorwaardelijk
einde van de dwangverpleging wordt overgegaan.
De
deskundige mevr. A.J. Prins,optredend namens de Reclassering Nederland, heeft bij de behandeling ter terechtzitting gepersisteerd bij het advies d.d. 10 januari 2014 om de terbeschikkingstelling voorwaardelijk te beëindigen. Zij heeft voorts het volgende verklaard, verkort en zakelijk weergegeven:
Het is inderdaad van groot belang dat betrokkene de libidoremmende medicatie in blijft nemen. Mocht de dosering van deze medicatie veranderen, dan moeten wij daarover wel geïnformeerd worden. Wij vinden het belangrijk dat deze informatieverstrekking via een
forensisch psychiater van [de kliniek] loopt. Ik heb er alle vertrouwen in dat betrokkene zich zal houden aan alle gestelde voorwaarden.
De
officier van justitieheeft de verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van een jaar gevorderd alsmede de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging, onder oplegging van de door de reclassering omschreven voorwaarden.
De
raadsman van terbeschikkinggesteldeheeft de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging bepleit, zonder zich uitdrukkelijk uit te laten over de verlenging van de terbeschikkingstelling.
De
rechtbankverenigt zich voor wat betreft de verlenging van de terbeschikkingstelling
met de adviezen van [de kliniek] en de gedragsdeskundigen en met de daarop ter terechtzitting gegeven toelichting door de deskundige van de kliniek.
Gelet op het vorenstaande, gezien artikel 38d van het Wetboek van Strafrecht is de recht- bank van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen de verlenging van de terbeschikkingstelling eist, en wel met
een termijn van één jaar.
De rechtbank heeft voorts kennis genomen van de diverse standpunten omtrent een voor-
waardelijke beëindiging van de dwangverpleging. De rechtbank stelt in dit verband vast dat de officier van justitie en de verdediging voorstander zijn van een voorwaardelijke beëin-diging conform de -op dit punt- gelijkluidende adviezen van de twee gedragsdeskundigen en de Reclassering Nederland. De rechtbank ziet deze visie materieel doorklinken in het advies van[de kliniek] en de daarop ter terechtzitting gegeven toelichting van de deskundige,
met dien verstande dat de kliniek het wenselijk acht dat het gestarte proefverlof een jaar langer voortduurt voordat tot een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging wordt overgegaan. De rechtbank constateert dat de in het kader van het reeds gestarte proefverlof geformuleerde voorwaarden grotendeels overeenstemmen met de in het kader van de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging voorgestelde voorwaarden. De rechtbank ziet in het bovenstaande dan ook voldoende basis om de dwangverpleging thans voorwaardelijk te kunnen beëindigen.
Gelet op al het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat de verpleging van overheids-wege voorwaardelijk dient te worden beëindigd.
De terbeschikkinggestelde heeft zich ook bereid verklaard tot naleving van na te melden voorwaarden.
Gezien de artikelen: 38, 38a, 38d, 38g van het Wetboek van Strafrecht.
DE BESLISSING
De rechtbank.
Verlengt de termijn gedurende welke[terbeschikkinggestelde] ter beschikking is gesteld met één jaar.
Beëindigt voorwaardelijk de verpleging van overheidswege.
Stelt daarbij als
algemene voorwaarden.
*Terbeschikkinggestelde houdt zich aan de voorwaarden en aanwijzingen die hem gesteld
zijn door of namens de toezichthoudende instantie Reclassering Nederland.
*Terbeschikkinggestelde zal zich niet schuldig maken aan strafbare feiten of zich in situaties
begeven die voor hem risicovol zijn.
*Terbeschikkinggestelde zal zich niet buiten de Nederlandse grenzen begeven.
Stelt daarbij voorts als
bijzondere voorwaarden.
*Terbeschikkinggestelde zal zijn libidoremmende medicatie blijven gebruiken. Wijzigingen
betreffende deze medicatie meldt hij bij de reclassering en spreekt hij voor met zijn
behandelend psychiater. Terbeschikkinggestelde zal zich laten monitoren door de
behandelend psychiater en seksuoloog. Terbeschikkinggestelde geeft de psychiater
toestemming de reclassering op de hoogte te stellen van verandering in de voorgeschreven
medicatie.
*Terbeschikkinggestelde volgt een behandeling bij de psychiater en seksuoloog omtrent zijn
seksuele fantasieën en gedachten.
*Terbeschikkinggestelde woont op een door de reclassering goedgekeurd woonadres en zal
niet verhuizen zonder toestemming van de reclassering.
*De reclassering bezoekt terbeschikkinggestelde eens per week. Deze contacten kunnen in
de loop van het toezicht worden afgebouwd.
*Terbeschikkinggestelde heeft een dagbesteding van minimaal 24 uur per week. Hij geeft
aan de werkgever openheid over zijn delicten en maakt risicosignalen bespreekbaar. In
samenspraak met de werkgever zullen er evaluatiegesprekken plaatsvinden tussen hem en
de reclassering.
*Terbeschikkinggestelde is telefonisch bereikbaar.
*Terbeschikkinggestelde maakt, indien hij een relatie krijgt, dit bespreekbaar bij de
reclassering, de psychiater en seksuoloog. Hij accepteert begeleiding.
*Terbeschikkinggestelde geeft indien de reclassering hier om vraagt openheid in zijn
financiën en is bereid om inzage te geven in zijn bankafschriften.
*Terbeschikkinggestelde geeft openheid over de opbouw van zijn sociale netwerk en
invulling van zijn vrije tijd. Hij vermijdt risicovolle situaties.
*Terbeschikkinggestelde wordt verboden om drugs te gebruiken.
*Het is terbeschikkinggestelde toegestaan alcohol te gebruiken mits dit zijn resocialisatie
niet in gevaar brengt. Hij is open en eerlijk over eventueel alcoholgebruik. Hij is bereid
om mee te werken aan controles mocht de reclassering dit nodig achten.
*Terbeschikkinggestelde mag geen werkzaamheden uitvoeren waarbij minderjarigen aan
zijn zorg worden toevertrouwd.
*Indien noodzakelijk wordt terbeschikkinggestelde voor een time-out terug geplaatst naar
[de kliniek] of een soortgelijke instelling. Deze time-out plaatsing duurt in ieder geval
zolang als nodig is om betrokkene op een verantwoorde en veilige wijze terug te laten
keren naar de omstandigheden voorafgaand aan de time-out, maar maximaal 7 weken.
Deze periode kan eenmaal met 7 weken verlengd worden. Tijdens de time-out zullen
partijen in overleg beslissen of en op welke wijze voortzetting van het traject al of niet
mogelijk en haalbaar is.
*Contactverbod. Terbeschikkinggestelde wordt verboden om contact te zoeken of te hebben
met zijn slachtoffers.
*Terbeschikkinggestelde geeft toestemming aan de reclassering om contact te hebben met
alle personen en instellingen uit zijn (sociale) netwerk.
Geeft opdracht aan de Reclassering Nederland de terbeschikkinggestelde bij de naleving van de voorwaarden hulp en steun te bieden, als bedoeld in artikel 38 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze beslissing is gegeven door:
mr. H.H.E. Boomgaart, voorzitter,
mr. drs. W.A.F. Damen en mr. B. Poelert, leden,
in tegenwoordigheid van D.A. Koopmans,
en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 31 januari 2014.
De jongste rechter is buiten staat om deze beslissing mede te ondertekenen.