De notaris is op grond van het voorgaande gehouden het tekort in het saldo van de kwaliteitsrekening aan te vullen. De rechtbank zal de door [eiseres] gevorderde verklaring voor recht dan ook toewijzen en zal de notaris veroordelen het tekort op de kwaliteitsrekening aan te vullen en aan [eiseres] uit te keren.
De berekening van het saldotekort die [eiseres] heeft gemaakt op pagina 4 van de dagvaarding is echter niet geheel juist. Van het daar genoemde saldo van € 355.273,94 in september 2003 kwam aan [eiseres] eenzelfde bedrag toe als aan [betrokkene 1] en [betrokkene 2] was uitgekeerd (ieder
€ 155.432,35). Van het saldo van € 355.273,94 dient dus € 155.432,35 te worden afgetrokken. Dan resteert een bedrag van € 199.841,59. Van dit bedrag kwam aan [eiseres], [betrokkene 1] en [betrokkene 2] ieder eenderde, oftewel € 66.613,86, toe. [eiseres] had dus (€ 155.432,35 +
€ 66.613,86 =) € 222.046,21 moeten ontvangen. Zij heeft ontvangen een bedrag van
€ 123.725,62. Tussen het bedrag dat zij had behoren te ontvangen en het bedrag dat zij heeft ontvangen zit dan ook een verschil van € 98.320,59 en niet € 98.350,59, zoals door [eiseres] berekend.
De notaris zal worden veroordeeld het bedrag van € 98.320,59 aan [eiseres] te voldoen. In dit bedrag is dan tevens begrepen het bedrag van de 2 declaraties van in totaal
€ 12.768,70 dat de notaris met het saldo heeft verrekend. Tussen partijen is niet is geschil dat de notaris niet gerechtigd was tot deze verrekening was de notaris niet gerechtigd, zoals door hem ook niet wordt betwist. Door de betaling aan [eiseres] van het bedrag van € 98.320,59 wordt deze onbevoegde verrekening ongedaan gemaakt.