ECLI:NL:RBOBR:2014:2479

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
20 mei 2014
Publicatiedatum
19 mei 2014
Zaaknummer
01/845157-10
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling van een terbeschikkinggestelde met psychotische stoornis na bedreigingen

In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 20 mei 2014 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een terbeschikkinggestelde, die eerder ter beschikking was gesteld na een arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch op 6 februari 2012. De officier van justitie had op 13 maart 2014 verzocht om verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar, wat werd behandeld tijdens een openbare zitting op 6 mei 2014. De rechtbank heeft de terbeschikkinggestelde, zijn raadsman, de officier van justitie en deskundigen gehoord. De terbeschikkinggestelde verblijft in een kliniek en heeft een psychotische stoornis, vermoedelijk schizofrenie, wat heeft geleid tot delictgevaar in de vorm van bedreigingen. Het advies van de kliniek, ondertekend door verschillende deskundigen, wees op een hoog recidivegevaar en de noodzaak van langdurig extern risicomanagement. De rechtbank heeft vastgesteld dat de veiligheid van anderen de verlenging van de terbeschikkingstelling eist, en heeft besloten om de termijn met twee jaar te verlengen. De terbeschikkinggestelde was het niet eens met de diagnose en de verlenging, maar de rechtbank oordeelde dat er geen termen aanwezig waren om de maatregel te verkorten.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK OOST-BRABANT

Strafrecht
Parketnummer: 01/845157-10
Uitspraakdatum: 20 mei 2014

Beslissing verlenging terbeschikkingstelling

Beslissing in de zaak van:

[terbeschikkinggestelde],

geboren te [geboorteplaats] op [1974],
verblijvende in [kliniek 1].

Het onderzoek van de zaak.

Bij arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 6 februari 2012 is betrokkene ter beschikking gesteld.
De vordering van de officier van justitie bij deze rechtbank van 13 maart 2014 strekt tot verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling voor de duur van twee jaar.
Deze vordering is behandeld ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 6 mei 2014.
Hierbij zijn de officier van justitie, de deskundige en de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman gehoord.
In het dossier bevinden zich onder andere:
  • het advies van[kliniek 1], zijnde de inrichting waar betrokkene verblijft, d.d. 14 februari 2014, ondertekend door drs. H.J. van der Lugt, hoofd van de inrichting, drs. H. de Boer, psychiater, E.I.J. Peeters Msc, hoofd behandeling en drs. L. Krieckaert, hoofd behandelzaken; dit advies is geschreven door Feij, klinisch psycholoog en Van Marle, psychiater, beiden als behandelcoördinator/hoofdbehandelaar verbonden aan de [kliniek 2], waar betrokkene tot 24 december 2013 verbleef, en – in verband met het pas zeer korte verblijf in [kliniek 1] - aangevuld met de meest recente informatie;
  • de omtrent de terbeschikkinggestelde gehouden wettelijke aantekeningen;
  • het persoonsdossier van terbeschikkinggestelde.

De beoordeling.

De terbeschikkingstelling is toegepast ter zake van vier bedreigingen, terwijl de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen het opleggen van die maatregel eiste.
In voornoemd advies van het hoofd van de inrichting is onder meer het navolgende gesteld:
“ 4.3 Recidivegevaar
Vanwege het gebrekkige ziektebesef en –inzicht is de verwachting dat extern risicomanagement langdurig noodzakelijk is. Het recidivegevaar ten aanzien van het indexdelict is hoog bij uitblijven van een succesvolle behandeling, wat ook kan inhouden een langdurig extern kader waarbinnen betrokkene verplicht wordt zich te houden aan voorwaarden als gebruik van antipsychotische medicatie.
Conclusie: maatregel verlengingsadvies
Kort samengevat is bij betrokkene sprake van een psychotische stoornis, vermoedelijk in de vorm van schizofrenie, van waaruit in het verleden delictgevaar is ontstaan, in de vorm van verbale en fysieke agressie. Er is sprake van een afwezig dan wel zeer gebrekkig ziektebesef en -inzicht en hierdoor een gebrek aan overeenstemming op verscheidene fundamentele gebieden van de behandeling. Dit heeft in de [kliniek 2] onder andere geleid tot gebrek aan overeenstemming over belangrijke delictpreventieve thema’s als delictdiagnostiek (delictscenario, delictanalyse), plaats van resocialiseren en het weigeren van antipsychotische medicatie. Betrokkene is enkele weken na het weigeren van zijn depotmedicatie psychotisch ontregeld. Om die reden is nog geen aanvraag begeleid verlof gedaan. Later heeft hij wel weer meegewerkt aan het nemen van antipsychotische medicatie, zij het eigenzinnig en niet openstaand voor (andere) medicatie die mogelijk minder bijwerkingen zou kunnen geven. Betrokkene bleef ook erg geladen en separatie is in de FPK in zijn laatste weken opnieuw nodig geweest in verband met agressief gedrag op basis van achterdocht. Betrokkene is inmiddels sinds 24 december 2013 overgeplaatst naar[kliniek 1] voor een tweede behandelpoging.
Vanwege bovenstaande mag verwacht worden dat nog een aanzienlijke tijd nodig is om een modus te vinden waarbinnen (voldoende) samenwerking op fundamentele behandelgebieden noodzakelijk is. Ook zal tijd nodig zijn om in fasen te werken aan resocialisatie, waarbij hij momenteel nog niet is begonnen aan het opbouwen van verlof.
Alles overziend wordt verlenging van de TBS-maatregel van betrokkene met twee jaar noodzakelijk geacht om de benodigde stappen in de behandeling en richting resocialisatie te zetten.”
De terbeschikkinggestelde heeft verklaard, kort en zakelijk weergegeven:
Ik ga voor verlenging van de TBS van één jaar. Ik vind dat ik voldoende gestraft ben en een tweede kans verdien. Ik ben het niet eens met de diagnose van de kliniek. Ik heb geen psychische stoornis. Ik gebruik nu medicatie omdat dat moet van de kliniek. Ik werk daaraan mee omdat ik geen problemen wil. Ik vind niet dat ik medicatie nodig heb. Als ik van de TBS af ben stop ik met de medicatie.
De deskundige E.I.J. Peeters,optredend namens voormelde inrichting, heeft bij de behandeling ter terechtzitting gepersisteerd bij voornoemd advies. Zij heeft voorts het navolgende verklaard, verkort en zakelijk weergegeven:
Het verlengingsadvies is geschreven door [kliniek 2] en door mij aangevuld. Het beeld van[terbeschikkinggestelde] in de afgelopen maanden is hetzelfde als in het rapport staat. In de dagelijkse praktijk werkt hij goed mee, maar op het vlak van ziekte-inzicht en medicatie is het beeld hetzelfde. Gezien de gemaximeerde TBS-termijn streven we ernaar op een verantwoorde manier een resocialisatietraject op te zetten, op basis van medewerking van meneer. Wij schatten in dat hij zich wel houdt aan voorwaarden voor begeleid verlof. Er dient eerst gekeken te worden hoe die verloven gaan. Het is voor ons moeilijk om een risicotaxatie te maken; betrokkene is pas korte tijd bij ons. De risicotaxatie uit het verlengingsadvies is nog van [kliniek 2]. Wij doen een nieuw diagnostisch onderzoek. Een uitgebreide risicotaxatie hoort daar bij, maar onze verwachting is dat er ongeveer hetzelfde resultaat uit komt. Het recidiverisico is hoog bij beëindiging van de TBS, vooral omdat hij dan stopt met medicatie. We hebben nog geen verlof aangevraagd omdat het diagnostisch onderzoek nog loopt en wij eerst de resultaten willen afwachten in verband met het stellen van voorwaarden. Hij zit relatief kort in onze kliniek en wij willen weten of het verantwoord is. Verlenging met een jaar heeft denk ik niet veel zin, dat zou een vals perspectief bieden.
De officier van justitie heeft bij de behandeling ter terechtzitting gepersisteerd bij haar vordering.
De raadsman van de terbeschikkinggestelde heeft aangevoerd, verkort en zakelijk weergegeven:
Cliënt is het niet eens met het verlengingsadvies en de diagnose. Ik verzoek de rechtbank de TBS-maatregel te verlengen met één jaar voor een nieuwe toetsing en dan te kijken hoe het staat met de diagnostiek en verloven. Er kan dan ook worden gekeken of er andere mogelijkheden zijn voor beëindiging van de TBS dan middels het verlopen van de termijn, zoals bijvoorbeeld voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging. Cliënt zal zich houden aan de voorwaarden die worden gesteld binnen de TBS-maatregel en eventuele voorwaardelijke beëindiging, waaronder het gebruiken van zijn medicatie.
De rechtbank verenigt zich met het advies van voornoemde inrichting en met de daarop ter terechtzitting gegeven toelichting door de deskundige. Er is sprake van een hoog recidiverisico en betrokkene is eerst onlangs overgeplaatst van de [kliniek 2] naar de huidige kliniek voor een tweede behandelpoging. Daarbij zal bekeken worden of op een verantwoorde manier een resocialisatietraject kan worden opgestart waarmee naar verwachting nog geruime tijd gemoeid zal zijn.
Gelet op het vorenstaande, gezien artikel 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen de verlenging van de terbeschikkingstelling eist.
De rechtbank acht op grond van al het vorenoverwogene geen termen aanwezig om de terbeschikkingstelling te verlengen met één jaar om dan de stand van zaken te bezien. De rechtbank zal de terbeschikkingstelling verlengen met twee jaar.
DE BESLISSING
De rechtbank:
verlengt de termijn gedurende welke [terbeschikkinggestelde] ter beschikking is gesteld met twee jaar.
Deze beslissing is gegeven door
mr. W. Schoorlemmer, voorzitter,
mr. M.Th. van Vliet en mr. M. Senden, leden,
in tegenwoordigheid van mr. E. De Dooij, griffier,
en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 20 mei 2014.