In voornoemd advies van de inrichting is onder meer het navolgende gesteld:
“(…) Diagnostisch is er bij de [terbeschikkinggestelde], naast middelenproblematiek, sprake van een
narcistische persoonlijkheidsstoornis met antisociale en borderline trekken. (…) Het plan
van de kliniek behelst een versneld resocialisatietraject met als eerste stap het aanvragen
van een begeleid, onbegeleid en vervolgens transmuraal verlofkader, gericht op de
plaatsing op [afdeling]. Pas op termijn, bij goed verloop van het transmurale traject, zou
daarbij een voorwaardelijke beëindiging overwogen worden. Binnen een dergelijk intensief
kader zou hij ondersteund worden bij het abstinent blijven van verslavende middelen, het
vasthouden van gestructureerde dagbesteding, het uitbreiden van zijn netwerk en het op
veilige wijze vormgeven van een eventuele relatie. Het delict risico van de [terbeschikkinggestelde] is
naar alle waarschijnlijkheid beperkt tot de relationele context. Bij het plotseling wegvallen
van de tbs-maatregel met dwangverpleging wordt dit risico nog hoog geacht. (…) Wij
adviseren de maatregel van terbeschikkingstelling van de [terbeschikkinggestelde] met één jaar te
verlengen. Hoewel het aannemelijk is dat het doorlopen van het volledige traject langer dan
een jaar zal duren, valt in deze fase een langere periode nog moeilijk te overzien en is het
voor het behoud van de zeer beperkte motivatie van de [terbeschikkinggestelde] van belang dat er
voor hem voldoende perspectief is (…)”.