Ter onderbouwing van het primaire verzoek heeft de raadsvrouwe onder meer aangevoerd dat volgens de terbeschikkinggestelde het recidivegevaar onvoldoende relevant aanwezig is. Nog daargelaten dat afwijzing van de vordering tot verlenging op grond van artikel 509t, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, niet mogelijk is, is de rechtbank anders dan de terbeschikkinggestelde van oordeel dat op basis van de inhoud van het verlengingsadvies en de daarop gegeven toelichting ter zitting door deskundige De Boer, waarbij de actuele ontwikkeling van een affectieve partnerrelatie in ogenschouw is genomen, nog onverkort sprake is van een reëel recidivegevaar. Dat de terbeschikkinggestelde geen justitiële voorgeschiedenis heeft, hij zijn behandeling geslaagd acht, hij probleembesef en ziekte-inzicht heeft en hij libidoremmende medicatie tot zich neemt, zijn positieve factoren die van invloed kunnen zijn op het recidiverisicio, doch maken niet dat is komen vast te staan dat het recidivegevaar thans is teruggebracht tot een aanvaardbaar niveau en het voortduren van de maatregel niet langer is vereist.
De raadsvrouwe heeft voorts aangevoerd dat er sprake is van schending van het proportionaliteitsbeginsel.
De rechtbank stelt vast dat de terbeschikkingstelling is ingegaan op 20 november 1998 en dus thans ruim 15 jaar loopt. Zoals laatstelijk ook door het gerechtshof is overwogen, moet dit tijdsverloop in relatie tot de ernst van de delicten waarvoor de maatregel is opgelegd, mede in aanmerking genomen worden bij de verlengingsbeslissing. Bij een afweging tussen de belangen van de terbeschikkinggestelde en die van de maatschappij naarmate de maatregel van terbeschikkingstelling langer duurt, dient het belang van de terbeschikkinggestelde steeds zwaarder te wegen.
De rechtbank is van oordeel dat van disproportionaliteit in het onderhavige geval geen sprake is, nu ook de aard van de stoornis en de ernst van het recidivegevaar in aanmerking moeten worden genomen. In dat verband overweegt de rechtbank nog dat hoewel iedere onnodige vertraging van het resocialisatietraject onwenselijk is gelet op de tijd die reeds is verstreken, zeker indien die vertraging niet aan de terbeschikkinggestelde kan worden verweten, ook deze vertraging niet met zich brengt dat thans moet worden geconcludeerd dat sprake is van disproportionaliteit.
De raadsvrouwe heeft subsidiair bepleit om de dwangverpleging van betrokkene voorwaardelijk te beëindigen onder voorwaarden door de rechtbank te stellen.
De rechtbank ziet in het verhandelde ter zitting, noch in hetgeen zijdens en door de terbeschikkinggestelde naar voren is gebracht, termen aanwezig om tegen de adviezen van de kliniek en de reclassering in thans te beslissen tot een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging. Daarbij weegt de rechtbank mee de fase van resocialiseren, dubbel begeleid verlof, waarin de terbeschikkinggestelde zich thans bevindt.
De rechtbank acht, gelet op het verhandelde ter terechtzitting alsmede gelet op de voorliggende adviezen van de inrichting en de reclassering, de toelichtingen door de deskundigen daarop, evenmin termen aanwezig om de mogelijkheden tot een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging thans opnieuw te onderzoeken. Zoals hiervoor overwogen is de rechtbank van oordeel dat een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging, gelet op de fase van behandeling waarin de terbeschikkinggestelde zich thans bevindt, te prematuur is. De terbeschikkinggestelde bevindt zich nog in het stadium van dubbel begeleid verlof en heeft nog geen aanvang gemaakt met onbegeleid verlof, zodat thans aan het verzoek van de verdediging wordt voorbijgegaan. Ditzelfde geldt voor het verzoek om concreet te laten onderzoeken door de reclassering of een IFZ-indicatie voor [groep] bij de [kliniek 1] kan worden verkregen, bij gebreke van iedere onderbouwing voor dit verzoek.