ECLI:NL:RBOBR:2013:CA3587

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
26 april 2013
Publicatiedatum
22 juni 2013
Zaaknummer
01/825524-12
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het bezit en vervaardigen van kinderporno en het dwingen van een minderjarige tot ontuchtige handelingen

In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 26 april 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van het voorhanden hebben van een grote hoeveelheid kinderporno en het dwingen van een minderjarige tot ontuchtige handelingen. De verdachte werd veroordeeld tot 479 dagen gevangenisstraf, waarvan 360 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van vijf jaar, onder oplegging van reclasseringstoezicht. De rechtbank oordeelde dat de verdachte in licht verminderde mate toerekeningsvatbaar was, wat invloed had op de strafmaat. De tenlastelegging omvatte het bezit van ongeveer 14.310 afbeeldingen van kinderpornografische aard, die op verschillende gegevensdragers waren aangetroffen, waaronder een laptop en USB-sticks. Daarnaast werd de verdachte beschuldigd van het dwingen van een minderjarige, aangeduid als [slachtoffer 1], tot het maken van ontuchtige foto's door middel van bedreiging en druk. De rechtbank achtte de bewijsvoering overtuigend, onderbouwd door proces-verbaal van de politie en verklaringen van de verdachte. De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten, vooral gezien de impact op de slachtoffers en de rol van de verdachte in het in stand houden van de vraag naar kinderporno. De rechtbank legde ook bijzondere voorwaarden op, waaronder reclasseringstoezicht en ambulante behandeling bij een instelling, om herhaling van dergelijk gedrag te voorkomen. De vordering van de benadeelde partij werd toegewezen, waarbij de verdachte werd veroordeeld tot betaling van schadevergoeding aan het slachtoffer.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK OOST-BRABANT
Strafrecht
Parketnummer: 01/825524-12
Datum uitspraak: 26 april 2013
Vonnis van de rechtbank Oost-Brabant, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [1988],
wonende te [woonplaats], [adres].
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 12 april 2013.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen van de zijde van verdachte naar voren is gebracht.
De tenlastelegging.
De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 15 januari 2013. Nadat de tenlastelegging op de terechtzitting van 12 april 2013 is gewijzigd is aan verdachte ten laste gelegd dat:
1.
hij, meermalen, althans eenmaal, in of omstreeks de periode van 01 november 2010 tot en met 23 oktober 2012 te Eindhoven en/of Veldhoven en/of Helmond, in elk geval in Nederland, één of meermalen (telkens) een groot aantal afbeeldingen te weten ongeveer 14310 afbeeldingen, in elk geval een groot aantal afbeeldingen en/of (een) gegevensdrager(s) te weten een laptop en/of een of meer USB-sticks en/of een of meer GSM's bevattende een groot aantal afbeeldingen, in bezit heeft gehad en/of heeft verspreid en/of heeft vervaardigd en/of zich daartoe de toegang heeft verschaft door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst (MSN Messenger en/of e-mail) terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen (onder meer) bestonden uit:
- het oraal en/of anaal en/of vaginaal penetreren met de penis en/of de mond/tong van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en/of
- het oraal en/of anaal en/of vaginaal penetreren met de mond/tong van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en/of
- het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met de penis en/of vinger/hand en/of mond/tong en/of
- het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met de penis en/of vinger/hand en/of
mond/tong en/of
- het door een dier likken en/of betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of de borsten van een persoon die de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt en/of
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij deze perso(o)n(en) gekleed is/zijn en/of opgemaakt is/zijn en/of poseert/poseren in een omgeving en/of met (een) voorwerp(en) en/of in (een)(erotisch getinte) houding(en) (op een wijze) die niet bij haar/hun leeftijd past/passen en/of waarbij deze perso(o)n(en) zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/hun kleding ontdoet/ontdoen en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze perso(o)n(en) en/of de uitsnede van de afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele
strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling;
art. 240b Wetboek van Strafrecht
2.
hij, meermalen, althans eenmaal, in of omstreeks de periode van 01 mei 2012 tot en met 30 juni 2012 te Helmond, (telkens) door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere
feitelijkhe(i)d(en) [slachtoffer 1] (geboren op [1997]) (telkens) heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handeling(en), welke ontuchtige handelingen (telkens) heeft/hebben bestaan uit:
- het door voornoemde [slachtoffer 1] (laten) fotograferen van diens (ontblote) vagina en/of (ontblote) onderlichaam, in elk geval het tonen van diens (ontblote) vagina en/of (ontblote) onderlichaam,
en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) uit:
- het dreigen de foto's van bovengenoemde ontuchtige handelingen te verspreiden op het internet en/of via een e-mail kenbaar te maken aan de school van voornoemde [slachtoffer 1] en/of op te hangen op (een) openbare plaats(en) en/of
- het verzenden van MSN-berichten en/of e-mail berichten via het internet met daarin onder andere vermeld: "beslis maar of je stuurt of ze is dood" en/of "Venlo Rielpoort/Heereweg ze is naakt en ze bloed als een rund ze ligt in de sloot daar" en/of "ja als je me even levert wat ik je vraag maak anders 3 of 4 goede foto's of een leuk filmpje van enkele minuutjes en dan zal ik na ontvangst meteen een telefoontje doen dat ze ophouden" en/of "je weet wel dat ik je volg dat ik wel gesprekken kan lezen als ik zin heb" en/of "hallo [slachtoffer 1] laat nog even wat weten dan ik heb iemand gevonden die ik best wel pijn doe met dingen dus laat eens wat weten nog" en/of "hoi [naam] laat je niet al te laat wat weten want het groepje is er niet zo mee eens dus hoe sneller je het doet hoe beter en dat ik meer kan doen voor je" en/of
- het meermalen, althans eenmaal, persoonlijk contact zoeken met voornoemde [slachtoffer 1] en/of
- het zich voordoen als een ander of anderen en/of middels andere chataccounts en/of e-mailaccounts en/of Twitter en/of MSN Messenger zich voordoen als een ander of anderen waardoor het slachtoffer in de veronderstelling is door meerdere mensen te worden bedreigd en/of onder druk te worden gezet;
art. 246 Wetboek van Strafrecht
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.
De formele voorvragen.
Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding geldig is. De rechtbank is bevoegd van het ten laste gelegde kennis te nemen en de officier van justitie kan in zijn vervolging worden ontvangen. Voorts zijn er geen gronden gebleken voor schorsing van de vervolging.
Bewijs
Inleiding.
De door de rechtbank gebruikte bewijsmiddelen zijn:
- het proces-verbaal van de regiopolitie Brabant Zuid-Oost, Divisie Recherche Team Bestrijding Kinderpornografie en Kindersekstoerisme, met dosssiernummer PL2233 2012083813, met bijlagen, afgesloten op 13 december 2012, aantal doorgenummerde bladzijden: 463, hierna "dossier" genoemd;
- het aanvullend proces-verbaal van verbalisant [verbalisant 2], afgesloten op 19 februari 2013;
- het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 1] met bijlagen, afgesloten op 12 februari 2013;
- de verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 12 april 2013.
FEIT 1:
Het standpunt van de officier van justitie.
De officier van justitie acht bewezen dat verdachte in de ten laste gelegde periode ongeveer 14.310 afbeeldingen van kinderpornografische aard op verschillende gegevensdragers in bezit heeft gehad en daarnaast ook afbeeldingen van kinderpornografische inhoud heeft verspreid, vervaardigd en daartoe toegang verschaft.
Het standpunt van de verdediging.
De raadsman van verdachte heeft aangevoerd dat verdachte op het internet gegevensbestanden heeft gezocht die afbeeldingen van kinderpornografische aard bevatten, dergelijke bestanden op zijn computer heeft geopend en heeft bekeken en die ook gedeeltelijk heeft verspreid. De raadsman voert aan dat verdachte echter niet wist dat de mapjes met gegevensbestanden die hij ter bewaring van internetvrienden heeft gehad, afbeeldingen bevatten van kinderpornografische aard. De bewezenverklaring dient om die reden een kleiner aantal afbeeldingen te omvatten.
Het oordeel van de rechtbank.
Op 24 april 2012 en 21 september 2012 heeft de politie de woning van verdachte in [woonplaats] betreden ter inbeslagneming op grond van artikel 551 van het Wetboek van Strafvordering1. Daarbij zijn op 24 april 2012 een laptop en twee USB sticks inbeslaggenomen 2. Op 21 september 2012 is onder meer een GSM van het merk Nokia inbeslaggenomen 3.
Deze laptop, de twee USB sticks en de Nokia GSM werden door de politie onderzocht en op elk van deze gegevensdragers werd een hoeveelheid afbeeldingen aangetroffen die aangemerkt kunnen worden als kinderporno 4, in essentie de in de tenlastelegging omschreven afbeeldingen 5. Omwille van de leesbaarheid van dit vonnis wordt met het begrip kinderporno aangeduid alle gegevensbestanden die zijn aangetroffen op de hierboven omschreven gegevensdragers waarvan de inhoud valt onder de omschrijving van art. 240b van het Wetboek van Strafrecht.
Verdachte heeft op internet naar kinderporno(bestanden) gezocht en heeft deze bestanden gedownload. Omdat zijn computer traag was en niet genoeg geheugen had heeft hij ook kinderporno(bestanden) op de twee USB-sticks gezet. Verdachte wist ook dat er kinderporno op zijn Nokia GSM stond; die had hij ontvangen van een onbekend persoon 6. Daarnaast heeft hij kinderporno7 verspreid en gedeeld met anderen door afbeeldingen te plaatsen op een zogenaamde skydrive-account8 en heeft hij bestanden met kinderporno verspreid door middel van MSN9. Ook heeft verdachte kinderporno vervaardigd door [slachtoffer 1] te bewegen tot het maken van foto's met een expliciete seksuele strekking van haar naakte onderlichaam en deze digitaal aan hem toe te zenden10.
De rechtbank gaat hierbij, voor wat de pleegperiode betreft, uit van de periode van 1 november 2010 11 tot en met 21 september 2012, de dag dat bij verdachte de laatste gegevensdrager met kinderporno, de Nokia GSM, in beslag is genomen en hij om die reden vanaf die datum niet langer beschikte over een gegevensdrager met daarop de bewezen verklaarde kinderpornografische bestanden.
Anders dan de verdediging, acht de rechtbank ook bewezen dat verdachte de kinderporno die is aangetroffen op door hem verkregen mapjes met bestanden van zogenaamde internetvrienden opzettelijk in bezit heeft gehad. De rechtbank overweegt hiertoe als volgt.
Verdachte heeft verklaard dat hij deze mapjes heeft ontvangen van internetvrienden, terwijl door die personen tegelijkertijd links werden meegestuurd naar sites waarop kinderpornografische bestanden konden worden gevonden en gedownload.12 De rechtbank acht, aangezien verdachte wist dat de hem aangeboden links hem toegang gaven tot afbeeldingen van kinderpornografische aard13, bewezen dat verdachte op zijn minst welbewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat de in bewaring gegeven mappen met bestanden kinderpornografische afbeeldingen bevatten. Verdachte heeft deze bestanden bewaard op zijn computer, naast andere, door hem zelf van het internet gedownloade kinderpornografische gegevensbestanden. Verdachte heeft, minstgenomen in voorwaardelijke zin, opzet gehad op het voorhanden hebben die afbeeldingen van kinderpornografische aard.
Gelet op het vorenstaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte gegevensdragers bevattende de in de tenlastelegging omschreven bestanden met kinderpornografische afbeeldingen opzettelijk in zijn bezit heeft gehad en hij bestanden met kinderpornografische afbeeldingen heeft verspreid, vervaardigd en daartoe toegang heeft verschaft. Daarbij gaat de rechtbank uit van een groot aantal afbeeldingen en niet van het in de tenlastelegging genoemde aantal van ongeveer 14310 afbeeldingen, nu dit niet uit de stukken blijkt.
FEIT 2:
Het standpunt van de officier van justitie.
De officier van justitie acht bewezen dat verdachte in de periode genoemd in de tenlastelegging [slachtoffer 1] gedwongen heeft tot het plegen van ontuchtige handelingen.
Het standpunt van de verdediging.
De raadsman is van mening dat er geen sprake is van het plegen van ontuchtige handelingen, aangezien er geen direct contact is geweest tussen verdachte en [slachtoffer 1] en door [slachtoffer 1] alleen een foto van haar ontblote onderlichaam is verstuurd. Vrijspraak zou hier dan ook moeten volgen.
Het oordeel van de rechtbank
In de periode van 31 mei 2012 tot en met 5 juni 201214 heeft verdachte zich in e-mail contacten met [slachtoffer 1] (geboren op [1997]) voorgedaan als een aantal verschillende personen en haar, onder meer door te dreigen een derde (seksueel) te misbruiken en gemaakte foto's te verspreiden, zodanig onder druk gezet dat hij haar heeft bewogen tot het nemen van foto's van haar ontblote vagina en/of haar ontblote onderlichaam in een seksueel getinte pose. [slachtoffer 1] is door middel van druk zetten en/of dreigingen op de wijze genoemd in de tenlastelegging bewogen tot het doorsturen van deze foto's aan een e-mail adres dat toentertijd toebehoorde aan verdachte15.
De rechtbank verwerpt het ter zake gevoerde verweer van de raadsman. De rechtbank is van oordeel dat het in casu gaat om handelingen van seksuele aard, die in strijd zijn met de algemeen geldende sociaal-ethische normen, die met zich brengen dat minderjarigen niet op deze wijze behoren te worden gedwongen tot seksuele gedragingen. Daartoe moet nadrukkelijk ook worden gerekend het maken van dergelijke foto's en het vragen deze foto's ter beschikking te stellen. Dat het daarbij niet ging om 'enkel' foto's van het ontblote onderlichaam -noch daargelaten de vraag of dit tot een ander oordeel zou leiden- leidt de rechtbank af uit de navolgende (zeer expliciete) e-mail berichten. Verdachte heeft op 3 juni 2012 via e-mail [slachtoffer 1] benaderd met de volgende teksten: "graag je kutje goed en volledig erop en ga staan ofzo" en "of liggen in ieder geval je benen strekken en maak 2 mooie met je volledige kutje er op okee en doe je benen een beetje open niet te ver en zo je weet nu wel hoe maak ze nu ik wacht wel"16.
Gelet op het vorenstaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte [slachtoffer 1] door feitelijkheden heeft gedwongen tot het plegen van de bewezen verklaarde ontuchtige handelingen.
De bewezenverklaring.
Op grond van de feiten en omstandigheden die zijn vervat in de hierboven uitgewerkte bewijsmiddelen in onderling verband en samenhang bezien, komt de rechtbank tot het oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte:
1.
in de periode van 01 november 2010 tot en met 21 september 2012 in Nederland, gegevensdragers te weten een laptop en USB-sticks en een GSM bevattende een (groot) aantal afbeeldingen, in bezit heeft gehad en een aantal afbeeldingen heeft verspreid en heeft vervaardigd en/of zich daartoe de toegang heeft verschaft door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst (MSN Messenger en/of e-mail) terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn waarbij telkens een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen (onder meer) bestonden uit:
- het oraal en/of anaal en/of vaginaal penetreren met de penis en/of de mond/tong van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en/of
- het oraal en/of anaal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en/of
- het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met de penis en/of vinger/hand en/of mond/tong en/of
- het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met de penis en/of mond/tong en/of
- het door een dier likken en/of betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of de borsten van een persoon die de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt en/of
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij deze perso(o)n(en) gekleed is/zijn en/of opgemaakt is/zijn en/of poseert/poseren in een omgeving en/of in (een)(erotisch getinte) houding(en) (op een wijze) die niet bij haar/hun leeftijd past/passen en/of waarbij deze perso(o)n(en) zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/hun kleding ontdoet/ontdoen en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze perso(o)n(en) en/of de uitsnede van de afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling;
2.
in de periode van 31 mei 2012 tot en met 5 juni 2012 te Helmond, (telkens) door feitelijkheden [slachtoffer 1] (geboren op [1997]) (telkens) heeft gedwongen tot het plegen van een ontuchtige handeling, welke ontuchtige handeling (telkens) heeft bestaan uit:
- het door voornoemde [slachtoffer 1] fotograferen van diens ontblote vagina en/of ontblote onderlichaam,
en bestaande die feitelijkheden uit:
- het verzenden van e-mail berichten via het internet met daarin onder andere vermeld: "beslis maar of je stuurt of ze is dood" en/of "Venlo Rielpoort/Heereweg ze is naakt en ze bloed als een rund ze ligt in de sloot daar" en/of "ja als je me even levert wat ik je vraag maak anders 3 of 4 goede foto's of een leuk filmpje van enkele minuutjes en dan zal ik na ontvangst meteen een telefoontje doen dat ze ophouden" en/of "je weet wel dat ik je volg dat ik wel gesprekken kan lezen als ik zin heb" en/of "hallo [slachtoffer 1] laat nog even wat weten dan ik heb iemand gevonden die ik best wel pijn doe met dingen dus laat eens wat weten nog" en/of "hoi [naam] laat je niet al te laat wat weten want het groepje is er niet zo mee eens dus hoe sneller je het doet hoe beter en dat ik meer kan doen voor je" en/of
- het persoonlijk contact zoeken met voornoemde [slachtoffer 1] en/of
- het zich voordoen als een ander of anderen waardoor het slachtoffer in de veronderstelling is door meerdere mensen te worden bedreigd en/of onder druk te worden gezet en/of
- het dreigen de foto's van bovengenoemde ontuchtige handelingen te verspreiden op het internet en/of via een e-mail kenbaar te maken aan de school van voornoemde [slachtoffer 1] en/of op te hangen op openbare plaatsen.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. Verdachte zal hiervan worden vrijgesproken.
De strafbaarheid van het feit.
Het bewezen verklaarde levert op de in de uitspraak vermelde strafbare feiten.
Er zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
De strafbaarheid van verdachte.
Er zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. Verdachte is daarom strafbaar voor hetgeen bewezen is verklaard.
Oplegging van straf en/of maatregel.
De eis van de officier van justitie.
De officier van justitie eist een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden met aftrek waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren en met als bijzondere voorwaarde reclasseringstoezicht, ook als dit een behandeling bij stichting "Dichterbij" mocht inhouden.
Een kopie van de vordering van de officier van justitie is aan dit vonnis gehecht.
Het standpunt van de verdediging.
De raadsman van verdachte heeft betoogd dat kan worden volstaan met een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur die het voorarrest niet overschrijdt, aangevuld met een werkstraf van 240 uren, subsidiair 120 dagen hechtenis. Daarnaast kan de verdediging leven de met door de officier van justitie gevorderde voorwaardelijke gevangenisstraf, inclusief de daarbij behorende voorwaarde.
Het oordeel van de rechtbank.
Algemeen
Bij de beslissing over de straf die aan verdachte dient te worden opgelegd heeft de rechtbank gelet op de aard van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft ook gelet op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte. Verder heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van de door verdachte gepleegde strafbare feiten in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals tot uitdrukking komt in het wettelijke strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten doorgaans worden opgelegd.
Feit 1:
De rechtbank neemt het verdachte kwalijk dat hij als afnemer en verspreider van kinderporno de vraag hiernaar mede in stand heeft gehouden. Verdachte heeft hierdoor indirect bijgedragen aan het seksueel misbruik van (in sommige gevallen zeer jonge) kinderen ten behoeve van de productie van kinderporno. Ook heeft hij zelf kinderpornografische afbeeldingen vervaardigd. Het hoeft geen betoog dat dit soort ernstig misbruik kan leiden tot grote psychische, emotionele en lichamelijke schade bij de desbetreffende kinderen en dat zij hierdoor ernstig kunnen worden geschaad in hun ontwikkeling.
Feit 2:
Verdachte heeft een jong meisje gedwongen om seksueel getinte foto's van zichzelf te maken en deze foto's aan hem toe te zenden. Verdachte heeft aldus voor eigen lustbeleving een jong meisje gedwongen om zich seksueel te gedragen op een wijze die volstrekt niet paste bij haar ontwikkeling en leeftijd. Dit betreft een ernstige inbreuk op de seksuele en emotionele integriteit
Strafmatigende omstandigheden
Verdachte heeft er blijk van gegeven dat hij de ernst van het door hem aan zijn slachtoffer aangedane leed inziet. Voorts is uit een omtrent de geestvermogens van verdachte uitgebracht rapport door psychiater H.L.C. Morre van 31 januari 2013 en een rapport van klinisch psycholoog drs. R.K.F. Lemmens van 1 februari 2013 gebleken, dat bij verdachte sprake is van een verstandelijke beperking in de vorm van (lichte) zwakzinnigheid en een persoonlijkheidsverandering door meningitis, die beide van invloed zijn op de keuzemogelijkheden van verdachte, waardoor de rechtbank met de psychiater van oordeel is dat beide door hem gepleegde strafbare feiten in licht verminderde mate aan hem kunnen worden toegerekend. Verdachte heeft zich bereid getoond om zich ambulant te laten behandelen in verband met de psychische problemen zoals die uit voornoemde rapporten naar voren zijn gekomen. Daarnaast heeft verdachte de hem in het kader van de schorsing van zijn voorlopige hechtenis opgelegde bijzondere voorwaarden blijkens mededeling van de officier van justitie naar behoren nageleefd.
Verdachte ziet in dat zijn gedrag op geen enkele wijze valt goed te praten. Verdachte wil hulp accepteren om te voorkomen dat hij in de toekomst terugvalt in het onder meer downloaden of anderszins voorhanden hebben van kinderpornografisch materiaal.
De rechtbank stelt voorop dat bij bewezenverklaarde feiten als de onderhavige in beginsel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf tot uitgangspunt wordt genomen.
Alles afwegende en in het bijzonder gelet op de persoon van verdachte, waarbij het van belang is dat hij ten spoedigste zal aanvangen met zijn behandeling, acht de rechtbank oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, die gelijk is aan de duur van het voorarrest, aangevuld met een forse werkstraf en een voorwaardelijke gevangenisstraf met verplicht reclasseringscontact passend. Ook acht de rechtbank het geboden dat verdachte gedurende langere tijd zal worden gecontroleerd door de reclassering. Dit laatste onderdeel omvat ook het gebruik van zijn computer en het daadwerkelijk gebruik van internet. Om die reden zal de rechtbank ook een langdurige proeftijd opleggen, aangezien er, gelet op aard en omvang van de thans bewezen verklaarde feiten en hetgeen is vastgesteld omtrent zijn persoon, ernstig rekening mee moet worden gehouden dat verdachte wederom een misdrijf zal begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam.
De rechtbank zal verdachte dan ook naast genoemde onvoorwaardelijke gevangenisstraf veroordelen tot een werkstraf van 240 uur, te vervangen door 120 dagen hechtenis indien verdachte deze werkstraf niet of niet volledig verricht.
Voorts zal de rechtbank een voorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke lengte opleggen met een proeftijd van 5 jaren. Enerzijds wil de rechtbank daarmee de ernst van de feiten benadrukken. Anderzijds wil de rechtbank hiermee voorkomen dat verdachte in de toekomst opnieuw op strafrechtelijk gebied in de fout gaat. Indien verdachte tijdens de proeftijd opnieuw een strafbaar feit begaat kan de voorwaardelijke straf immers ten uitvoer gelegd worden. De rechtbank zal aan verdachte als bijzondere voorwaarde reclasseringstoezicht opleggen. De rechtbank acht de begeleiding van verdachte door reclassering noodzakelijk en zal daarnaast een ambulante behandeling bij stichting "Dichterbij", of een soortgelijke instelling, opleggen, aangezien dit een geschikt instrument is om verdachte op het rechte pad te houden. Daarnaast zal de rechtbank verdachte een contactverbod opleggen voor de duur van de proeftijd.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1].
Het standpunt van de officier van justitie.
De officier van justitie acht de vordering volledig toewijsbaar met toepassing van de schadevergoedingsmaatregel, vermeerderd met de wettelijke rente.
Het standpunt van de verdediging.
De verdediging refereert zich aan het oordeel van de rechtbank.
Beoordeling.
De rechtbank acht de vordering in haar geheel toewijsbaar, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf datum delict tot de dag van de algehele voldoening.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Verder wordt verdachte veroordeeld in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.
Schadevergoedingsmaatregel.
De rechtbank zal voor het toegewezen bedrag tevens de schadevergoedingsmaatregel opleggen, omdat de rechtbank het wenselijk acht dat de Staat schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf datum delict tot de dag van de algehele voldoening.
Aangezien aldus aan verdachte meer verplichtingen tot vergoeding van dezelfde schade worden opgelegd, zal de rechtbank bepalen dat verdachte van de schadevergoedingsplicht ten opzichte van de benadeelde is bevrijd voor zover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot schadevergoeding.
Toepasselijke wetsartikelen.
De beslissing is gegrond op de artikelen:
Wetboek van Strafrecht art. 9, 10, 14a, 14b, 14c, 14d, 22c, 22d, 24c, 27, 36f, 57, 240b, 246.
DE UITSPRAAK
Verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor is omschreven.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op de misdrijven:
T.a.v. feit 1:
een gegevensdrager, bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, in bezit hebben, meermalen gepleegd
en
een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken verspreiden en vervaardigen en daartoe de toegang verschaffen door middel van een
geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst, meermalen gepleegd
T.a.v. feit 2:
feitelijke aanranding van de eerbaarheid
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Legt op de volgende straffen en maatregel.
BESLISSING:
T.a.v. feit 1, feit 2:
Gevangenisstraf voor de duur van 479 dagen met aftrek overeenkomstig artikel 27 Wetboek van Strafrecht waarvan 360 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 5 jaren
Stelt als algemene voorwaarden:
- dat veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit en
- dat veroordeelde ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt en
- dat veroordeelde medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.
Stelt als bijzondere voorwaarden:
- dat veroordeelde zich gedurende voornoemde proeftijd zal gedragen naar de aanwijzingen hem te geven door of namens de Reclassering Nederland, Regio 's-Hertogenbosch, Eekbrouwersweg 6, 5233 VG te 's-Hertogenbosch, zolang deze instelling zulks noodzakelijk acht, ook als dat omvat een controle van de inhoud van de computer en het feitelijk gebruik van internet door veroordeelde;
- dat veroordeelde zich ambulant zal laten behandelen bij de stichting "Dichterbij", of een soortgelijke instelling, zolang deze instelling in samenspraak met reclassering zulks noodzakelijk acht;
- dat veroordeelde gedurende de proeftijd geen contact zal opnemen, zoeken of hebben - in welke vorm dan ook, ook niet via derden - met de in deze strafzaak genoemde en aan verdachte bekende, bij een algeheel contactverbod belang hebbende persoon [slachtoffer 1], een en ander met dien verstande dat onder dit contactverbod niet vallen contacten van of door tussenkomst van de advocaat van verdachte met genoemd persoon.
Verleent aan de Reclassering voornoemd de opdracht als bedoeld in artikel 14d van het Wetboek van Strafrecht.
Opheffing van het tegen verdachte verleende bevel tot voorlopige hechtenis met ingang van heden. Deze voorlopige hechtenis is op 19 februari 2013 reeds geschorst.
T.a.v. feit 1, feit 2:
Werkstraf voor de duur van 240 uren subsidiair 120 dagen hechtenis
T.a.v. feit 2:
Maatregel van schadevergoeding van EUR 1.279,40 subsidiair 22 dagen hechtenis
Legt derhalve aan verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 1] van een bedrag van EUR 1.279,40 (zegge: duizendtweehonderdnegenenzeventig euro en veertig centen), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 22 dagen hechtenis. Het bedrag bestaat uit een bedrag van EUR 1.250,-- immateriële schadevergoeding (post 2) en EUR 29,40 materiële schadevergoeding (post 1). De toepassing van deze vervangende hechtenis heft de hiervoor genoemde betalingsverplichting niet op. Het totale bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van het delict tot aan de dag der algehele voldoening.
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij:
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] , van een bedrag van EUR 1.279,40 (zegge: duizendtweehonderdnegenenzeventig euro en veertig centen), te weten EUR 1.250,-- immateriële schadevergoeding (post 2) en EUR 29,40 materiële schadevergoeding (post 1).
Het totale toegewezen bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van het delict tot aan de dag der algehele voldoening.
Veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil.
Veroordeelt verdachte verder in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.
Verdachte is van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde bevrijd voor zover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van deze schade.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. M. Senden, voorzitter,
mr. E.M.J. Raeijmaekers en mr. drs. W.A.F. Damen, leden,
in tegenwoordigheid van N.J.M. van Rooij, griffier,
en is uitgesproken op 26 april 2013.
1 verslag respectievelijk proces-verbaal van binnentreden in woning [adres], [woonplaats], dossier pag. 210 t/m 212 en 294-295
2 kennisgeving inbeslagneming, bijlage 2 bij het proces-verbaal bevindingen van verbalisant [verbalisant 1] d.d. 12 februari 2013
3 kennisgeving inbeslagneming, dossier pag. 298-299
4 proces-verbaal onderzoek gegevensdragers, m.b.t. laptop en twee USB sticks dossier pag. 234 t/m 258, zoals aangevuld middels het proces-verbaal bevindingen van verbalisant [verbalisant 1] d.d. 12 februari 2013; m.b.t. GSM Nokia pag. 367 t/m 369, zoals aangevuld middels het aanvullend proces-verbaal van verbalisant [verbalisant 2] d.d. 19 februari 2013
5 Collectiescan, bijlage II, dossier pag. 255 t/m 257
6 verklaring van verdachte ter terechtzitting
7 proces-verbaal beeldmateriaal van verbalisant [verbalisant 3], dossier pagina 193-194
8 proces-verbaal van internet specialist [persoon], dossier pag. 174-175 en de in dat proces-verbaal genoemde rapporten van de NCMEC, pag. 178 t/m 185 en 186 t/m 192
9 proces-verbaal bevindingen verspreiden kinderporno, dossier pag. 372-373 met als bijlage de chats (dossier pag. 374 t/m 393), het proces-verbaal nader onderzoek in beslag genomen goed van verbalisant [verbalisant 4], dossier pag. 395 t/m 398 met als bijlage proces-verbaal bevindingen aangetroffen videobestanden (dossier pag. 399 t/m 407) en het aanvullend proces-verbaal van verbalisant [verbalisant 2] d.d. 19 februari 2013
10 verklaring van verdachte ter terechtzitting en het proces-verbaal bevindingen van verbalisant [verbalisant 2], dossier pag. 266 t/m 290
11 proces-verbaal bevindingen verspreiden kinderporno, dossier pag. 373
12 verklaring van verdachte ter terechtzitting
13 verklaring van verdachte ter terechtzitting
14 proces-verbaal bevindingen van verbalisant [verbalisant 2], dossier pag. 266 t/m 290
15 proces-verbaal aangifte [aangever], gedaan namens [slachtoffer 1], dossier pag. 324 t/m 332
proces-verbaal verhoor getuige [slachtoffer 1], dossier pag. 333 t/m 351
verklaring van verdachte ter terechtzitting
16 proces-verbaal bevindingen van verbalisant [verbalisant 2], dossier pag. 269