ECLI:NL:RBOBR:2013:BZ3456
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in zaak van opzetwitwassen en schuldwitwassen wegens gebrek aan bewijs van wetenschap van illegale herkomst van gelden
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Oost-Brabant, stond de verdachte terecht voor opzetwitwassen en schuldwitwassen. De tenlastelegging betrof het verbergen van de illegale herkomst van gelden die gebruikt waren voor de aanschaf van luxe voertuigen en andere uitgaven. De rechtbank oordeelde dat voor een veroordeling niet alleen bewijs van de illegale herkomst van de gelden vereist is, maar ook bewijs van de wetenschap van die illegale herkomst. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om te stellen dat de verdachte op de hoogte was van de criminele herkomst van de gelden. De verdediging voerde aan dat de verdachte niet kon weten dat de gelden uit een misdrijf afkomstig waren, gezien de legale inkomsten van haar echtgenoot en de omstandigheden rondom de transacties. De rechtbank vond dat de verdachte niet redelijkerwijs had moeten vermoeden dat de gelden uit een misdrijf afkomstig waren, en sprak haar vrij, in afwijking van de eis van het Openbaar Ministerie, dat een werkstraf en een voorwaardelijke gevangenisstraf had geëist. De uitspraak werd gedaan op 7 maart 2013, na een uitgebreid onderzoek ter terechtzitting, waarbij meerdere zittingen waren gehouden.