ECLI:NL:RBOBR:2013:6850
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Poging tot doodslag met honkbalknuppel en springveer
In deze zaak heeft de rechtbank Oost-Brabant op 16 december 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die samen met een mededader het slachtoffer meermalen met een honkbalknuppel en een springveer op het hoofd heeft geslagen. Dit geweld leidde ertoe dat het slachtoffer enkele dagen in coma heeft gelegen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld voor het medeplegen van poging tot doodslag tot een gevangenisstraf van 42 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. De zaak kwam aanhangig na een dagvaarding op 12 augustus 2013 en een wijziging van de tenlastelegging op de terechtzitting van 2 december 2013. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaardingen geldig zijn en dat er geen gronden zijn voor schorsing van de vervolging.
De rechtbank heeft de tenlastelegging beoordeeld, waarbij de verdachte onder andere werd beschuldigd van het opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk letsel aan het slachtoffer. De rechtbank heeft echter de verdachte vrijgesproken van de tenlastelegging met betrekking tot een ander incident, waarbij de verdachte werd beschuldigd van openlijk geweld tegen een conducteur op het station in Deurne. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen voor dit feit.
Bij de strafoplegging heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het delict, de gevolgen voor het slachtoffer en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte en zijn mededader een groot en levensbedreigend gevaar voor het slachtoffer hebben gecreëerd, wat heeft geleid tot ernstige verwondingen en langdurige gevolgen voor het slachtoffer. De rechtbank heeft ook de maatschappelijke impact van het geweld in overweging genomen en heeft besloten tot een gevangenisstraf van 42 maanden, met een voorwaardelijk deel, om de verdachte te weerhouden van het plegen van nieuwe strafbare feiten. Daarnaast is er een schadevergoeding toegewezen aan het slachtoffer.