Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- het tussenvonnis van 3 april 2013
- het proces-verbaal van comparitie van 10 september 2013.
2.De feiten
“Het navolgende attachment wordt u zonder begeleidend schrijven toegezonden door mr. M.T.C.A. Smets.”
“Hartelijk dank voor uw e-mail. Het bericht zal ter afhandeling worden doorgestuurd naar de behandelende afdeling/persoon.”
3.Het geschil en de beoordeling daarvan.
Het bericht zal ter afhandeling worden doorgestuurd naar de behandelende afdeling/persoon.”Aangezien de brief als pdf-bestand aan Gemeente Eindhoven is gezonden, zou dit bestand om een beslissing te kunnen nemen over de verdere afhandeling geopend en gelezen moeten zijn. Lezing van het vonnis levert een daad van bekendheid op (HR 2 mei 1958, NJ 1958, 320).
“donderdag 7 februari 2013 17:06”.Derhalve is het antwoord in dezelfde minuut gegeven als waarin het bericht is toegezonden. Dit sluit een inhoudelijke kennisneming van het bericht redelijkerwijs uit, zodat aangenomen moet worden dat de ontvangstbevestiging inderdaad automatisch gegenereerd is. Onder die omstandigheden kan de ontvangstbevestiging niet aangemerkt worden als een daad van bekendheid in de zin van artikel 143 Rv. Dit brengt met zich, dat de stelling van [eiser] dat het verzet niet tijdig is gedaan verworpen dient te worden.
4.De beslissing
16 oktober 2013voor opgave door beide partijen van verhinderdata in de maanden december 2013 tot en met februari 2014
,