ECLI:NL:RBOBR:2013:2989

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
22 juli 2013
Publicatiedatum
19 juli 2013
Zaaknummer
01-855031-13
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Jeugddetentie voor straatroven van kwetsbare slachtoffers

In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 22 juli 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij meerdere straatroven. De verdachte, geboren in 1996 en zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland, werd beschuldigd van het beroven van oudere en kwetsbare slachtoffers bij pinautomaten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met anderen op verschillende data in oktober en november 2012 in verschillende plaatsen in Nederland, waaronder Someren, Boxmeer, Bladel, Oirschot en Echt, met geweld geld heeft weggenomen van deze slachtoffers. De tenlastelegging omvatte onder andere het duwen, slaan en vastpakken van de slachtoffers, waarbij geweld werd gebruikt om de diefstal voor te bereiden en te vergemakkelijken.

De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan vijf feiten van diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld. De rechtbank oordeelde dat de verdachte en zijn mededaders op brutale wijze te werk gingen en dat zij hun slachtoffers selecteerden op basis van hun kwetsbaarheid. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de impact van de daden van de verdachte op de slachtoffers en de samenleving, en heeft vastgesteld dat de verdachte eerder in Duitsland voor soortgelijke feiten was veroordeeld.

De officier van justitie had een jeugddetentie van 24 maanden geëist, en de rechtbank heeft deze eis overgenomen. De rechtbank heeft geoordeeld dat de ernst van de feiten en het aantal gepleegde misdrijven een forse straf rechtvaardigen. De verdachte heeft geen blijk gegeven van oprecht berouw en de rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen feiten of omstandigheden zijn die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een jeugddetentie van 24 maanden met aftrek van het voorarrest.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OOST-BRABANT

Parketnummer: 01/855031-13 [verdachte]
Strafrecht
Parketnummer: 01/855031-13
Datum uitspraak: 22 juli 2013
Verkort vonnis van de rechtbank Oost-Brabant, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats]op [1996],
zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland,
thans gedetineerd te: [detentieplaats].
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het achter gesloten deuren gehouden onderzoek ter terechtzitting van 8 juli 2013.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen van de zijde van verdachte naar voren is gebracht.

De tenlastelegging.

De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 28 mei 2013.
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
[aangifte PL2203 2012156374 - incident 9 + 10]
hij op of omstreeks 22 oktober 2012 te Someren
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een
hoeveelheid geld (te weten 1000,- euro), in elk geval enig goed, geheel of ten
dele toebehorende aan [slachtoffer 1] (geboren[geboortedatum 1]), in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld
en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2]
, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of
gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of
aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van
het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit
- onverhoeds duwen van die [slachtoffer 1] terwijl die [slachtoffer 1] bij een
pinautomaat geld aan het pinnen was en/of
- slaan en/of stompen in/op het gezicht, althans op/tegen het hoofd, van die
[slachtoffer 2];
[aangifte PL21Z4 2012111227 - incident 11]
hij op of omstreeks 23 oktober 2012 te Boxmeer
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
een hoeveelheid geld (te weten 1.200,- euro), in elk geval enig goed, geheel
of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3] (geboren [geboortedatum 2]), in elk geval
aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld
en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 3], gepleegd met het oogmerk om die
diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping
op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht
mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit het
- onverhoeds benaderen van die [slachtoffer 3] terwijl die [slachtoffer 3] bij een pinautomaat
geld aan het pinnen was en/of
  • van achteren vastpakken van die [slachtoffer 3] en/of
  • bedekken van de mond van die [slachtoffer 3];
[aangifte PL2216 2012158714 - incident 14]
hij op of omstreeks 26 oktober 2012 te Bladel tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid geld (te weten 800,- euro), in
elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4]
(geboren op [geboortedatum 3]), in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of
vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 4]
en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6], gepleegd met het oogmerk om
die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij
betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de
vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit:
- het vastpakken van en/of trekken aan en/of duwen tegen de kleding en/of het
lichaam van die [slachtoffer 4] en/of
- het slaan en/of duwen en/of schoppen tegen het hoofd en/of lichaam van die
[slachtoffer 5] en/of het ten val brengen van die [slachtoffer 5] en/of
- het schoppen tegen de rug, althans het lichaam, van die [slachtoffer 6];
[aangifte PL2201 2012164181 - incident 17]
hij op of omstreeks 06 november 2012 te Oirschot tezamen en in vereniging met
een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid geld (te weten 800,- euro), in
elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 7]
(geboren op [geboortedatum 4]), in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of
vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die
[slachtoffer 7], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of
gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of
aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van
het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld
bestond(en) uit het duwen tegen het lichaam van die [slachtoffer 7] en/of het slaan
op/tegen, althans hardhandig vastpakken van, de schouder van die [slachtoffer 7];
[aangifte PL233C 2012108180 - incident 19]
hij op of omstreeks 7 november 2012 te Echt, gemeente Echt-Susteren,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een
hoeveelheid geld (te weten 1.250,- euro), in elk geval enig goed, geheel of
ten dele toebehorende aan [slachtoffer 8] (geboren [geboortedatum 5]), in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld
en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 8], gepleegd met het oogmerk om
die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij
betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de
vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit
het (onverhoeds) duwen tegen het lichaam van die [slachtoffer 8];
Tevens zijn vermeld de ad informandum feiten:
1. 855031-13 12
oktober 2012, , Renkum, Gem. Renkum,
Poging tot diefstal in vereniging
aangifte PLO74J 2012114137 - incident 3
2. 855031-13 16
oktober 2012, , Tegelen, Gem. Venlo,
Diefstal in vereniging
aangifte PL 2322 201200731 - incident 5
3. 855031-13 20
oktober 2012, , Tilburg, Gem. Tilburg,
Diefstal in vereniging
aangifte PL2O4N 2012224899 - incident 6
4. 855031-13 03
november 2012, , Gemert, Gem. Gemert-Bakel,
Poging tot diefstal in vereniging
aangifte PL2212 2012164548 - incident 15
5. 855031-13 05
november 2012, , Uden, Gem. Uden,
Diefstal in vereniging
aangifte PL21Z1 2012116154 - incident 16
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.

De formele voorvragen.

Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding geldig is. De rechtbank is bevoegd van het ten laste gelegde kennis te nemen en de officier van justitie kan in zijn vervolging worden ontvangen. Voorts zijn er geen gronden gebleken voor schorsing van de vervolging.

De bewezenverklaring.

De rechtbank acht, op grond van de feiten en omstandigheden die zijn vervat in de bewijsmiddelen, wettig en overtuigend bewezen, dat verdachte
op 22 oktober 2012 te Someren tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid geld (te weten 1000,-- euro), toebehorende aan [slachtoffer 1] (geboren [geboortedatum 1]), welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld tegen [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en aan zijn mededaders hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van
het gestolene te verzekeren, welk geweld bestond uit
  • onverhoeds duwen van die [slachtoffer 1] terwijl die [slachtoffer 1] bij een pinautomaat geld aan het pinnen was en
  • slaan in het gezicht van die [slachtoffer 2].
op 23 oktober 2012 te Boxmeer tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid geld (te weten 1.200,-- euro), toebehorende aan[slachtoffer 3] (geboren [geboortedatum 2]), welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen die [slachtoffer 3], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld bestond uit het
  • onverhoeds benaderen van die [slachtoffer 3] terwijl die [slachtoffer 3] bij een pinautomaat geld aan het pinnen was en
  • vastpakken van die [slachtoffer 3];
3.
op 26 oktober 2012 te Bladel tezamen en in vereniging met een
ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid geld (te weten 800,- euro), toebehorende aan [slachtoffer 4] (geboren op [geboortedatum 3]), welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen die [slachtoffer 4] en gevolgd van geweld tegen [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij
betrapping op heterdaad aan zichzelf en aan zijn mededader hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld bestond uit:
- het vastpakken van en trekken aan de kleding en/of het
lichaam van [slachtoffer 4] en
- het slaan en duwen en schoppen tegen het lichaam van die
[slachtoffer 5] en het ten val brengen van die [slachtoffer 5] en
- het schoppen tegen de rug van die [slachtoffer 6].
hij op 06 november 2012 te Oirschot tezamen en in vereniging met
een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid geld (te weten 800,- euro), toebehorende aan[slachtoffer 7]
(geboren op [geboortedatum 4]), welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen die [slachtoffer 7], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en
gemakkelijk te maken, welk geweld bestond uit het duwen tegen het lichaam van die [slachtoffer 7] en het slaan tegen de schouder van die [slachtoffer 7].
op 7 november 2012 te Echt, gemeente Echt-Susteren, tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid geld (te weten 1.250,- euro), toebehorende aan [slachtoffer 8] (geboren [geboortedatum 5]), welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen die [slachtoffer 8], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld bestond uit het (onverhoeds) duwen tegen het lichaam van die [slachtoffer 8].
De bewijsmiddelen worden slechts gebezigd met betrekking tot het feit waarop zij in het bijzonder betrekking hebben.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. Verdachte zal hiervan worden vrijgesproken.

Nadere bewijsoverweging.

De raadsman van verdachte heeft aangevoerd dat verdachte geen geweld wilde gebruiken bij het afhandig maken van het geld tijdens het pinnen en dat hij zich er niet van bewust was dat hij met het duwen en vastpakken geweld gebruikte. Er werd volgens verdachte uitsluitend geweld gebruikt als zij daar in hun ogen toe genoodzaakt waren om de vlucht mogelijk te maken.
De rechtbank is van oordeel dat de bewezen verklaarde diefstallen ook zijn voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen de personen die op dat moment wilden pinnen. Het duwen tegen dan wel trekken aan een persoon kan volgens vaste jurisprudentie worden aangemerkt als licht geweld, zeker als het wordt aangewend tegen een ouder en fysiek zwakker persoon.

De strafbaarheid van het feit.

Het bewezen verklaarde levert op de in de uitspraak vermelde strafbare feiten.
Er zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

De strafbaarheid van verdachte.

Er zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. Verdachte is daarom strafbaar voor hetgeen bewezen is verklaard.

Oplegging van straf en/of maatregel.

De eis van de officier van justitie.

- T.a.v. de feiten 1 tot en met 5 en de ad informandum gevoegde feiten, vermeld op de dagvaarding:
- een jeugddetentie van 24 maanden met aftrek van het voorarrest.
Een kopie van de vordering van de officier van justitie is aan dit vonnis gehecht.

Het oordeel van de rechtbank.

Bij de beslissing over de straffen die aan verdachte dienen te worden opgelegd heeft de rechtbank gelet op:
. de aard van het bewezen verklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan,
. de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte.
Bij de strafoplegging zal de rechtbank in het bijzonder rekening houden met de volgende uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren gekomen omstandigheden in het nadeel van verdachte.
De rechtbank heeft vijf straatroven bewezen verklaard. Daarnaast zijn nog vijf straatroven dan wel pogingen daartoe ad informandum gevoegd, welke feiten verdachte heeft erkend ter terechtzitting.
Verdachte en zijn mededaders kwamen naar Nederland speciaal om straatroven te plegen. Daarbij gingen zij op een zeer brutale wijze en in georganiseerd verband te werk.
Verdachte en zijn mededader(s) selecteerden hun slachtoffers op hun hoge leeftijd c.q. kwetsbaarheid, waarbij zij er niet voor terugschrokken om tegen deze kwetsbare slachtoffers geweld te gebruiken. Op het moment dat omstanders het slachtoffer te hulp schoten, schuwden verdachte en/of zijn mededader(s) ook het gebruik van geweld tegen deze omstanders niet.
Verdachte en zijn mededaders hebben met hun daden niet alleen materiële schade veroorzaakt. Dergelijke feiten roepen ook sterke gevoelens van angst en onveiligheid op bij de slachtoffers in het bijzonder en bij de samenleving meer in het algemeen. Slachtoffers van een beroving kunnen daarvan nog lange tijd de nadelige gevolgen ondervinden in hun dagelijks functioneren.
Door de strafbare feiten werden grote geldbedragen verkregen. Verdachte handelde puur uit eigen financieel gewin. Met het door hem verdiende geld heeft hij, ten koste van de slachtoffers, een luxe leven geleid, waarbij het geld vooral op ging aan hotels, drank, drugs, gokken en luxe artikelen. Het is de rechtbank bekend dat verdachte in Duitsland voor soortgelijke feiten is veroordeeld. Blijkbaar voorzag verdachte gedurende langere tijd in zijn levensonderhoud door het overvallen van kwetsbare en oudere mensen.
Ter terechtzitting is niet gebleken dat verdachte oprecht berouw heeft over zijn daden.
Verdachte heeft ter terechtzitting wel aangegeven spijt te hebben, maar deze spijt lijkt meer te zijn ingegeven door de gevolgen van zijn handelen voor hemzelf dan voor de gevolgen voor anderen.
De rechtbank heeft in strafverhogende zin rekening gehouden met de ad informandum gevoegde feiten, vermeld op de dagvaarding.
Verdachte heeft ter terechtzitting toegegeven dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan deze feiten. Voor deze feiten is of zal verdachte niet afzonderlijk worden vervolgd.
De jeugdreclassering heeft op 10 juni 2013 een adviesrapportage omtrent verdachte uitgebracht. De Raad voor de Kinderbescherming heeft op 1 juli 2013 gerapporteerd. De jeugdreclassering schat het recidiverisico in als hoog. Beide instanties zien geen mogelijkheden om verdachte te begeleiden. Hij zal na zijn detentie Nederland verlaten om zich bij zijn familie te voegen. Het is onduidelijk waar zijn familie verblijft. Bovendien wil verdachte geen hulp ontvangen en is hij van mening dat hij geen problemen heeft.
Ter terechtzitting zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die in het voordeel van verdachte kunnen worden meegewogen bij de strafoplegging.
De ernst van voornoemde gepleegde feiten en het grote aantal rechtvaardigen, naar het oordeel van de rechtbank, het opleggen van een forse jeugddetentie. De rechtbank is van oordeel dat in verband met een juiste normhandhaving niet kan worden volstaan met het opleggen van een andersoortige of geringere straf dan een onvoorwaardelijke jeugddetentie, welke vrijheidsbeneming meebrengt voor de duur van 24 maanden.
De rechtbank is van oordeel dat aan verdachte een zwaardere straf dient te worden opgelegd dan in de zaak van de minderjarige medeverdachte. Verdachte wordt voor meer feiten veroordeeld dan deze medeverdachte en daarnaast was verdachte ook betrokken bij een aantal ernstiger feiten waarbij geweld is gebruikt, waaronder het slaan en schoppen van te hulp schietende omstanders. Bovendien is verdachte reeds eerder - in Duitsland - voor soortgelijke feiten veroordeeld.

Toepasselijke wetsartikelen.

De beslissing is gegrond op de artikelen:
Wetboek van Strafrecht art. 27, 77a, 77g, 77h, 77i, 77gg, 310, 312

DE UITSPRAAK

Verklaart het onder 1 tot en met 5 ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor is omschreven.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op de misdrijven:

T.a.v. feit 1:

Diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld tegen personen,
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te
maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en aan zijn mededaders
hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te
verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde
personen.

T.a.v. feit 2:

Diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen personen, gepleegd met
het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl
het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.

T.a.v. feit 3:

Diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld tegen personen,
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te
maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf of andere deelnemers
aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van
het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer
verenigde personen.

T.a.v. feit 4:

Diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen personen,
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te
maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of
meer verenigde personen.

T.a.v. feit 5:

Diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen personen,
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te
maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of
meer verenigde personen.
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Legt op de volgende straf.

T.a.v. feit 1, feit 2, feit 3, feit 4, feit 5:

Jeugddetentie voor de duur van 24 maanden met aftrek overeenkomstig artikel 27
Wetboek van Strafrecht.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. A.M. Kooijmans-de Kort, voorzitter, tevens kinderrechter,
mr. M. Lammers en mr. M.M.J. Nuijten, leden,
in tegenwoordigheid van L. Scholl, griffier,
en is uitgesproken op 22 juli 2013.
Mr. Nuijten is buiten staat dit vonnis te ondertekenen.