ECLI:NL:RBOBR:2013:2718

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
13 juni 2013
Publicatiedatum
4 juli 2013
Zaaknummer
01-059094-03
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorwaardelijke beëindiging van verpleging van overheidswege in een terbeschikkingstellingzaak

In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 13 juni 2013 uitspraak gedaan over de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege van een ter beschikking gestelde. De betrokkene, een 36-jarige man, was sinds 2004 ter beschikking gesteld en had in 2012 een verlenging van de terbeschikkingstelling gekregen. De rechtbank heeft in eerdere zittingen de noodzaak van een voorwaardelijke beëindiging overwogen en het onderzoek geschorst in afwachting van rapporten van de reclassering. Tijdens de zitting op 13 juni 2013 zijn de officier van justitie, deskundigen en de ter beschikking gestelde zelf gehoord. De reclassering heeft in haar rapport van 13 mei 2013 aangegeven dat de betrokkene gemotiveerd heeft deelgenomen aan zijn behandeling en dat het recidiverisico als laag gemiddeld wordt ingeschat. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene klaar is om terug te keren in de maatschappij, mits hij zich houdt aan bepaalde voorwaarden. Deze voorwaarden omvatten onder andere een meldingsgebod, behandelverplichtingen, en een verbod op drugsgebruik. De rechtbank heeft geoordeeld dat de risico's voldoende zijn afgedekt door de voorgestelde voorwaarden en heeft de verpleging van overheidswege voorwaardelijk beëindigd. De beslissing is genomen op basis van de artikelen 38, 38a, 38d, 38g en 38h van het Wetboek van Strafrecht.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK OOST-BRABANT

Parketnummer:[01/059094-03]
Strafrecht
Parketnummer: 01/059094-03
Uitspraakdatum: 13 juni 2013

Beslissing voorwaardelijk einde verpleging van overheidswege

Beslissing in de zaak van:
[terbeschikkinggestelde],
geboren te[geboorteplaats] op [1976],
verblijvende in [kliniek].

Het onderzoek van de zaak.

Bij vonnis van de rechtbank van 2 september 2004 is betrokkene ter beschikking gesteld. Deze terbeschikkingstelling is voor het laatst, bij beslissing van deze rechtbank van 4 oktober 2012, met één jaar verlengd. De rechtbank heeft toen voorts een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging overwogen. De rechtbank achtte het voor de vorming van haar eindoordeel noodzakelijk zich nader te doen voorlichten over de wijze waarop en de voorwaarden waaronder dit zou kunnen geschieden. De rechtbank heeft toen, overeenkomstig artikel 509t, vierde lid van het Wetboek van Strafvordering de beslissing omtrent de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging voor ten hoogste drie maanden aangehouden. Op 28 december 2012, 24 januari 2013 en op 19 maart 2013 heeft de rechtbank telkens het onderzoek ter terechtzitting geschorst in afwachting van het maatregelrapport van de reclassering.
Ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 13 juni 2013 is de vraag of de verpleging van overheidswege al dan niet voorwaardelijk dient te worden beëindigd aan de orde geweest.
Hierbij zijn de officier van justitie, de deskundigen en de ter beschikking gestelde en zijn raadsman gehoord.
In het dossier bevinden zich onder andere:
  • voornoemde uitspraak tot verlenging van de terbeschikkingstelling d.d. 4 oktober 2012;
  • een rapport van Reclassering Nederland d.d. 13 mei 2013.

De beoordeling.

In voornoemd advies van Reclassering Nederland is onder meer het navolgende gesteld:

Betrokkene is een 36-jarige man die, na zes jaar gevangenisstraf en een TBS maatregel die ruim vijf jaar geleden is ingegaan, nu klaar is om middels voorwaardelijke beëindiging weer terug te keren in de maatschappij. (…)
Tijdens de behandeling van betrokkene heeft hij gemotiveerd en oprecht deelgenomen aan de behandeling. Vooral een uitgebreid delictscenario heeft veel verheldering gebracht in de motieven van betrokkene voor de delicten. De familie van betrokkene is altijd actief betrokken gebleven bij hem en zijn behandeling. De ouders zijn inmiddels al jaren gescheiden en beiden hebben een stabiele partner gevonden nadien. De verhoudingen in het gezin zijn geheel veranderd, er wordt gesproken over zaken die er in het verleden gespeeld hebben en men durft kritisch te zijn op elkaar zonder het respect naar elkaar te verliezen. (…)
Het recidiverisico wordt ingeschat als laag gemiddeld. Het risico op herhaling van delictgedrag op de langere termijn is iets wat zich moeilijk laat voorspellen gezien het karakter van de delicten indertijd waarbij betrokkene in staat is gebleken een dubbelleven te leiden en zijn sociale omgeving hierbij volledig in het ongewisse te laten. De huidige behandelaar geeft aan dat het nodig zal zijn om hem gedurende langere tijd te blijven volgen. Voorafgaand aan de delicten is er een lange tijd opbouw van spanningen geweest waarbij hij een sterke seksuele preoccupatie had wat een aanjagend effect had op betrokkene.
[kliniek] geeft in de risicotaxatie van het meest recente verlengingsadvies aan dat de historische en stabiele risicofactoren maken dat de risicotaxatie aanzienlijk ongunstiger uitvalt dan wanneer de nadruk in de taxatie meer op de dynamische factoren wordt gelegd. Zij signaleert dat betrokkene sinds zijn opname actief en gemotiveerd is geweest om zijn behandelingen en modules te doorlopen en af te ronden, al wordt omschreven dat hij zich daarbij soms wat eigenzinnig opstelt. Hij laat zich goed aansturen en stelt zich begeleidbaar op bij alle facetten van de behandeling.
De risicotaxatie van de zesjaarsrapporteur spreekt van een laag risico op toekomstig seksueel gewelddadig gedrag zonder maatregel op de korte en middellange termijn, op de lange termijn spreekt hij van een matig risico. Onder voorwaardelijke beëindiging van de maatregel is het risico naar taxatie van deze rapporteur ook op lange termijn laag.
In ogen van reclassering is het een goede ontwikkeling dat zijn gehele familie volledig op de
hoogte is van zijn delictgedrag en de aanloop daar naar toe. Zij zullen een belangrijke
signalerende rol kunnen vervullen en betrokkene aanspreken op zijn gedrag is de verwachting.
Daarnaast zal een intensief contact bij een poliklinisch therapeut/GZ psycholoog en de
reclassering hierin bijdragen. Hiermee is het risico op herhaling van delictgedrag vanuit
reclasseringsoogpunt voldoende afgedekt. (…)
Ingeschat wordt dat er een laag / gemiddeld risico op onttrekken aan voorwaarden is. (…)
De reclassering adviseert om betrokkene in aanmerking te laten komen voor een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging onder de volgende voorwaarden (…):
• Meldingsgebod.
De veroordeelde dient zich binnen twee werkdagen na het ingaan van de voorwaardelijke beëindiging te melden bij zijn toezichthouder van Reclassering Nederland via het telefoonnummer [telefoonnummer]. Hierna moet veroordeelde zich blijven melden zo frequent en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht.
• Behandelverplichting.
De veroordeelde wordt verplicht om zich te laten behandelen voor zijn persoonlijkheidsproblematiek en zijn seksuele problematiek bij [instelling] of soortgelijke
ambulante forensische zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij de veroordeelde zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven.
• Drugs- of alcoholverbod.
De veroordeelde wordt verboden om drugs te gebruiken, zo lang de reclassering dit noodzakelijk acht. De controle op de naleving van deze bijzondere voorwaarde zal ondersteund worden door middel van urineonderzoek.
• Andere voorwaarden het gedrag van de veroordeelde betreffende.
De veroordeelde wordt verplicht om de volgende bijkomende bijzondere voorwaarde(n) na te leven en zich te houden aan de opdrachten van de reclasseringsorganisatie die in het kader van het toezicht op de naleving van deze voorwaarden noodzakelijk zijn:
- Betrokkene mag niet verhuizen zonder voorafgaande uitdrukkelijke toestemming van zijn

toezichthouder van de reclassering;

  • betrokkene geeft inzage in zijn financiën als de reclassering daarom verzoekt;
  • betrokkene geeft toestemming aan de reclassering om overleg te voeren met zijn sociale

omgeving;

- betrokkene geeft toestemming aan de reclassering om overleg te voeren met zijn eventuele

toekomstige partner;

  • betrokkene geeft toestemming aan de reclassering om overleg te voeren met zijn behandelaar;
  • Wanneer er sprake blijkt van risicoverhogend gedrag en/of hyperseksualiteit dient

betrokkene mee te werken aan een tijdelijke terugplaatsing in het kader van FPT (Forensisch Psychiatrisch Toezicht) in [kliniek] voor een kortdurende periode van maximaal zeven weken. Tijdens deze opname zal een passend aanvullend plan opgezet worden door behandelaars en reclassering waarbij libidoremmende medicatie een onderdeel kan zijn van dit plan. Betrokkene dient zich dan vervolgens te houden aan de afspraken die daarbij gesteld worden;

- betrokkene werkt mee aan de controle op het correct gebruik van medicatie indien dit als

zodanig opgesteld wordt door middel van bloedcontrole;

- betrokkene zal de nog op te stellen drie-partijen-overeenkomst tussen [instelling], de reclassering en betrokkene zelf ondertekenen. (…)

De ter beschikking gestelde verklaart, zakelijk weergegeven:

U zegt mij dat ik zelf ook signalen kan herkennen en bespreekbaar kan maken. Ja, dat kan ik zeker.
U zegt mij dat de reclassering een aantal voorwaarden heeft geformuleerd die naar mening van de reclassering aan de voorwaardelijke beëindiging zouden dienen te worden verbonden. U houdt mij deze voorwaarden zoals die in het reclasseringsrapport van 13 mei 2013 staan voor.
Deze voorwaarden zijn met mij besproken. Ik ben zeker bereid om al die voorwaarden na te leven.
De
deskundige mevrouw[deskundige 1], optredend namens Reclassering Nederland, heeft het navolgende, zakelijk weergegeven, verklaard:
Sinds vanochtend is de kogel door de kerk: betrokkene zal bij[instelling] worden behandeld.
De heer [deskundige 2] gaat de warme overdracht begeleiden.
Als het goed is zal er wekelijks een gesprek gaan plaatsvinden, waarin de seksuele problematiek aan de orde zal komen. Ik denk dat de gesprekken in de lijn van de gesprekken die nu binnen de [kliniek] plaatsvinden zullen worden voortgezet.
U vraagt mij naar de libidoremmende medicatie. Het gebruik van libidoremmende medicatie komt pas aan de orde op het moment dat sprake is van risicoverhogend gedrag. Indien hiervan sprake is dan volgt een terugplaatsing in de kliniek en zal betrokkene op libidoremmende medicatie worden ingesteld. Dit vindt in de kliniek plaats, omdat dat de meest veilige omgeving is. Indien er geen reden voor terugplaatsing in de kliniek is, is het gebruik van libidoremmende medicatie niet aan de orde.
De geadviseerde voorwaarde van het meewerken aan de controle op het correct gebruik van medicatie, ziet alleen op het geval dat betrokkene op libidoremmende medicatie is ingesteld.
De
deskundige de heer [deskundige 2], optredend namens [kliniek], heeft het navolgende, zakelijk weergegeven, verklaard:
Ik zal de warme overdracht gaan begeleiden.
Er zal ook overleg komen, waarin zaken als een time out en dergelijke worden besproken.
Hij zal bij [instelling] door een therapeut worden begeleid. Ik neem aan dat dat een psycholoog is.

De officier van justitie voert het woord, zakelijk weergegeven:

Er is een positieve ontwikkeling in de behandeling geweest. Het ministerie heeft echter een belemmering bij het te volgen traject opgeworpen, in die zin dat het de aanvragen tot verlof heeft afgewezen. Dit hield verband met de weigering van betrokkene om libidoremmende medicatie te gebruiken. De kliniek is van oordeel dat het gebruik van deze medicatie ook niet nodig is.
Indien betrokkene nog langer in de kliniek moet verblijven, dan zal dat contraproductief werken.
Uit het maatregelrapport, maar ook uit de deskundigenrapportages, blijkt dat het recidiverisico op lange termijn laag is. Wel wordt gesteld dat een langdurige ambulante begeleiding nodig is.
De reclassering heeft een aantal voorwaarden geformuleerd en ook de [kliniek] onderschrijft deze voorwaarden. Betrokkene is bereid deze voorwaarden na te komen. Indien deze voorwaarden, inclusief de voorwaarde van het gebruik van libidoremmende medicatie in geval van risicoverhogend gedrag, aan de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging worden verbonden, zijn de risico’s voldoende afgedekt.
Ik verzoek u de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege, onder de voorwaarden zoals deze in het maatregelrapport zijn geformuleerd, te gelasten.
De
raadman van de ter beschikking gesteldeheeft onder meer aangevoerd, zakelijk weergegeven:
Het opmaken van het maatregelrapport heeft behoorlijk lange tijd in beslag genomen. Dit hield verband met de afwijzingen van de klinieken.
De heer[betrokkene] zal samen met de heer [deskundige 2] de warme overdracht aan [instelling] gaan begeleiden. Een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging is verantwoord. De familie van mijn cliënt speelt een belangrijke rol. De familie zal een nieuwe signalerende functie krijgen. De betrokkenheid van de familie is groot.
Mijn cliënt gaat met alle voorwaarden akkoord.
Het recidivegevaar is tot een aanvaardbaar niveau gereduceerd. Ik verzoek u de verpleging van overheidswege voorwaardelijk te beëindigen.
Gelet op al het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat de verpleging van overheidswege voorwaardelijk dient te worden beëindigd.
De ter beschikking gestelde heeft zich bereid verklaard tot naleving van na te melden voorwaarden.
Gezien de artikelen: 38, 38a, 38d, 38g en 38h van het Wetboek van Strafrecht.

DE BESLISSING.

Beëindigt de verpleging van overheidswege voorwaardelijk voor de duur van het gegeven bevel tot terbeschikkingstelling.
Stelt daarbij als voorwaarden:
• Dat ter beschikking gestelde zich binnen twee werkdagen na het ingaan van de voorwaardelijke beëindiging zal melden bij zijn toezichthouder van Reclassering Nederland via het telefoonnummer [telefoonnummer]. Hierna moet ter beschikking gestelde zich blijven melden zo frequent en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
• dat ter beschikking gestelde een behandeling voor zijn persoonlijkheidsproblematiek en zijn seksuele problematiek zal ondergaan bij[instelling] of soortgelijke ambulante forensische, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij ter beschikking gestelde zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven;
• dat ter beschikking gestelde geen drugs zal gebruiken en ten behoeve van de controle hierop zal meewerken aan urineonderzoek, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
• dat ter beschikking gestelde de volgende bijkomende bijzondere voorwaarden na zal leven en zich zal houden aan de opdrachten van de reclasseringsorganisatie die in het kader van het toezicht op de naleving van deze voorwaarden noodzakelijk zijn:
  • dat ter beschikking gestelde niet zal verhuizen zonder voorafgaande uitdrukkelijke toestemming van zijn toezichthouder van de reclassering;
  • dat ter beschikking gestelde inzage in zijn financiën geeft als de reclassering daarom verzoekt;
  • dat ter beschikking gestelde toestemming aan de reclassering geeft om overleg te voeren met zijn sociale omgeving;
  • dat ter beschikking gestelde toestemming aan de reclassering geeft om overleg te voeren met zijn eventuele toekomstige partner;
  • dat ter beschikking gestelde toestemming aan de reclassering geeft om overleg te voeren met zijn behandelaar;
  • dat ter beschikking gestelde, indien er sprake blijkt van risicoverhogend gedrag en/of hyperseksualiteit, mee zal werken aan een tijdelijke terugplaatsing in het kader van Forensisch Psychiatrisch Toezicht in[kliniek] voor een kortdurende periode van maximaal zeven weken. Tijdens deze opname zal een passend aanvullend plan opgezet worden door behandelaars en reclassering waarbij libidoremmende medicatie een onderdeel kan zijn van dit plan. Ter beschikking gestelde dient zich vervolgens te houden aan de afspraken die daarbij gesteld worden;
  • dat ter beschikking gestelde mee zal werken aan de controle door middel van bloedcontrole op het correct gebruik van medicatie indien dit als zodanig in voorgenoemd aanvullend plan opgesteld wordt en
  • dat ter beschikking gestelde de nog op te stellen drie-partijen-overeenkomst tussen [instelling], de reclassering en ter beschikking gestelde zelf zal ondertekenen.
Deze beslissing is gegeven door
mr. J.G. Vos, voorzitter,
mr. C.A. Mandemakers en mr. A.B. Baumgarten, leden,
in tegenwoordigheid van mr. F. van Hulst, griffier,
en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 13 juni 2013.
Mr. A.B. Baumgarten is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.