ECLI:NL:RBOBR:2013:2686

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
21 juni 2013
Publicatiedatum
2 juli 2013
Zaaknummer
01-845171-05
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling van een zwakbegaafde man met schizofrenie na poging tot moord en andere geweldsdelicten

In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 21 juni 2013 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een man die lijdt aan schizofrenie van het paranoïde type en zwakbegaafdheid. De terbeschikkingstelling was oorspronkelijk opgelegd na een arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch op 9 mei 2006, en was voor het laatst verlengd op 29 mei 2012. De officier van justitie heeft op 25 april 2013 een vordering ingediend tot verlenging van de terbeschikkingstelling met één jaar, wat aanleiding gaf tot deze rechtszaak.

Tijdens de openbare terechtzitting zijn verschillende deskundigen gehoord, waaronder psychiater E.A.M. Schouten en forensisch psycholoog P.E. Geurkink, die beiden de noodzaak van verlenging van de terbeschikkingstelling onderschreven. De rechtbank heeft vastgesteld dat de terbeschikkinggestelde een geschiedenis van gewelddadig gedrag vertoont, waaronder poging tot moord en zware mishandeling, en dat zijn psychische toestand en beperkte draagkracht een risico voor de veiligheid van anderen vormen. De deskundigen hebben aangegeven dat zonder adequate begeleiding en medicatie de kans op destabilisatie en recidive groot is.

De rechtbank heeft de adviezen van de deskundigen en de verklaringen van de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman in overweging genomen. De rechtbank concludeert dat de veiligheid van anderen de verlenging van de terbeschikkingstelling eist, en heeft besloten de termijn van terbeschikkingstelling met één jaar te verlengen. Deze beslissing is genomen in het belang van de veiligheid van de samenleving en de terbeschikkinggestelde zelf, die nog steeds intensieve begeleiding en behandeling nodig heeft.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK OOST-BRABANT

Parketnummer: [01/845171-05]
Strafrecht

Parketnummer: 01/845171-05

Uitspraakdatum: 21 juni 2013

Beslissing verlenging terbeschikkingstelling

Beslissing in de zaak van:
[terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] op [1973],
verblijvende in de [kliniek].

Het onderzoek van de zaak.

Bij arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 9 mei 2006 is betrokkene ter beschikking gesteld. Deze terbeschikkingstelling is voor het laatst, bij beslissing van deze rechtbank van 29 mei 2012 met één jaar verlengd. De vordering van de officier van justitie bij deze rechtbank van 25 april 2013 strekt tot verlenging van de termijn van terbeschik-kingstelling voor de duur van één jaar.
Deze vordering is behandeld ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 21 juni 2013. Hierbij zijn de officier van justitie, de getuige-deskundige E.J.O. Deprez, de ter- beschikkinggestelde en zijn raadsman mr. J.A. Schadd gehoord.
In het dossier bevinden zich onder andere:
- het advies van [kliniek 2] d.d. 15 maart 2013, ondertekend door drs. M.A. Polak (hoofd inrichting) en drs. E. Deprez (psychiater, hoofd risicomanagement &
behandeling);
- een rapport van psychiater E.A.M. Schouten d.d. 13 maart 2013, omtrent de persoon van
de terbeschikkinggestelde;
- een rapport van forensisch psycholoog drs. P.E. Geurkink d.d. 26 april 2013, omtrent de
persoon van de terbeschikkinggestelde;
  • de omtrent de terbeschikkinggestelde gehouden wettelijke aantekeningen;
  • het persoonsdossier van de terbeschikkinggestelde.

De beoordeling.

De terbeschikkingstelling is toegepast ter zake van poging tot moord, bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, meermalen gepleegd, poging tot zware mishandeling en bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, terwijl de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen het opleggen van die maatregel eiste. De hiervoor genoemde misdrijven betreffen misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.
In voornoemd advies van
[kliniek 2]is onder meer het navolgende gesteld:
‘[terbeschikkinggestelde] is een zwakbegaafd functionerende man die sinds 1999 psychotische decompensaties vertoond heeft en agressieve impulsdoorbraken, veelal vanuit achterdochtige belevingen. Hij is opgenomen geweest in het psychiatrisch ziekenhuis [psychiatrisch ziekenhuis] wegens een psychose na druggebruik en eerder veroordeeld voor een gelijksoortig delict als het indexdelict vanuit een psychose met paranoïde wanen. Diagnostisch is sprake van schizofrenie van het paranoïde type en zwakbegaafdheid. In het verleden heeft hij cannabis, cocaïne en XTC misbruikt.
Onduidelijkheid en onverwachte zaken leiden tot onzekerheid en spanning, die vaak tot uiting komen in somatische klachten. Zijn spanningsregulatie, zijn impulscontrole bij oplopende druk, zijn sociale vaardigheden en copingvaardigheden in het algemeen zijn beperkt. Zijn draagkracht wordt dan ook snel overschreden, waarbij een toename van stress kan leiden tot een ontregeling met agressieve reacties, al dan niet in het kader van een paranoïde psychose. [terbeschikkinggestelde] kan alzo de eisen, die het dagelijks leven hem stellen, onvoldoende aan.
Bij de totstandkoming van het indexdelict hebben het psychiatrisch toestandsbeeld waarin hij verkeerde en zijn door een verstandelijke beperking ontoereikende draagkracht in combinatie met verschillende situationele factoren een belangrijke rol gespeeld. [terbeschikkinggestelde] beschouwde zijn buurman als de oorzaak van zijn vele problemen, richtte een wekenlang opgebouwde agressie op hem en kwam tot het delict als een geplande actie.
Het risicomanagement bestaat uit het bieden van begeleiding, structuur en controle, wakend over een goede balans tussen draagkracht en draaglast en het adequaat omgaan met spanningen. Complicerend is zijn beperkt ziektebesef en - inzicht. De verwachting is dat dit risicomanagement dan ook nog langdurig noodzakelijk zal zijn.
Zonder voldoende begeleiding, structuur en toezicht met medicamenteuze ondersteuning, kan [terbeschikkinggestelde] niet aangepast functioneren in de maatschappij. In geval van een onmiddellijke beëindiging van de TBS wordt de kans op destabilisatie als groot ingeschat. [terbeschikkinggestelde] zal dan immers geen gebruik meer maken van de aangeboden begeleiding en ondersteunende medicatie. Hij herkent het niet wanneer teveel van hem gevergd wordt en spanningen toenemen. In elk geval heeft [terbeschikkinggestelde] het moeilijk om hulp in te roepen wanneer nodig, zodat hij overvraagd wordt. Een al dan niet psychotisch geagiteerde decompensatie volgt met inadequate achterdocht en wraakgevoelens jegens zijn omgeving met een hoog risico op recidive van een agressief incident.
Binnen een gestructureerde setting stelt [terbeschikkinggestelde] zich goed begeleidbaar op en kan het risico met goede zorg en voldoende structuur gematigd worden tot een aanvaardbaar niveau. Het beleid is dan ook gericht op een voortzetting van de 24-uurs zorg en begeleiding, eerst binnen de reguliere geestelijke gezondheidszorg, vervolgens binnen het zorgcircuit voor patiënten met een verstandelijke beperking.
[terbeschikkinggestelde] staat op de wachtlijst van het [kliniek 3]. Alzo zal hij in de toekomst binnen het circuit voor verstandelijk gehandicapten de intensieve zorg krijgen die hij nodig heeft op gebied van zelfzorg, zorg voor woonomgeving, werk en vrije tijd, en is toezicht op maat verzekerd. [terbeschikkinggestelde] en zijn familie vinden het zeer belangrijk dat hij uiteindelijk in zijn regio van herkomst zijn plek kan vinden. Een plaatsing is echter nog niet in zicht omdat het aantal plaatsen er schaars zijn en de doorstroming beperkt is. Intussen zal [terbeschikkinggestelde] voor een volgende stap in zijn resocialisatie binnenkort overgeplaatst worden naar[kliniek] binnen het kader van transmuraal verlof met onbegeleide vrijheden. Deze FPA ligt dichterbij de regio van herkomst en verleent in een iets minder beveiligde setting de zorg en begeleiding die noodzakelijk zijn. [terbeschikkinggestelde] zal er binnen zijn mogelijkheden wat meer zelfstandigheid kunnen ontwikkelen ter voorbereiding van een plaatsing naar de ASVZ voorziening. De overplaatsing zal hem en zijn netwerk een aanmoedigend toekomstperspectief bieden.
Advies verlenging TBS maatregel.
Op grond van bet bovenstaande luidt ons advies om de maatregel van terbeschikkingstelling te verlengen voor de duur van één jaar.’
In voornoemd advies van
psychiater E.A.M. Schoutenis bij de beantwoording van de vragen onder meer het navolgende gesteld:
‘Betrokkene is een 39-jarige man met schizofrenie van het paranoïde type, afhankelijkheid van verschillende middelen, in remissie bij onder toezicht staan en zwakbegaafdheid.
Rapporteur komt tot dezelfde diagnostische conclusie als de kliniek.
Op grond van de HKT-30 wordt het recidiverisico, zonder het kader van de TBS-maatregel en zonder enige vorm van begeleiding op gewelddadig gedrag als matig op de korte termijn en als hoog op middellange en lange termijn ingeschat. Het recidiverisico op gewelddadig gedrag wordt met de huidige mate van begeleiding, structuur als laag tot matig ingeschat. Betrokkene is vanwege zijn psychopathologie grotendeels afhankelijk van medicatie en de zorg en structuur die hem geboden wordt.
De risicoprognose van de kliniek is uitgevoerd met de gebruikelijke risicotaxatie instrumenten. Rapporteur beoordeelt de risicoprognose als adequaat.
In april 2012 werd in het verlengingsadvies reeds gesproken over overplaatsing naar een vervolgvoorziening. Het doel van de kliniek is om betrokkene te plaatsen in een ‘[kliniek 2]. Omdat de wachtlijst lang is en plaatsing nog enige tijd op zich kan laten wachten heeft de kliniek als tussenoplossing een overplaatsing naar een algemeen psychiatrisch ziekenhuis. De overplaatsing kan voor betrokkene stressvolle situaties opleveren. De onduidelijkheid over de duur van de wachtlijst hij het ASVZ-ZW kan eveneens als stressvol beschouwd worden. Gezien de beperkte draagkracht en beperkte copingvaardigheden vraagt deze situatie naar mening van rapporteur om extra aandacht in de begeleiding van betrokkene.
Naar mening van rapporteur is de ingezette behandeling/begeleiding en het risicomanagement van de kliniek adequaat.
Rapporteur adviseert de maatregel terbeschikkingstelling te verlengen met een jaar.
Rapporteur adviseert om de verpleging te continueren.’
In voornoemd advies van
forensisch psycholoog P.E. Geurkinkis onder meer het navolgende gesteld :
‘Betrokkene is lijdende aan een ziekelijke stoornis der geestvermogens in de zin van schizofrenie, paranoïde type en afhankelijkheid van verschillende middelen in langdurige remissie onder toezicht. Daarnaast is er nu sprake van zwakbegaafdheid.
Ondergetekende heeft de HCR-20 gescoord, om in meer algemene zin zicht te krijgen op een recidive. Er is dan sprake van een matige tot hoge kans op een recidive op de (middel)lange termijn, wanneer de huidige TBS-maatregel per direct wordt gestopt en betrokkene alleen in de maatschappij moet functioneren, waarbij hij niet of onvoldoende meewerkt aan behandeling. Onder de huidige omstandigheden is de kans op een recidive laag te noemen.
Wat betreft de risicohanteringsitems, factoren die een risico vormen voor de kans op een recidive in de toekomst, scoort betrokkene matig. Onder de huidige omstandigheden scoort betrokken daar laag. Er is buiten, zonder de huidige behandelmaatregel, een grote kans op destabiliserende factoren en dan met name teleurstellingen, waardoor hij ontregeld kan raken, er is een geringe kans dat zijn plannen zullen slagen en een hoog niveau van ervaren stress. Deze factoren zijn echter met een goed risicomanagement in de hand te houden.
Zoals gesteld is betrokkene een in psychiatrische zin kwetsbare man met een beperkte psychische draagkracht, die zonder (medicamenteuze) behandeling, structuur en ondersteuning snel overspoeld raakt door zijn angsten en onzekerheden en dan psychisch decompenseert met paranoïde vertekeningen van de realiteit en waanvorming. Als dan niet regulerend en ondersteunend wordt ingegrepen door zijn omgeving, neemt de kans op een psychotische episode toe met psychotische angsten, achterdocht en een steeds verder onder druk staande impulscontrole en agressieregulatie, waardoor ook de kans op een agressieve impulsdoorbraak toeneemt, zoals in de aanloop naar en ten tijde van het indexdelict.
In de behandeling en met name de verdere resocialisatie, moeten voorzichtig vervolg-stappen worden genomen richting uiteindelijke plaatsing in een vorm van beschermd wonen en daarbij moet er voorlopig en dan met name het komende jaar, als betrokkene mogelijk naar een andere woonvoorziening gaat - namelijk een FPA met meer vrijheid en kansen op ontregeling - de mogelijkheid blijven om snel en dwingend in te grijpen. Als betrokkene dit komende jaar goed doorkomt, komt bij gelijkblijvende omstandigheden een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging in zicht. Verlenging van de huidige maatregel met één jaar lijkt nu naar de mening van ondergetekende gezien het voorgaande gedragskundig reëel. Als laatste wil ondergetekende aandringen op spoedige vervolgstappen in de behandeling en resocialisatie van betrokkene, om te voorkomen dat hij gedemotiveerd raakt. Betrokkene zit klinisch gezien al enige tijd aan zijn behandelplafond, zoals de kliniek zelf ook stelt.
Ondergetekende adviseert de maatregel te verlengen met één jaar.
Ondergetekende adviseert de verpleging te continueren.’

De terbeschikkinggestelde heeft verklaard, kort en zakelijk weergegeven:

Het bevalt mij heel goed op de[kliniek]. Het is een tussenstation. Het is de bedoeling dat ik naar de [kliniek 3]ga. Daar is op dit moment echter nog geen plek.
Ik zit nu drie maanden in [kliniek]. Ik doe daar ander werk dan in[kliniek 2]. Ik zat daar op de afdeling metaal en nu zit ik in de montage. Dat is veel lichter werk. Dat is maar beter ook gelet op de medicatie die ik inneem. Ik volg in het kader van psycho-educatie meerdere groepsgesprekken. Ik zit op dit moment op de juiste plek en wacht rustig de overplaatsing naar [gemeente kliniek 3] af. Ik ben gemotiveerd. Uiteraard heb ik wel eens een baaldag, maar over het algemeen gaat het goed. Ik kan mij vinden in het verlengingsadvies. Ik wil graag dat u vandaag uitspraak doet.
De
getuige-deskundige E.J.O. Deprez, optredend namens De Kijvelanden, heeft bij de behandeling ter terechtzitting gepersisteerd bij voornoemd advies. Hij heeft voorts het navolgende verklaard, verkort en zakelijk weergegeven:
Ik ben sinds oktober 2012 de psychiater van betrokkene. Betrokkene is op 4 april 2013 overgeplaatst naar de [kliniek] Alles verloopt naar verwachting. Hij spant zich enorm in. De overplaatsing vergt veel van hem. Het is belangrijk om het huidige juridische kader te continueren. Betrokkene behoeft nog veel aandacht en zorg. Dat moet niet onderschat worden. Het nodige vertrouwen moet over en weer nog groeien. Betrokkene doet enorm zijn best.
De
officier van justitieheeft gepersisteerd bij haar vordering tot verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling met één jaar.
De
raadsmanvan de terbeschikkinggestelde heeft aangevoerd, verkort en zakelijk weergegeven:
Ik refereer mij aan uw oordeel. Mijn cliënt kan zich vinden in een verlenging voor de duur van een jaar. De vervolgplaatsing richting het GGZ heeft wel erg lang geduurd. Mijn cliënt is gemotiveerd en dat moet zo blijven. Volgens de rapporteurs komt een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging in zicht. Ik verzoek u om onmiddellijk uitspraak te doen.
De
rechtbankverenigt zich met het advies van voornoemde inrichting, met de daarop ter terechtzitting gegeven toelichting door de getuige-deskundige en de conclusies en adviezen van voornoemde gedragsdeskunduigen.
Gelet op het vorenstaande, gezien artikel 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de terbeschikkingstelling eist.

DE BESLISSING

De rechtbank:
verlengt de termijn gedurende welke [terbeschikkinggestelde] ter beschikking is gesteld met één jaar.
Deze beslissing is gegeven door
mr. S.J.O. de Vries, voorzitter,
mr. E.C.M. de Klerk en mr. N.I.B.M. Buljevic, leden,
in tegenwoordigheid van D.A. Koopmans, griffier,
en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 21 juni 2013.