Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Beoordeling van het bewijs
De door verdachte ter zitting van 30 januari 2025 afgelegde verklaring, voor zover inhoudend:
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 28 september 2023 (inclusief bijlage), opgenomen op pagina 24 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer PL0100-2023259823 d.d. 3 oktober 2023, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 2] :
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 29 september 2023 (inclusief fotobijlage), opgenomen op pagina 40 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relatering van verbalisant [verbalisant] , zakelijk weergegeven:
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van verdachte
Strafmotivering
Benadeelde partij
Toepassing van wetsartikelen
Uitspraak
een gevangenisstraf voor de duur van 7 maanden.
een gedeelte, groot 3 maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de veroordeelde voor het einde van of gedurende de proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op
3 jaren, de hierna te noemen voorwaarden niet heeft nageleefd.
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen.
Benadeelde partij
[slachtoffer]te betalen:
- het bedrag van 850,00 (zegge: achthonderdvijftig euro);
- de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 4 december 2022 tot de dag van algehele voldoening;
- de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
[slachtoffer]aan de Staat te betalen een bedrag van 850,00 (zegge: achthonderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 december 2022 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
17 dagenkan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.