ECLI:NL:RBNNE:2025:442

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
10 februari 2025
Publicatiedatum
10 februari 2025
Zaaknummer
18-252156-22
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bankhelpdeskfraude en oplichting met persoonsgegevens

Op 10 februari 2025 heeft de Rechtbank Noord-Nederland in Assen uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan bankhelpdeskfraude en oplichting. De verdachte werd beschuldigd van meerdere feiten, waaronder het oplichten van slachtoffers door zich voor te doen als medewerker van een bank en hen te instrueren hun bankpas en pincode af te geven. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op of omstreeks 19 april 2022, in Assen en mogelijk elders in Nederland, meerdere slachtoffers heeft benaderd met het doel hen te bedriegen. Hij heeft gebruik gemaakt van valse hoedanigheden en listige kunstgrepen om hen te bewegen tot het afgeven van geldbedragen en persoonlijke gegevens. De verdachte heeft ook identificerende persoonsgegevens van anderen misbruikt om goederen te bestellen en schulden aan te gaan.

De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 200 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden, met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast zijn twee computers verbeurd verklaard. De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met de ernst van de feiten, de impact op de slachtoffers, en het feit dat de verdachte niet eerder voor soortgelijke feiten was veroordeeld. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte strafbaar is en dat er geen omstandigheden zijn die de strafbaarheid uitsluiten. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij de verdachte niet aanwezig was, maar wel vertegenwoordigd door zijn advocaat. De officier van justitie had een hogere straf geëist, maar de rechtbank heeft besloten tot een lichtere straf, mede vanwege de overschrijding van de redelijke termijn in deze zaak.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Afdeling strafrecht
Locatie Assen
parketnummer 18.252156.22
Verkort vonnis van de meervoudige kamer, Noordelijke Fraudekamer, voor de behandeling van strafzaken d.d. 10 februari 2025 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 2001 te [geboorteplaats] , wonende te [adres] .
Dit verkort vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 27 januari 2025.
Verdachte is niet verschenen; wel is verschenen mr. R.P. Snorn, advocaat te Heerenveen, die verklaard heeft uitdrukkelijk tot de verdediging te zijn gemachtigd.
Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. J.G.F. van Boven.
Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1
hij op of omstreeks 19 april 2022 te Assen en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer ander (en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal,
met het oogmerk om zich en/of een ander, wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige
kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een of meerdere perso(o)n(en)/aangever(s), te weten [slachtoffer 1] , heeft bewogen tot
- het ter beschikking stellen van haar pincode voor haar [bank] betaalpas,
door valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid zakelijk weergegeven
- ( ( al dan niet met een gespoofed telefoonnummer) contact op te (laten) nemen met
die [slachtoffer 1] , daarbij gebruikmakend van verdachtes en/of medeverdachtes valse hoedanigheid van medewerker (van de fraudedesk) van de [bank] bank en/of
de valse naam [naam] en in deze gesprekken die [slachtoffer 1] voor te houden dat geld was afgeschreven en/of gepoogd werd af te schrijven van haar rekening en dat zij hem moest helpen dit probleem te verhelpen en/of
- die [slachtoffer 1] te instrueren bankpas(sen) en/of (pin)codes hiervoor ter veiligstelling te
geven aan de (zogenaamde) fraudehelpdeskmedewerker(s) waardoor die persoon/personen werd(en) bewogen tot voornoemde afgifte(n);
2
hij, op een of meer tijdstippen, in of omstreeks de periode van 18 april 2022 tot en met 19 april 2022 te Assen en/of elders in Nederland, (telkens) tezamen en in
vereniging met (een) ander(en), althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een of meer
persoon/personen te bewegen tot het afgeven van enig geldbedrag en/of het ter beschikking stellen van (inlog)gegevens (voor DigiD en/of Mijn Duo) en/of pincode(s) voor betaalpassen,
opzettelijk listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid
- ( ( al dan niet met een gespoofed telefoonnummer) contact heeft opgenomen met 67 danwel 83 personen, althans één of meer personen, daarbij gebruikmakend van verdachtes en/of medeverdachtes valse hoedanigheid van medewerker (van de fraudedesk) van de een bank en/of een valse naam en in deze
gesprekken die personen voor te houden dat geld was afgeschreven en/of gepoogd werd af te schrijven van hun rekening en dat zij hem moesten helpen dit probleem te verhelpen
- die personen heeft geïnstrueerd bankpas(sen) en/of (pin)codes hiervoor ter veiligstelling te geven aan de (zogenaamde) fraudehelpdeskmedewerker(s)
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
3
hij (op verschillende tijdstippen) in of omstreeks de periode van 6 maart 2022 tot en met 9 maart 2022 te Assen en/of elders in Nederland, opzettelijk en wederrechtelijk identificerende persoonsgegevens, te weten de naam, adres- en andere persoonsgegevens heimelijk/zonder toestemming van [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] heeft gebruikt met het oogmerk om de identiteit van die personen te misbruiken, uit welk gebruik enig nadeel kon ontstaan en welk gebruik erin bestond dat hij, verdachte, deze namen en/of adressen en/of persoonsgegevens
heeft gebruikt om goederen te bestellen bij [bedrijf 1] en/of [bedrijf 2] en/of [bedrijf 3] en/of deze gegevens te gebruiken bij het aangaan van een schuld bij [bedrijf 4]
4
hij, op een of meer tijdstippen, op of omstreeks 7 januari 2022 te Assen en/of [adres] en/of elders in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met (een)
ander(en), althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het
aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een of meer persoon/personen, te weten [slachtoffer 4] , te bewegen tot het afgeven van zijn bankpas en/of het ter beschikking stellen van zijn pincode(s) voor betaalpassen, opzettelijk listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid
  • ( al dan niet met een gespoofed telefoonnummer) contact heeft opgenomen met die [slachtoffer 4] , daarbij gebruikmakend van verdachtes en/of medeverdachtes valse hoedanigheid van medewerker (van de fraudedesk) van de een bank en/of een valse naam en in deze gesprekken die [slachtoffer 4] voor te houden dat geld was afgeschreven en/of gepoogd werd af te schrijven van hun rekening en/of dat er een probleem was met zijn bankrekening en dat hij hem moest helpen dit probleem te verhelpen
  • die [slachtoffer 4] heeft geïnstrueerd bankpas(sen) en/of (pin)codes hiervoor ter veiligstelling te geven aan de (zogenaamde) fraudehelpdeskmedewerker(s) terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
5
hij in of omstreeks de periode van 10 oktober 2021 tot en met 19 april 2022 te Assen en/of elders in Nederland, stoffen, voorwerpen en/of gegevens, te weten (onder meer)
7 leadslijsten (bevattende grote hoeveelheden persoonsgegevens van derden), waaronder [bestand] en [bestand] , aangetroffen
op (onder meer) de HP laptop van verdachte
  • het programma Anydesk, aangetroffen op de HP laptop van verdachte
  • meerdere belscripts voor bankhelpdeskfraude en/of scripts voor vriend-in-nood fraude en/of instructie voor het installeren van phishingpanels, aangetroffen op de HP laptop en/of in de (ontvangen en verstuurde) Telegram en/of Whatsapp chats op de Iphone XR van verdachte
  • 11, althans meerdere simkaarten, aangetroffen in de woning van verdachte
  • een phishingpanel, aangetroffen op de HP laptop van verdachte
  • meerdere leadslijsten, door verdachte aangeboden in meerdere handelsgroepen op Telegram
  • meerdere leadslijsten, waaronder [bestand] , door verdachte via whatsapp of Telegram verstuurd aan derden, waaronder aan [bestand] , aangetroffen op de Iphone XR van verdachte
  • 6 leadslijsten, waaronder [bestand] , aangetroffen tussen de Telegramdocumenten op de Samsung SM-A310F telefoon van verdachte
  • het bestand [bestand] , bevattende meerdere phishingpanels gericht op onder meer verschillende banken, [bedrijf 5] , [bedrijf 6] , [bedrijf 7] , [bedrijf 8] , [bedrijf 9] en [bedrijf 10] , aangetroffen in Telegramchats met SSS op de Iphone XR van verdachte
  • 12 combolijsten, aangetroffen in Telegramberichten met [bestand] heeft vervaardigd, ontvangen, zich heeft verschaft, verkocht, overgedragen, verworven, vervoerd, ingevoerd, verspreid, anderszins ter beschikking gesteld en/of voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte wist dat die bestemd waren tot het plegen van een misdrijf omschreven in een van de artikelen 310, 311, 312, 317, 321 en 326 van het Wetboek van Strafrecht,
voor zover deze feiten betrekking hebben op de verkrijging van een niet-contant betaalinstrument.
Beoordeling van het bewijs
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor feit 1, 2, 3, 4 en 5.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat verdachte moet worden vrijgesproken van feit 4. Hij heeft daartoe aangevoerd dat het dossier aanwijzingen bevat waaruit zou kunnen blijken dat verdachte betrokken is geweest bij dit feit. Zo is de telefoon van verdachte ten tijde van het ten laste gelegde in [adres] geweest. Toch zijn de aanwijzingen die er zijn onvoldoende om tot het wettig en overtuigend bewijs van dit feit te komen.
Feit 1, 2, 3 en 5 kunnen worden bewezenverklaard.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank grondt haar beslissing dat verdachte het bewezen geachte heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat. Indien tegen dit verkort vonnis hoger beroep wordt ingesteld, worden de door de rechtbank gebruikte bewijsmiddelen die redengevend zijn voor de bewezenverklaring opgenomen in een aanvulling op het verkort vonnis. Deze aanvulling wordt dan aan het verkort vonnis gehecht.
Met betrekking tot de hiervoor weergegeven standpunten ten aanzien van feit 4 overweegt de rechtbank het volgende.
Uit de verklaring van aangever blijkt dat hij op 7 januari 2022 gebeld is door iemand die zich voordeed als medewerker van de bank. Deze zogenaamde medewerker vertelde aangever dat iemand geld van zijn rekening probeerde te stelen. De medewerker nam de computer van aangever over en zei dat iemand de pinpas van aangever binnen 10-15 minuten op zou halen om alles echt goed af te kunnen ronden. Omdat
aangever het op het laatste moment niet vertrouwde, heeft hij de politie gebeld. De politie heeft vervolgens in de buurt van de woning van aangever verdachte [medeverdachte] aangehouden.
[medeverdachte] heeft verklaard dat hij die bewuste dag door twee mannen in een grijze Volkswagen is opgehaald en dat hij van hen een pakketje moest ophalen in [adres] . Hij is door hen benaderd via de snapchataccounts [account] en [account] . Het laatstgenoemde snapchataccount kan aan verdachte worden toegeschreven, gelet op de resultaten van het onderzoek aan zijn telefoons. Uit de locatiegeschiedenis van de telefoon van verdachte blijkt verder dat deze telefoon zich op 7 januari 2022 om 18:07 uur nabij de [adres] in [adres] bevond, terwijl [medeverdachte] daar om 18:27 is aangehouden. Tot slot doet [medeverdachte] opgave van het signalement van beide mannen; één van de signalementen past bij het uiterlijk van verdachte. Gelet op het voorgaande staat naar het oordeel van de rechtbank vast dat verdachte één van de mannen in de auto was en als medepleger betrokken is geweest bij de poging tot oplichting van aangever.
Bewezenverklaring
De rechtbank acht feit 1, 2, 3, 4 en 5 wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1
hij op 19 april 2022 te Assen met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels [slachtoffer
1] , heeft bewogen tot
  • het ter beschikking stellen van haar pincode voor haar [bank] betaalpas, door in strijd met de waarheid zakelijk weergegeven
  • ( al dan niet met een gespoofed telefoonnummer) contact op te nemen met die [slachtoffer 1] , daarbij gebruikmakend van verdachtes valse hoedanigheid van medewerker van de fraudedesk van de [bank] bank en de valse naam [naam] en in deze gesprekken die [slachtoffer 1] voor te houden dat geld gepoogd werd af te schrijven van haar rekening en dat zij hem moest helpen dit probleem te verhelpen en
  • die [slachtoffer 1] te instrueren haar pincode hiervoor ter veiligstelling te geven aan de zogenaamde fraudehelpdeskmedewerker, waardoor die persoon werd bewogen tot voornoemde afgifte;
2
hij, op meer tijdstippen, in de periode van 18 april 2022 tot en met 19 april 2022 te Assen en/of elders in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen telkens door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, personen te bewegen tot het afgeven van enig geldbedrag en/of het ter beschikking stellen van (inlog)gegevens en/of pincode(s) voor betaalpassen,
opzettelijk listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid
- ( ( al dan niet met een gespoofed telefoonnummer) contact heeft opgenomen met 67 personen, daarbij gebruikmakend van verdachtes valse hoedanigheid van medewerker (van de fraudedesk) van de bank en/of een valse naam en in deze gesprekken die personen voor te houden dat geld was afgeschreven en/of gepoogd werd af te schrijven van hun rekening en dat zij hem moesten helpen dit probleem te verhelpen
- die personen heeft geïnstrueerd bankpas(sen) en/of (pin)codes hiervoor ter veiligstelling te geven aan de (zogenaamde) fraudehelpdeskmedewerker(s),
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
3
hij op verschillende tijdstippen in of omstreeks de periode van 6 maart 2022 tot en met 9 maart 2022 te Assen en/of elders in Nederland, opzettelijk en wederrechtelijk identificerende persoonsgegevens, te weten de naam, adres- en andere persoonsgegevens heimelijk/zonder toestemming van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] heeft gebruikt met het oogmerk om de identiteit van die personen te misbruiken, uit welk gebruik enig nadeel kon ontstaan en welk gebruik erin bestond dat hij, verdachte, deze namen en adressen en persoonsgegevens heeft gebruikt om goederen te bestellen bij [bedrijf 1] en [bedrijf 2] en [bedrijf 3] en deze gegevens te gebruiken bij het aangaan van een schuld bij [bedrijf 4] ;
4
hij op 7 januari 2022 te Assen en/of [adres] en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het
aannemen van een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels [slachtoffer 4] te bewegen tot het afgeven van zijn bankpas en het ter beschikking stellen van zijn pincode voor betaalpassen, opzettelijk listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid
  • ( al dan niet met een gespoofed telefoonnummer) contact heeft opgenomen met die [slachtoffer 4] , daarbij gebruikmakend van verdachtes en/of medeverdachtes valse hoedanigheid van medewerker van de bank en die [slachtoffer 4] voor te houden dat geld gepoogd werd af te schrijven van zijn rekening en dat hij hem moest helpen dit probleem te verhelpen en
  • die [slachtoffer 4] heeft geïnstrueerd een bankpas en pincode hiervoor ter veiligstelling te geven aan de (zogenaamde) fraudehelpdeskmedewerker, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
5
hij in de periode van 10 oktober 2021 tot en met 19 april 2022 te Assen en/of elders in Nederland, voorwerpen en/of gegevens, te weten
7 leadslijsten (bevattende grote hoeveelheden persoonsgegevens van derden), waaronder [bestand] en [bestand] , aangetroffen
op (onder meer) de HP laptop van verdachte
  • het programma Anydesk, aangetroffen op de HP laptop van verdachte
  • meerdere belscripts voor bankhelpdeskfraude en/of scripts voor vriend-in-nood fraude en/of instructie voor het installeren van phishingpanels, aangetroffen op de HP laptop en/of in de (ontvangen en verstuurde) Telegram en/of Whatsapp chats op de Iphone XR van verdachte
  • meerdere simkaarten, aangetroffen in de woning van verdachte
  • een phishingpanel, aangetroffen op de HP laptop van verdachte
  • meerdere leadslijsten, door verdachte aangeboden in meerdere handelsgroepen op Telegram
  • meerdere leadslijsten, waaronder [bestand] , door verdachte via whatsapp of Telegram verstuurd aan derden, waaronder aan [bestand] , aangetroffen op de Iphone XR van verdachte
  • 6 leadslijsten, waaronder [bestand] , aangetroffen tussen de Telegramdocumenten op de Samsung SM-A310F telefoon van verdachte
  • het bestand [bestand] , bevattende meerdere phishingpanels gericht op onder meer verschillende banken, [bedrijf 5] , [bedrijf 6] , [bedrijf 7] , [bedrijf 8] , [bedrijf 9] en [bedrijf 10] , aangetroffen in Telegramchats met SSS op de Iphone XR van verdachte
  • 12 combolijsten, aangetroffen in Telegramberichten met [bestand]
heeft ontvangen, zich heeft verschaft, overgedragen, verworven, verspreid en voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte wist dat die bestemd waren tot het plegen van een misdrijf omschreven in een van de artikelen 310, 311, 312, 317, 321 en 326 van het Wetboek van Strafrecht, voor zover deze feiten betrekking hebben op de verkrijging van een niet-contant betaalinstrument.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het bewezen verklaarde levert op:

1.oplichting

2.poging tot oplichting, meermalen gepleegd

3.
opzettelijk en wederrechtelijk identificerende persoonsgegevens, niet zijnde biometrische persoonsgegevens, van een ander gebruiken met het oogmerk om de identiteit van een ander te misbruiken, waardoor uit dat gebruik enig nadeel kan ontstaan, meermalen gepleegd

4.medeplegen van poging tot oplichting

5.
gegevens ontvangen, zich verschaffen, overdragen, verwerven, verspreiden, anderszins ter beschikking stellen en voorhanden hebben, waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van een misdrijf omschreven in artikel 310, 311, 312, 317, 321 en 326, voor zover het feit betrekking heeft op de verkrijging van een niet-contant betaalinstrument.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.
Strafbaarheid van verdachte
De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.
Strafmotivering
Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van feit 1, 2, 3, 4 en 5 wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden met aftrek. De officier van justitie heeft er bij het
bepalen van de hoogte van de straf rekening mee gehouden dat uit het dossier blijkt dat verdachte zich al langere tijd met fraude bezighield. Daarnaast heeft de officier van justitie naar voren gebracht dat hij bij het bepalen van zijn eis nauwelijks rekening heeft gehouden met de persoonlijke omstandigheden van verdachte, omdat die onvoldoende bekend zijn. Voorts heeft de officier van justitie bij de bepalen van de hoogte van zijn eis in voor verdachte gunstige zin rekening gehouden met de overschrijding van de redelijke termijn.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft gepleit voor het opleggen van een taakstraf en een voorwaardelijke gevangenisstraf aan verdachte. Daarbij heeft de raadsman onder andere gewezen op de relatief korte periode waarin de feiten hebben plaatsgevonden en de overschrijding van de redelijke termijn. Daarnaast heeft de raadsman aangevoerd dat verdachte de slachtoffers weinig schade heeft toegebracht en dat verdachte niet eerder veroordeeld is voor strafbare feiten.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting, het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich in een periode van meerdere maanden schuldig gemaakt aan (het medeplegen van) oplichting en pogingen daartoe. Door middel van bankhelpdeskfraude is van één slachtoffer op slinkse wijze haar pincode bemachtigd met de bedoeling om daarmee vervolgens geldbedragen van haar bankrekening op te nemen. In dit geval heeft verdachte zich voorgedaan als medewerker van de bank.
Bij een ander slachtoffer is met dezelfde werkwijze geprobeerd om zijn pinpas thuis op te halen, maar dit is niet gelukt door adequaat ingrijpen van het slachtoffer en de politie. Daarnaast heeft verdachte geprobeerd om contact op te nemen met 67 personen die voorkwamen op zogenaamde leadslijsten, met de bedoeling hen op te lichten, maar ook dat is niet gelukt. Deze feiten brengen gevoelens van onmacht en onveiligheid bij de slachtoffers teweeg en kunnen het vertrouwen van de slachtoffers ernstig schaden. Het is extra kwalijk dat juist oudere mensen het slachtoffer zijn van dergelijke feiten, vanwege hun grotere kwetsbaarheid en afhankelijkheid. Bankhelpdeskfraude is een steeds meer voorkomende vorm van criminaliteit die voor verdachten op relatief gemakkelijke wijze zeer lucratief kan zijn.
Daarnaast heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan misbruik van identificerende persoonsgegevens. Op naam van anderen heeft verdachte diverse bestellingen bij (web)winkels gedaan. Daardoor hadden zij potentieel veel schade kunnen lijden. Verdachte heeft geen enkele rekening gehouden met de privacy van de slachtoffers en de impact die de feiten op hen kunnen hebben.
Tot slot heeft verdachte zich -kort gezegd- schuldig gemaakt aan het verkrijgen, voorhanden hebben en overdragen van onder andere leadslijsten, belscripts en phishingpanels. Deze gegevens zijn bestemd voor en onmisbaar bij het plegen van bankhelpdeskfraude.
De rechtbank heeft kennisgenomen van het strafblad van verdachte van 6 december 2024. Hieruit volgt dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke feiten.
Daarnaast heeft de rechtbank er rekening mee gehouden dat de slachtoffers geen schade hebben geleden en dat er sprake is van een te groot tijdsverloop in deze zaak.
Alles afwegend is de rechtbank van oordeel dat aan verdachte geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf moet worden opgelegd. De rechtbank zal aan verdachte een taakstraf van na te noemen duur opleggen en een voorwaardelijke gevangenisstraf met een proeftijd van twee jaar.
Deze voorwaardelijke straf dient er toe om verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen.
Beslag
De inbeslaggenomen en niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
  • Een HP computer
  • Een Dell computer
zal de rechtbank verbeurd verklaren, zoals de officier van justitie heeft gevorderd. Ook de raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat beide computers verbeurd verklaard kunnen worden.
Toepassing van wetsartikelen
De rechtbank heeft gelet op de artikelen 9, 22c, 22d, 33, 33a, 45, 47, 57, 231b, 234 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.
Uitspraak
De rechtbank
Verklaart het onder 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:
een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden
Bepaalt dat deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op twee jaren, aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
een taakstraf voor de duur van 200 uren.
Beveelt dat voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis voor de duur van 100 dagen zal worden toegepast.
Beveelt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en/of voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf geheel in mindering zal worden gebracht naar de maatstaf van 2 uren per dag inverzekeringstelling/voorlopige hechtenis.
Verklaart verbeurd:
  • Een HP computer
  • Een Dell computer
Dit vonnis is gewezen door mr. F. Sieders, voorzitter, mr. T.M.L. Wolters en
mr. H. Brouwer, rechters, bijgestaan door mr. K.E. van Rhijn, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 10 februari 2025.
Mr. Wolters is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.