ECLI:NL:RBNNE:2025:4059
Rechtbank Noord-Nederland
- Mondelinge uitspraak
- H.J. Bastin
- W.B. Jongsma
- Rechtspraak.nl
Bestuursrechtelijke boete wegens niet voldoen aan kentekenplaat eisen
In deze zaak is aan de betrokkene een boete opgelegd op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv) vanwege een verkeersovertreding. De overtreding betreft het niet voldoen van de kentekenplaat aan de gestelde eisen, vastgesteld op 13 februari 2024, om 19:19 uur, op de Plataanlaan in Groningen. De opgelegde boete bedraagt € 169,00, inclusief administratiekosten. Betrokkene heeft tegen deze boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierna heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter, die de zaak op 29 augustus 2025 heeft behandeld. Tijdens de zitting was de vertegenwoordigster van de officier van justitie, mr. E. Berkeljon, aanwezig. Betrokkene voerde aan dat hij niet de eigenaar van het voertuig was en dat hij het kenteken niet had kunnen vervangen. Hij gaf aan dat hij in financiële problemen verkeerde en dat hij en zijn vrouw een uitkering ontvingen. De kantonrechter oordeelde dat de verklaring van de verbalisant, die stelde dat de gele coating van de kentekenplaat op meerdere plekken losliet, geloofwaardig was. De kantonrechter concludeerde dat er geen aanleiding was om de boete te matigen of te vernietigen, en verklaarde het beroep ongegrond. De uitspraak werd gedaan door mr. H.J. Bastin, kantonrechter, in aanwezigheid van mr. W.B. Jongsma, griffier.