In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 15 mei 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, eigenaar van een bedrijf, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leeuwarden. Eiser heeft beroep ingesteld tegen een verkeersbesluit dat op 11 mei 2023 is genomen, waarbij een fietspad is ingesteld op de Snekertrekweg en een maximumsnelheid van 30 km/u is vastgesteld. Eiser betoogde dat het verkeersbesluit negatieve gevolgen had voor de vindbaarheid van zijn winkel, die door de 'knip' voor gemotoriseerd verkeer aan een doodlopende weg kwam te liggen. Hij stelde dat dit leidde tot gevaarlijke situaties en een omzetdaling van ongeveer € 420,- per week. Het college heeft echter voldoende gemotiveerd dat de verkeersmaatregelen noodzakelijk zijn voor de verkeersveiligheid en dat de belangen van eiser niet prevaleren boven de algemene verkeersbelangen. De rechtbank heeft geoordeeld dat het college zich redelijkerwijs op het standpunt heeft kunnen stellen dat het verkeersbesluit de in de Wegenverkeerswet genoemde doelen dient. Eiser heeft onvoldoende bewijs geleverd dat de bewegwijzering niet adequaat is en dat er betere alternatieven zijn. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het bestreden besluit in stand gelaten, maar heeft wel bepaald dat eiser recht heeft op terugbetaling van het griffierecht.