ECLI:NL:RBNNE:2025:2841

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
16 juli 2025
Publicatiedatum
16 juli 2025
Zaaknummer
c/18/243382 / fa rk 25-1190
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onbevoegdheid van de Rechtbank Noord-Nederland en verwijzing naar de rechtbank Midden-Nederland in een zaak betreffende een minderjarige asielzoeker

Op 16 juli 2025 heeft de Rechtbank Noord-Nederland een beschikking gegeven in de zaak van Stichting Nidos, een gecertificeerde instelling, betreffende een minderjarige asielzoeker. In een eerdere tussenbeschikking van 27 mei 2025 was Nidos gelast om haar stellingen bij akte toe te lichten. Nidos heeft echter geen akte ingediend, wat de rechtbank ertoe bracht om de gevolgtrekking te maken dat de rechtbank Noord-Nederland onbevoegd is om van het verzoek kennis te nemen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het verzoekschrift van Nidos onvoldoende feiten bevatte om te concluderen dat de rechtbank Noord-Nederland bevoegd was. Het verzoekschrift vermeldde enkel dat de betrokkene verblijft in een asielzoekerscentrum in Ter Apel, maar deze informatie was niet voldoende om een verblijfplaats met een bestendig karakter vast te stellen. De rechtbank heeft Nidos bevolen om concrete feiten en omstandigheden te verstrekken, maar dit is niet gebeurd. Daarom concludeert de rechtbank dat de betrokkene op het moment van indiening van het verzoekschrift zonder vaste woon- of verblijfplaats was. Gezien het feit dat Nidos statutair gevestigd is in Utrecht, heeft de rechtbank besloten de zaak te verwijzen naar de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht. De rechtbank benadrukt dat het belang van het kind voorop staat in alle maatregelen betreffende kinderen, maar dat de benodigde gegevens niet zijn verstrekt. De beschikking is openbaar uitgesproken en ondertekend door de rechters op dezelfde datum.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling Privaatrecht
Locatie Groningen
zaak-/rekestnummer: C/18/243382 / FA RK 25-1190
beschikking van de meervoudige kamer d.d. 16 juli 2025
in de zaak van
de gecertificeerde instelling
Stichting Nidos,
die is gevestigd in Utrecht,
en die hierna "de GI" wordt genoemd,
over de persoon die door de GI wordt aangeduid als
[Betrokkene],
die is geboren op [geboortedag] [geboortemaand] 2008 in [geboorteplaats] ( [geboorteland] ),
en die hierna "betrokkene" wordt genoemd.

1.Het verdere procesverloop

1.1.
Op 27 mei 2025 heeft de rechtbank een tussenbeschikking gegeven, waarin Nidos is gelast haar stellingen bij akte toe te lichten.
1.2.
Daarna is bepaald dat deze beschikking wordt gegeven.

2.De verdere beoordeling

2.1.
De rechtbank zal de zaak verwijzen naar de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht. Dat is vanwege het volgende.
2.2.
In de tussenbeschikking heeft de rechtbank ten aanzien van de relatieve bevoegdheid vastgesteld dat het verzoekschrift van Nidos onvoldoende feiten bevat om vast te kunnen stellen dat de rechtbank Noord-Nederland bevoegd is om van het verzoek kennis te nemen. In het verzoekschrift wordt enkel vermeld dat betrokkene verblijft in een asielzoekerscentrum op het adres [straatnaam en nummer] , [postcode] Ter Apel. Er is vastgesteld dat deze gegevens ontoereikend zijn om aan te nemen dat sprake is van een verblijfplaats met een voldoende bestendig karakter. Daarbij is overwogen dat het een feit van algemene bekendheid is dat minderjarige asielzoekers, waarvan hier aldus Nidos sprake is, na aanmelding in Ter Apel direct of op korte termijn elders worden ondergebracht, zoals onder meer blijkt uit de informatie op de website van Nidos.
2.3.
De rechtbank heeft Nidos in de tussenbeschikking bevolen om opgave te doen van concrete feiten en omstandigheden waaruit volgt dat het opgegeven adres in Ter Apel als werkelijk verblijf kan worden gekwalificeerd of om aan te geven welk ander adres inmiddels als werkelijke verblijfplaats heeft te gelden.
2.4.
Nidos heeft geen akte genomen. De rechtbank zal hieraan de gevolgtrekking verbinden die haar gerade voorkomt (artikel 22 Wetboek van Rechtsvordering (Rv)).
2.5.
De rechtbank concludeert op basis van de informatie in het verzoekschrift dat betrokkene op het moment van indiening van het verzoekschrift zonder vaste woon- of verblijfplaats was. Dat betekent dat de rechtbank Noord-Nederland niet bevoegd is om van de zaak kennis te nemen.
2.6.
Omdat Nidos statutair gevestigd is in Utrecht, wordt de zaak daarom verwezen naar de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht (artikel 262, eerste lid, Rv). De rechtbank had de zaak liever, vanuit het vereiste dat het belang van het kind een eerste overweging is in alle maatregelen betreffende kinderen (artikel 3 Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind), verwezen naar de rechtbank van het arrondissement waar betrokkene momenteel zijn woonplaats of werkelijk verblijf heeft, maar die gegevens zijn ook niet verschaft.
2.7.
Gelet op het bovenstaande zal de rechtbank niet meer ingaan op de andere in de tussenbeschikking benoemde onderwerpen.

3.De beslissing

De rechtbank:
3.1.
verklaart zich onbevoegd om van het verzoek kennis te nemen;
3.2.
verwijst de zaak, in de stand waarin deze zich bevindt, naar de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht;
3.3.
draagt de griffier op deze beschikking en het procesdossier aan de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, toe te sturen.
Deze beschikking is gegeven door mr. S. Dijkstra, mr. S. Timmermans en mr. B.R. Tromp, (kinder)rechters, bijgestaan door de griffier en in het openbaar uitgesproken op 16 juli 2025. De beschikking is op diezelfde datum ondertekend door mr. S. Dijkstra