ECLI:NL:RBNNE:2025:2570
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Poging tot moord door minderjarige met voorbedachte rade
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 26 juni 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een minderjarige verdachte, geboren in 2009, die beschuldigd werd van poging tot moord op zijn moeder. De verdachte heeft in de nacht van 17 november 2024 een mes gepakt en is naar de slaapkamer van zijn moeder gegaan met de intentie haar om het leven te brengen. Tijdens de zitting op 12 juni 2025 werd vastgesteld dat de verdachte met een groot mes stekende bewegingen in de richting van de nek en het hoofd van zijn moeder heeft gemaakt, maar dat de uitvoering van het misdrijf niet is voltooid doordat zijn moeder en stiefvader tijdig wakker werden. De rechtbank heeft overwogen dat er sprake was van opzet en voorbedachte raad, onderbouwd door de verklaring van de verdachte en het feit dat hij zijn wekker had gezet om het moment van de aanval te timen. De verdediging pleitte voor vrijspraak, maar de rechtbank oordeelde dat de verdachte wel degelijk met voorbedachte rade handelde. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan poging tot moord en hem veroordeeld tot een jeugddetentie van 9 maanden, met daarnaast een onvoorwaardelijke PIJ-maatregel, gezien de ernst van het feit en de psychische problematiek van de verdachte. De rechtbank heeft benadrukt dat de veiligheid van de maatschappij en de noodzakelijke behandeling van de verdachte voorop staan.