Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
Beoordeling van het bewijs
(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte 1] )afgesproken. Ik zou in [plaats] mijn identiteitskaart terugkrijgen. Terwijl ik naar de weg liep zag ik een grijze BMW aankomen rijden. Ik zag dat [medeverdachte 1] reed. [medeverdachte 1] stapte vervolgens uit en liep naar mij toe. Ik gaf haar een geldbriefje van twintig euro om zo mijn identiteitskaart terug te kopen. Op dat moment liep [medeverdachte 1] weg en zag ik dat [verdachte] en nog een donkere jongen achter mij stonden. [verdachte]
(de rechtbank begrijpt: [verdachte] )stond rechts achter mij en die andere donkere jongen stond links achter mij. Ik zag dat [verdachte] een mes in zijn hand vast hield. Ik zag dat hij dit mes in zijn rechterhand vasthield. Ik zag dat [verdachte] het scherpe deel van het mes met de punt richting mij wees. Ik hoorde [verdachte] , maar ook die andere jongen zeggen dat ik in de auto moest stappen. Dit zeiden ze terwijl zij het mes in mijn richting hielden. Met de auto bedoel ik de grijze BMW van [medeverdachte 1] . Ik moest achter in de auto stappen. Voorin zat [medeverdachte 1] als bestuurder. Ik moest in het midden gaan zitten. Links van mij kwam de donkere jongen zitten en [verdachte] kwam rechts van mij achter in de auto zitten.
(de rechtbank merkt op: na p. 17, ongenummerd)gevoegd: Foto verwonding
Bewijsoverweging
Bewezenverklaring
1 primair
- naar die [slachtoffer 1] toe te lopen en met zijn hand een gele tas op die [slachtoffer 1] te richten alsof er een wapen in zit en te zwaaien met die gele tas naar die [slachtoffer 1] en;
- daarbij te zeggen tegen die [slachtoffer 1] : ”Ik wil geld en meer geld ” en;
- die [slachtoffer 1] de kassa te laten openen en door die [slachtoffer 1] uit de kassa een hoeveelheid geld (ongeveer 270,-) te laten pakken en die te laten overhandigen door die [slachtoffer 1] ;
2 primair
- te zeggen: ”Stap in de auto“ en die [slachtoffer 2] daarbij achterin een auto te duwen en vervolgens achterin de auto naast die [slachtoffer 2] te gaan zitten en daarbij een mes in zijn hand te houden en te richten op die [slachtoffer 2] en;
- te zeggen tegen die [slachtoffer 2] : ”Maak je zakken leeg” en;
- met zijn handen de zakken van die [slachtoffer 2] leeg te maken en daarbij het mes in zijn hand te houden en;
- een hoeveelheid geld en meerdere zakjes cocaïne van die [slachtoffer 2] af te nemen;
- te zeggen: ”Stap in de auto“ en;
- vervolgens die [slachtoffer 2] in de auto (een grijze BMW) te duwen en in de auto achterin naast die [slachtoffer 2] te gaan zitten en daarbij een mes in zijn hand te houden en te richten op die [slachtoffer 2] en;
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafmotivering
Benadeelde partij
Toepassing van wetsartikelen
Uitspraak
De rechtbank
een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden.
een gedeelte, groot 12 maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de veroordeelde voor het einde van of gedurende de proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op 5 jaren, de hierna te noemen voorwaarden niet heeft nageleefd.
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen.
- het bedrag van 1.000,00 (zegge: duizend euro);
- de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 30 december 2024 tot de dag van algehele voldoening;
- de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.